De leraar op ontdekking
H1: BASISKADERS EN BEGRIPPEN
COMMUNICATIE
Communicatie is een basisvaardigheid
die voortdurend plaatsvindt, zowel
bewust als onbewust. Volgens
Watzlawick kun je niet níet
communiceren. Elke boodschap bevat
zowel een inhoudsniveau (wat gezegd
wordt) als een betrekkingsniveau (hoe
het gezegd wordt), waarbij verbale en
non-verbale signalen op elkaar afgestemd moeten zijn om ruis te voorkomen.
Carl Rogers benadrukt dat effectieve communicatie steunt op drie
basisvoorwaarden:
Echtheid betekent dat je jezelf durft te zijn, je gevoelens toont en eerlijk
communiceert. Zelfkennis en reflectie zijn hierbij essentieel.
Aanvaarding houdt in dat je jezelf en anderen accepteert zoals ze zijn, zonder
automatisch gedrag goed te keuren. Feedback richt zich op gedrag, niet op de
persoon.
Empathie is het vermogen om je in te leven in de ander, zonder te oordelen, en
tegelijkertijd contact te houden met je eigen gevoelens.
Deze drie elementen – echtheid, aanvaarding en empathie – vormen samen de
basis voor echte, respectvolle en verbindende communicatie.
GROWTH MINDSET
Positieve gedachte dat iedereen kan groeien.
Soorten mindsets:
1) Fixed: geloven dat alles vastligt, dat kan ik, dat kan ik niet. Geen inspanning om
beter te worden want men gelooft niet dat dit kan.
Intelligentie = aangeboren en verandert niet meer in het leven.
2) Growth: geloven dat elk kind kan groeien. Vraagt inspanning, oefening en training.
Vertrekken vanuit een groeimindset en geloven dat je kan leren van proberen.
Fouten maken mag als je eruit leert.
mindset die je hebt speelt rol bij uitdagingen, tegenslagen, situaties, motivatie,
…
,De leraar op ontdekking
2. REFLECTEREN
1 WAT IS REFLECTEREN?
1.1. DEFINITIE VAN REFLECTEREN
Reflecteren = terugblikken op één of meerdere ervaring(en) (handelen, denken,
voelen, willen), evenals op de context waarin deze plaatsvindt, en deze ervaringen in
het bewustzijn brengen, er betekenis aan verlenen en van daaruit keuzes maken voor
nieuwe perspectieven.
Leg definitie uit:
terugblikke Kijken naar 1/ meer vroegere ervaring uit verleden. Positief/ negatief
n op 1/ (goed gelukt kunstwerk, ruzie).
meer Keert steeds terug= diepgaander reflecteren en terugblikken op
ervaringen meerdere ervaringen. (dicht of ver verleden)
handelen, Handelingsaspect (handelen), cognitief aspect (denken), emotioneel
denken, aspect (voelen) en motivationeel aspect (willen). Handelen: beïnvloed
voelen en door je gedacht, gevoelens, intenties en door de ander. Ook
willen omgekeerd impact op denken, voelen en willen. Hoe je denkt, voelt,
wilt en handelt hangt af van de context waarin de ervaring
plaatsvindt.
context Situatie waarop ervaring teruggaat. Wie, wat, waar, wanneer. Invloed
op hoe je reageert
in je Grondig over nadenken. Er gebeuren zaken waar we ons niet bewust
bewustzijn van zijn (kenmerken lln sluit aan bij die van jezelf= je hebt meer
brengen sympathie voor die leerling, bij anderen tegenovergestelde en tegen
hun reageer je kort.
Door te reflecteren maken we dergelijke processen, gedachten en
gevoelens bewust.
betekenis Wat deed de ervaring met mij? Wat betekent dit nu voor mij?
aan Je bent je ervan bewust dat de ene lln meer sympathie bij je uitlokt
verlenen dan de andere. Je kan plaatsen hoe dit komt.
keuzes Nadenken over hoe je het de volgende keer gaat doen. Denken over
maken voor alternatieven, met voor- en nadelen en maakt besluiten. Je test
nieuwe nieuwe keuze uit en blikt opnieuw terug (herhalende cyclus: al doende
perspectiev leren). Jezelf filmen en reflecteren. Op zoek gaan naar hoe je effectief
en kan verbeteren. Je denkt na of er nog andere mogelijkheden zijn en
maakt opnieuw een besluit.
Wat als we dieper inzoomen op onze gevoelens en behoeften?
Stilstaan bij lichamelijke gewaarwordingen. Bij reflecteren denken we over beiden na.
