Beroepsmethodiek 2.2.– Bedrijfsbeheer.:
Hoofdstuk 1: Organisatie:
1.1. Fasen (ver)bouwproject.:
1.1.1. Voorontwerp:
TO DO:
• Wensen en verwachtingen v.d. klant uithoren
• Onderzoek doen over het gebouw zelf (verluchting, etc.)
• Gebouw opmeten of bestaande plannen nameten
• Eerste schatting van nodige budget doen
1.1.2. Stedenbouwkundige melding of vergunning:
Er moet nagegaan worden of een melding of vergunning nodig is bij de uitvoering
van het definitieve ontwerp.
Omgevingsvergunning is nodig als er een uitbreiding groter dan 40m2 is.
Bij constructieve/structurele ingreep is een architect nodig.
1.1.3. Aanbestedingsdossier:
Het aanbestedingsdossier bestaat uit technische plannen, een bestek en meetstaat.
Bestek: beschrijving van alle materialen.
Meetstaat: meting van alle hoeveelheden.
1.1.4. Prijsvragen en aanbesteden:
Er wordt aan verschillende aannemers gevraagd om een prijs te geven voor het
uitvoeren van de werken.
Kijken naar beste prijs-kwaliteitsverhouding.
Aannemer kiezen gebeurt door klant en contract is tussen aannemer en klant.
In contract een uitvoeringstermijn opgeven, dan kan je afdwingen dat alles vlot
verloopt.
1.1.5. Toezicht:
Er is op een regelamtige basis een werfvergadering waarna een werkverslag wordt
opgestelt.
1.1.6. Nazicht rekeningen en oplevering:
1
,Vanaf de werken gedaan zijn wordt er nagekeken of er tekorten zijn
Samen met de klant en aannemers nagekeken
Tekorten worden opgesmot op een opleveringsstaat
Vanaf de herstelling gedaan zijn gaat de voorlopige opleverin in en worden de
laatste rekeniingen betaalt.
Klant krijgt 1 jaar de tijd om klachten te melden, hierna gaat de definitieve
oplevering in.
De aannemer en architect zijn gedurende 10 jaar aansprekelijk voor structurele
fouten.
1.2. Competenties voor her praten met klanten.:
1.2.1. Mondelinge communicatie:
Knemerken goede mondelinge communicator:
• Vlotte prater: houdt gemakkelijk een gesprek gaande en vertelt boeiend.
• Debater: kan in heftige discusies goed communiceren.
• Kernachtig: kan meningen, ideeën en ingewikkelede zaken in begrijpelijke taal
verwoorden
Niet langdradig.
• Slagvaardig: zeer alert en niet verlegen.
• Presentator: kan helder presentaties geven en aandacht bijhouden.
Onderhandelen:
Je moet in staat zijn om verschillen in standpunten en inzichten naar elkaar toe te
brengen om een overeenkomst te bereiken.
• Voorbereiding: zwaktes en sterktes van beide partijen in kaart brengen en
verschillende onderhandelingsscenario’s uitwerken.
• Confronteren: conflicten benomen.
• Overbruggen; gemeenschappelijk belang benadrukken.
• Win-Win realiseren: verschillende standpunten, inzichten & belangen naar
elkaar toe brengen.
• Overizcht: aandacht aan grote lijnen en detals geven.
1.2.2. Schriftelijke communicatie:
2
, Brief:
Formele communicatie om dingen zoals prijsofferte aan te vragen, gebreken vast te
stellen of soliciteren voor een vacature.
Bestaat uit een paragraaf waar kort informatie wordt gegeven en
vervolgens een paragraaf met het besluit.
Naam v.d. ontvanger.
Adres v.d. ontvanger.
Postcode, plaats v.d. ontvanger.
Plaats, datum v.d. verzender.
Betreft: overeenkomst project P20118
Geachte heer/ mevrouw,
Bedankt voor de gestelde interesse in onze organisatie. In de bijlage treft u de overeenkomst zoals
besproken op 20 januari jongstleden.
Wij verzoeken u de overeenkomst goed door te lezen en bij akkoord een getekend exemplaar aan ons
te retourneren.
Met vriendelijke groet,
Naam verzender
Handtekening
Bijlagen:
- Overeenkomst P20118
- Algemene Verkoopsvoorwaarden
- Gefrankeerde retourenveloppen
Mail:
Deze manier van communiceren in bondiger dan een brief.
Geen bange tekst.
In onderwerpsbalk zet je kort en bondig de vraag.
Wees to the point.
Verslageving:
Deze manier is ook kot en bondig waar verschillende onderwerpen opstaan.
Datum, aanwezigen, onderwerp bijeenkomts, vaststellingen, besluit en
afspraken.