Gevoelens: voelen we in ons lichaam (zweet, beven, …). Eigen gevoelens weten, zo
kan je er verbinding mee maken.
Behoeften: Waar hebben we nood aan? Wat willen we?
Luisteren lichaam, herkennen lichamelijke gewaarwordingen, gevoelens en
behoeften: lukt niet bij iedereen evengoed.
Stilstaan bij wat je voelt en wat je nodig hebt.
Wanneer blijf je constant met jezelf?
Goed luisteren naar je lichaam en je gevoelens uitspreken. Je zet zo in op zelfzorg.
,De leraar op ontdekking
Wat lokaliseert Korthagen?
Denken in hoofd, voelen in hard, willen in de buik. Hij visualiseert een lift die constant
op en neer gaat tussen die 3. Zorgen dat lift soepel op en neer blijft gaan, zodat je
contact blijft houden met alle dimensies die invloed uitoefenen op je handelen.
als je dit kan ben je in een flow, je krijgt energie
Waarom is reflecteren een vaardigheid?
Het betekent met aandacht naar jezelf kijken.
Reflecteren als vaardigheid
Is reflecteren bij iedereen aanwezig?
Bij iedereen in een andere mate. De ene is goed erin en doet het ook, de andere is
nog niet in staat en kijkt naar het gedrag van een ander. Een ander piekert maar komt
niet tot reflectie.
Kan reflecteren aangeleerd worden?
Ja, gaat niet vanzelf. Je moet bereid zijn naar het eigen gedrag, gevoelens,
behoeften, persoonlijkheid, … te kijken en dat ter discussie willen stellen, hierover
willen nadenken en in gesprek willen gaan met anderen.
Moeite doen en geloven dat je kan veranderen, willen problemen aanpakken,
durven kijken naar wat goed gaat. Je kan een fixed mindset hebben.
Gevoelens van angst, onzekerheid, .. kunnen reflecteren in de weg staan.
geen bereidheid: geen sprake van reflectie en geen groei mogelijk
Wat is reflecteren niet?
Vaststellen zonder te geloven dat je kan groeien.
Hoe werkt reflecteren als het moet?
Werkt niet: zomaar aanpassen/ dingen doen zonder nadenken zorgt niet voor
oplossingen waar jij je goed bij voelt. Reflecteren betekent aan de slag gaan met de
evaluatie. Dit is een systematisch proces.
Waar ga je naar op zoek bij reflecteren?
Je zelfbeeld en dat je je kwetsbaar durft opstellen. Fouten durven maken. Reflecteren
over identiteit, andere zaken (identiteit verandert van mensen). Je openstellen voor
jezelf en anderen (bedreigend, dingen van jezelf tegenkomen die je niet wist en die
tegenvallen). Je wil groeien, leren uit ervaringen.
kan je onzeker maken, makkelijker kritisch zijn over anderen dan over jezelf.
Zelfkennis belangrijk!
Waarom zou je dit zelf kunnen doen?
Zodat je niet steeds afhankelijk blijft van de feedback van anderen. Je kan beroep
doen op anderen. Feedback van anderen draagt bij tot je zelfbeeld. Openstaan voor
feedback en daar iets meedoen, duidt op een sociale vaardigheid die je in staat stelt
om te groeien.
Waarom moet je vragen stellen?
Gesloten vragen: kan duidelijkheid bieden, leveren beperkt antwoord op.
Open vraag: je geeft jezelf ruimte om te onderzoeken wat je beweegredenenwaren
voor een bepaald gedrag in de situatie.
Stel veel vragen, wees nieuwsgierig. Dit leidt tot inzicht in gedrag van jezelf en
anderen. Het leert je breder kijken.
Wat hangt samen met de reflectievaardigheden?
Sociale vaardigheden: verbonden met elkaar.
, De leraar op ontdekking
Uit welke richtingen kun je dit bekijken?
1. Reflecteren over je sociale vaardigheden (nadenken over je non- verbaal gedrag
2. Sociale vaardigheden inzetten om beter te reflecteren en anderen te helpen
reflecteren.
Feedback geven belangrijk om inzicht te krijgen op je functioneren.
Wat kun je doen tijdens de situatie?
Op je eigen handelen reflecteren, maar ook achteraf.
Reflecteren tijdens situatie vereist gevorderde vaardigheden.
2. WAAROM REFLECTEREN
2.1. ZINVOL?
Waarbij helpt reflecteren?
Om op langere termijn keuzes te maken, blijvende oplossingen vinden, energie blijven
halen uit de job, zelfkennis vergroten, levenslang leren.
Welke basisprincipes zijn er voor goed onderwijs?
Rekening houden met leerlingen, context, school, team, jouw visie op onderwijs en die
van de school, professionaliteit, .. er is geen blauwdruk voor altijd werkt.
Wat moet je doen als leerkracht?
Veel/gericht denken over wat werkt bij deze groep, in deze context, met jou als leraar
en daarbij kan reflecteren helpen (ook voor leraren in opleiding-> stilstaan bij eigen
lessen, waarden/ normen, reacties leerlingen).
Waarvoor willen ze via je lerarenopleiding voor zorgen?
Leerproces in eigen handen nemen, zelf aangeven wat je kwaliteiten en leerdoelen
zijn,
Welke ontwikkeling hangen samen?
Persoonlijke en professionele: levenslang leren stellen we ons voorop. Ontwikkelen
vraagt tijd.
Wat als je jezelf systematisch bevraagd?
Biedt houvast: betekenisvolle situatie met emoties/ gevoelens die je niet onmiddellijk
kan plaatsen. Jezelf erover bevragen geeft je de gelegenheid om je gedachten,
gevoelens en behoeften betreffend de situatie te ordenen.
Wat gebeurt tijdens het ordenen?
Je wordt je bewust van je handelen. Proces die je onbewust aangaat moet je nu
benoemen. Jezelf dwingen te expliciteren, jezelf uitleggen waarom op een bepaalde
manier reageert. Je maakt jezelf bewust van je eigen gedrag, denken, voelen en
willen.
2.2. REFLECTEREN EN DE BASISCOMPETENTIES VOOR EEN LERAAR
Welke basiscompetenties zijn er?
Leraar als: begeleider van leer- ontwikkelingsprocessen, opvoeder, inhoudelijke
expert, organisator, onderzoeker, partner ouders, lid schoolteam, partner externen, lid
van onderwijsgemeenschap en cultuurparticipant.
Wat wil de leraar als innovator/ onderzoeker zeggen?
Verwijst naar de verwachtingen omtrent reflectie. Leraar kan eigen klaspraktijk
vernieuwen op basis van nascholing, eigen ervaring en creativiteit en het eigen
H1: BASISKADERS EN BEGRIPPEN
COMMUNICATIE
Communicatie is een basisvaardigheid
die voortdurend plaatsvindt, zowel
bewust als onbewust. Volgens
Watzlawick kun je niet níet
communiceren. Elke boodschap bevat
zowel een inhoudsniveau (wat gezegd
wordt) als een betrekkingsniveau (hoe
het gezegd wordt), waarbij verbale en
non-verbale signalen op elkaar afgestemd moeten zijn om ruis te voorkomen.
Carl Rogers benadrukt dat effectieve communicatie steunt op drie
basisvoorwaarden:
Echtheid betekent dat je jezelf durft te zijn, je gevoelens toont en eerlijk
communiceert. Zelfkennis en reflectie zijn hierbij essentieel.
Aanvaarding houdt in dat je jezelf en anderen accepteert zoals ze zijn, zonder
automatisch gedrag goed te keuren. Feedback richt zich op gedrag, niet op de
persoon.
Empathie is het vermogen om je in te leven in de ander, zonder te oordelen, en
tegelijkertijd contact te houden met je eigen gevoelens.
Deze drie elementen – echtheid, aanvaarding en empathie – vormen samen de
basis voor echte, respectvolle en verbindende communicatie.
GROWTH MINDSET
Positieve gedachte dat iedereen kan groeien.
Soorten mindsets:
1) Fixed: geloven dat alles vastligt, dat kan ik, dat kan ik niet. Geen inspanning om
beter te worden want men gelooft niet dat dit kan.
Intelligentie = aangeboren en verandert niet meer in het leven.
2) Growth: geloven dat elk kind kan groeien. Vraagt inspanning, oefening en training.
Vertrekken vanuit een groeimindset en geloven dat je kan leren van proberen.
Fouten maken mag als je eruit leert.
mindset die je hebt speelt rol bij uitdagingen, tegenslagen, situaties, motivatie,
…
,De leraar op ontdekking
2. REFLECTEREN
1 WAT IS REFLECTEREN?
1.1. DEFINITIE VAN REFLECTEREN
Reflecteren = terugblikken op één of meerdere ervaring(en) (handelen, denken,
voelen, willen), evenals op de context waarin deze plaatsvindt, en deze ervaringen in
het bewustzijn brengen, er betekenis aan verlenen en van daaruit keuzes maken voor
nieuwe perspectieven.