3
Hoofdstuk 1: Organisatie:
1.1. Fasen (ver)bouwproject.:
1.1.1. Voorontwerp:
TO DO:
• Wensen en verwachtingen v.d. klant uithoren
• Onderzoek doen over het gebouw zelf (verluchting, etc.)
• Gebouw opmeten of bestaande plannen nameten
• Eerste schatting van nodige budget doen
1.1.2. Stedenbouwkundige melding of vergunning:
Er moet nagegaan worden of een melding of vergunning nodig is bij de uitvoering
van het definitieve ontwerp.
Omgevingsvergunning is nodig als er een uitbreiding groter dan 40m2 is.
Bij constructieve/structurele ingreep is een architect nodig.
1.1.3. Aanbestedingsdossier:
Het aanbestedingsdossier bestaat uit technische plannen, een bestek en meetstaat.
Bestek: beschrijving van alle materialen.
Meetstaat: meting van alle hoeveelheden.
1.1.4. Prijsvragen en aanbesteden:
Er wordt aan verschillende aannemers gevraagd om een prijs te geven voor het
uitvoeren van de werken.
Kijken naar beste prijs-kwaliteitsverhouding.
Aannemer kiezen gebeurt door klant en contract is tussen aannemer en klant.
In contract een uitvoeringstermijn opgeven, dan kan je afdwingen dat alles vlot
verloopt.
1.1.5. Toezicht:
Er is op een regelamtige basis een werfvergadering waarna een werkverslag wordt
opgestelt.
1.1.6. Nazicht rekeningen en oplevering:
1
,Vanaf de werken gedaan zijn wordt er nagekeken of er tekorten zijn
Samen met de klant en aannemers nagekeken
Tekorten worden opgesmot op een opleveringsstaat
Vanaf de herstelling gedaan zijn gaat de voorlopige opleverin in en worden de
laatste rekeniingen betaalt.
Klant krijgt 1 jaar de tijd om klachten te melden, hierna gaat de definitieve
oplevering in.
De aannemer en architect zijn gedurende 10 jaar aansprekelijk voor structurele
fouten.
1.2. Competenties voor her praten met klanten.:
1.2.1. Mondelinge communicatie:
Knemerken goede mondelinge communicator:
• Vlotte prater: houdt gemakkelijk een gesprek gaande en vertelt boeiend.
• Debater: kan in heftige discusies goed communiceren.
• Kernachtig: kan meningen, ideeën en ingewikkelede zaken in begrijpelijke taal
verwoorden
Niet langdradig.
• Slagvaardig: zeer alert en niet verlegen.
• Presentator: kan helder presentaties geven en aandacht bijhouden.
Onderhandelen:
Je moet in staat zijn om verschillen in standpunten en inzichten naar elkaar toe te
brengen om een overeenkomst te bereiken.
• Voorbereiding: zwaktes en sterktes van beide partijen in kaart brengen en
verschillende onderhandelingsscenario’s uitwerken.
• Confronteren: conflicten benomen.
• Overbruggen; gemeenschappelijk belang benadrukken.
• Win-Win realiseren: verschillende standpunten, inzichten & belangen naar
elkaar toe brengen.
• Overizcht: aandacht aan grote lijnen en detals geven.
1.2.2. Schriftelijke communicatie:
2
, Brief:
Formele communicatie om dingen zoals prijsofferte aan te vragen, gebreken vast te
stellen of soliciteren voor een vacature.
Bestaat uit een paragraaf waar kort informatie wordt gegeven en
vervolgens een paragraaf met het besluit.
Naam v.d. ontvanger.
Adres v.d. ontvanger.
Postcode, plaats v.d. ontvanger.
Plaats, datum v.d. verzender.
Betreft: overeenkomst project P20118
Geachte heer/ mevrouw,
Bedankt voor de gestelde interesse in onze organisatie. In de bijlage treft u de overeenkomst zoals
besproken op 20 januari jongstleden.
Wij verzoeken u de overeenkomst goed door te lezen en bij akkoord een getekend exemplaar aan ons
te retourneren.
Met vriendelijke groet,
Naam verzender
Handtekening
Bijlagen:
- Overeenkomst P20118
- Algemene Verkoopsvoorwaarden
- Gefrankeerde retourenveloppen
Mail:
Deze manier van communiceren in bondiger dan een brief.
Geen bange tekst.
In onderwerpsbalk zet je kort en bondig de vraag.
Wees to the point.
Verslageving:
Deze manier is ook kot en bondig waar verschillende onderwerpen opstaan.
Datum, aanwezigen, onderwerp bijeenkomts, vaststellingen, besluit en
afspraken.
3