Leg definitie uit:
terugblikke Kijken naar 1/ meer vroegere ervaring uit verleden. Positief/ negatief
n op 1/ (goed gelukt kunstwerk, ruzie).
meer Keert steeds terug= diepgaander reflecteren en terugblikken op
ervaringen meerdere ervaringen. (dicht of ver verleden)
handelen, Handelingsaspect (handelen), cognitief aspect (denken), emotioneel
denken, aspect (voelen) en motivationeel aspect (willen). Handelen: beïnvloed
voelen en door je gedacht, gevoelens, intenties en door de ander. Ook
willen omgekeerd impact op denken, voelen en willen. Hoe je denkt, voelt,
wilt en handelt hangt af van de context waarin de ervaring
plaatsvindt.
context Situatie waarop ervaring teruggaat. Wie, wat, waar, wanneer. Invloed
op hoe je reageert
in je Grondig over nadenken. Er gebeuren zaken waar we ons niet bewust
bewustzijn van zijn (kenmerken lln sluit aan bij die van jezelf= je hebt meer
brengen sympathie voor die leerling, bij anderen tegenovergestelde en tegen
hun reageer je kort.
Door te reflecteren maken we dergelijke processen, gedachten en
gevoelens bewust.
betekenis Wat deed de ervaring met mij? Wat betekent dit nu voor mij?
aan Je bent je ervan bewust dat de ene lln meer sympathie bij je uitlokt
verlenen dan de andere. Je kan plaatsen hoe dit komt.
keuzes Nadenken over hoe je het de volgende keer gaat doen. Denken over
maken voor alternatieven, met voor- en nadelen en maakt besluiten. Je test
nieuwe nieuwe keuze uit en blikt opnieuw terug (herhalende cyclus: al doende
perspectiev leren). Jezelf filmen en reflecteren. Op zoek gaan naar hoe je effectief
en kan verbeteren. Je denkt na of er nog andere mogelijkheden zijn en
maakt opnieuw een besluit.
Wat als we dieper inzoomen op onze gevoelens en behoeften?
Stilstaan bij lichamelijke gewaarwordingen. Bij reflecteren denken we over beiden na.
Gevoelens: voelen we in ons lichaam (zweet, beven, …). Eigen gevoelens weten, zo
kan je er verbinding mee maken.
Behoeften: Waar hebben we nood aan? Wat willen we?
Luisteren lichaam, herkennen lichamelijke gewaarwordingen, gevoelens en
behoeften: lukt niet bij iedereen evengoed.
Stilstaan bij wat je voelt en wat je nodig hebt.
Wanneer blijf je constant met jezelf?
Goed luisteren naar je lichaam en je gevoelens uitspreken. Je zet zo in op zelfzorg.
,De leraar op ontdekking
Wat lokaliseert Korthagen?
Denken in hoofd, voelen in hard, willen in de buik. Hij visualiseert een lift die constant
op en neer gaat tussen die 3. Zorgen dat lift soepel op en neer blijft gaan, zodat je
contact blijft houden met alle dimensies die invloed uitoefenen op je handelen.
als je dit kan ben je in een flow, je krijgt energie
Waarom is reflecteren een vaardigheid?
Het betekent met aandacht naar jezelf kijken.
Reflecteren als vaardigheid
Is reflecteren bij iedereen aanwezig?
Bij iedereen in een andere mate. De ene is goed erin en doet het ook, de andere is
nog niet in staat en kijkt naar het gedrag van een ander. Een ander piekert maar komt
niet tot reflectie.
Kan reflecteren aangeleerd worden?
Ja, gaat niet vanzelf. Je moet bereid zijn naar het eigen gedrag, gevoelens,
behoeften, persoonlijkheid, … te kijken en dat ter discussie willen stellen, hierover
willen nadenken en in gesprek willen gaan met anderen.
Moeite doen en geloven dat je kan veranderen, willen problemen aanpakken,
durven kijken naar wat goed gaat. Je kan een fixed mindset hebben.
Gevoelens van angst, onzekerheid, .. kunnen reflecteren in de weg staan.
geen bereidheid: geen sprake van reflectie en geen groei mogelijk
Wat is reflecteren niet?
Vaststellen zonder te geloven dat je kan groeien.
Hoe werkt reflecteren als het moet?
Werkt niet: zomaar aanpassen/ dingen doen zonder nadenken zorgt niet voor
oplossingen waar jij je goed bij voelt. Reflecteren betekent aan de slag gaan met de
evaluatie. Dit is een systematisch proces.
Waar ga je naar op zoek bij reflecteren?
Je zelfbeeld en dat je je kwetsbaar durft opstellen. Fouten durven maken. Reflecteren
over identiteit, andere zaken (identiteit verandert van mensen). Je openstellen voor
jezelf en anderen (bedreigend, dingen van jezelf tegenkomen die je niet wist en die
tegenvallen). Je wil groeien, leren uit ervaringen.
kan je onzeker maken, makkelijker kritisch zijn over anderen dan over jezelf.
Zelfkennis belangrijk!
Waarom zou je dit zelf kunnen doen?
Zodat je niet steeds afhankelijk blijft van de feedback van anderen. Je kan beroep
doen op anderen. Feedback van anderen draagt bij tot je zelfbeeld. Openstaan voor
feedback en daar iets meedoen, duidt op een sociale vaardigheid die je in staat stelt
om te groeien.
Waarom moet je vragen stellen?
Gesloten vragen: kan duidelijkheid bieden, leveren beperkt antwoord op.
Open vraag: je geeft jezelf ruimte om te onderzoeken wat je beweegredenenwaren
voor een bepaald gedrag in de situatie.
Stel veel vragen, wees nieuwsgierig. Dit leidt tot inzicht in gedrag van jezelf en
anderen. Het leert je breder kijken.
Wat hangt samen met de reflectievaardigheden?
Sociale vaardigheden: verbonden met elkaar.
, De leraar op ontdekking
Uit welke richtingen kun je dit bekijken?
1. Reflecteren over je sociale vaardigheden (nadenken over je non- verbaal gedrag
2. Sociale vaardigheden inzetten om beter te reflecteren en anderen te helpen
reflecteren.
Feedback geven belangrijk om inzicht te krijgen op je functioneren.
Wat kun je doen tijdens de situatie?
Op je eigen handelen reflecteren, maar ook achteraf.
Reflecteren tijdens situatie vereist gevorderde vaardigheden.
2. WAAROM REFLECTEREN
2.1. ZINVOL?
Waarbij helpt reflecteren?
Om op langere termijn keuzes te maken, blijvende oplossingen vinden, energie blijven
halen uit de job, zelfkennis vergroten, levenslang leren.
Welke basisprincipes zijn er voor goed onderwijs?
Rekening houden met leerlingen, context, school, team, jouw visie op onderwijs en die
van de school, professionaliteit, .. er is geen blauwdruk voor altijd werkt.
Wat moet je doen als leerkracht?
Veel/gericht denken over wat werkt bij deze groep, in deze context, met jou als leraar
en daarbij kan reflecteren helpen (ook voor leraren in opleiding-> stilstaan bij eigen
lessen, waarden/ normen, reacties leerlingen).
Waarvoor willen ze via je lerarenopleiding voor zorgen?
Leerproces in eigen handen nemen, zelf aangeven wat je kwaliteiten en leerdoelen
zijn,
Welke ontwikkeling hangen samen?
Persoonlijke en professionele: levenslang leren stellen we ons voorop. Ontwikkelen
vraagt tijd.
Wat als je jezelf systematisch bevraagd?
Biedt houvast: betekenisvolle situatie met emoties/ gevoelens die je niet onmiddellijk
kan plaatsen. Jezelf erover bevragen geeft je de gelegenheid om je gedachten,
gevoelens en behoeften betreffend de situatie te ordenen.
Wat gebeurt tijdens het ordenen?
Je wordt je bewust van je handelen. Proces die je onbewust aangaat moet je nu
benoemen. Jezelf dwingen te expliciteren, jezelf uitleggen waarom op een bepaalde
manier reageert. Je maakt jezelf bewust van je eigen gedrag, denken, voelen en
willen.
2.2. REFLECTEREN EN DE BASISCOMPETENTIES VOOR EEN LERAAR
Welke basiscompetenties zijn er?
Leraar als: begeleider van leer- ontwikkelingsprocessen, opvoeder, inhoudelijke
expert, organisator, onderzoeker, partner ouders, lid schoolteam, partner externen, lid
van onderwijsgemeenschap en cultuurparticipant.
Wat wil de leraar als innovator/ onderzoeker zeggen?
Verwijst naar de verwachtingen omtrent reflectie. Leraar kan eigen klaspraktijk
vernieuwen op basis van nascholing, eigen ervaring en creativiteit en het eigen