Clinical topics: ziekteleer
Academiejaar: 2024-2025
Laura Bruylant
College ziekteleer: acute myocardial infarction/ hartinfarct
Hart- en vaatziekten
➔ Hart- en vaatziekten (HVZ) zijn een groep aandoeningen v/h hart en de bloedvaten
➔ Meeste ziekten gebeuren rond hart (coronaire hartziekte/coronary heart
disease/coronary artery disease) of de hersenen (cerebrovasculaire ziekte)
➔ Ofwel verstopt bloedvat ofwel bloeding
Hart en hersinfarcten komen bij beide geslachten het meeste voor van de HVZ’s
,Doorsnede bloedvat
Binnenkant bloedvat -> zeer dunne laag endotheelcellen, dan bindweefsel, spierweefsel en
buitenwand
Endotheelcellen = één laag, zeer belangrijke cellen (kleinste bloedvaten hebben bijna alleen
maar een endotheellaag.
➔ Voedingstoffen vanuit het bloed naar weefsels, moeten passeren langs deze laag
➔ Zeer fragiel
Hart: spier dat veel zuurstof, bloed en energie nodig, en w geleverd door de coronairen
(kransslagaders)
Links= gezond bloedvat
Rechts= opstapeling van afval/vettige stoffen/ cholesterolkristallen die zich stapelen i/d
endotheelwand. Doorgang bloed w meer en meer belemmerd. Aanslepend proces.
,Atherosclerose (acuut hartinfarct)
= langzaam proces i/d bloedvaatwand waarbij de bloedvaten (slagaders) nauwer w.
Ophoping v cholesterol en vet die uiteindelijk uitgroeien tot plaques.
= een langzame en progressieve opbouw van plaque, vettige stoffen, cholesterol, cellulaire
afvalstoffen, calcium en fibrine i/d binnenwand
Het w gekenmerkt door intima-letsels/binnenste laag-letsel, genoemd atheromen (ook wel
atheromatose of atherosclerotische plaques genoemd), die uitpuilen i/h bloedvat
I/d obstructie komt er plots een scheur i/d endotheel wand, een kleine verwonding.
Ontstaan van stolling. Vormt op die berg van cholesterol en vet zoals bij een hartinfarct, dat
uw bloedvat gans afgesloten w.
Twee fasen:
1 atherosclerose: opstapeling van cholesterol
2 acute vorming stolsel bovenop de vernauwing in bloedvat
=> (mogelijks) hartinfarct
bloedstolsel
Proces hetzelfde bij herseninfarct: verstopping bij de halsslagaders
Maar ook zelfde bij de nieren, longen, …
Risicofactoren voor atherosclerose/ atheromatose
Belangrijkste risicofactoren (niet wijzigbaar)
- Toenemde leeftijd (iedereen dit proces maar meestal maar tot 5%)
- Mannelijk geslacht
- Familiegeschiedenis
- Genetische afwijking
Kleinere, onzekere of niet gekwantificeerde risico’s (ieder op zich is niet
voldoende, maar combinatie)
- Obesitas
, - Lichamelijke inactiviteiten
- Postmenopauzale oestrogeentekort
- Hoge inname van koolhydraten (suiker)
- Lipoproteïne (vet)
- Inname van gehard (trans)onverzadigd vet
- Chlamydia pneumoniae-infectie
Potentieel controleerbaar
- Hyperlipidemie (vetmetabolisme/vetprofiel i/h bloed)
- Hypertensie (bloeddrukstijging)
- Sigaretten roken
- Diabetes (suikerziekte)
- C-reactief eiwit
Hyperlipidemie
- LDL-cholesterol (low-density lipoproteïne) vervult een essentiële fysiologische rol bij
het transporteren van cholesterol naar organen
- Daarentegen mobiliseert high-density lipoproteïne (HDL, “goede cholesterol”)
cholesterol uit ontwikkelde en bestaande atheromen en transporteert het naar de
lever(, waar het via de gal w uitgescheiden) (kan wel niet meer weg)
- Hogere HDL-niveaus correleren dus met een lager risico
Lever is betrokken bij het aanmaken v vetmoleculen (= niet altijd slecht, want vet ook nodig),
w via LDL aan alle organen geleverd. Hier niet goed want w ook geleverd aan de coronaire
aders (kransslagaders). Wnr teveel LDL, blijft deze plakken in kransslagaders (proces
atherosclerose). HDL goede vorm van vet -> zorgt ervoor dat de overdreven hoeveelheid
Academiejaar: 2024-2025
Laura Bruylant
College ziekteleer: acute myocardial infarction/ hartinfarct
Hart- en vaatziekten
➔ Hart- en vaatziekten (HVZ) zijn een groep aandoeningen v/h hart en de bloedvaten
➔ Meeste ziekten gebeuren rond hart (coronaire hartziekte/coronary heart
disease/coronary artery disease) of de hersenen (cerebrovasculaire ziekte)
➔ Ofwel verstopt bloedvat ofwel bloeding
Hart en hersinfarcten komen bij beide geslachten het meeste voor van de HVZ’s
,Doorsnede bloedvat
Binnenkant bloedvat -> zeer dunne laag endotheelcellen, dan bindweefsel, spierweefsel en
buitenwand
Endotheelcellen = één laag, zeer belangrijke cellen (kleinste bloedvaten hebben bijna alleen
maar een endotheellaag.
➔ Voedingstoffen vanuit het bloed naar weefsels, moeten passeren langs deze laag
➔ Zeer fragiel
Hart: spier dat veel zuurstof, bloed en energie nodig, en w geleverd door de coronairen
(kransslagaders)
Links= gezond bloedvat
Rechts= opstapeling van afval/vettige stoffen/ cholesterolkristallen die zich stapelen i/d
endotheelwand. Doorgang bloed w meer en meer belemmerd. Aanslepend proces.
,Atherosclerose (acuut hartinfarct)
= langzaam proces i/d bloedvaatwand waarbij de bloedvaten (slagaders) nauwer w.
Ophoping v cholesterol en vet die uiteindelijk uitgroeien tot plaques.
= een langzame en progressieve opbouw van plaque, vettige stoffen, cholesterol, cellulaire
afvalstoffen, calcium en fibrine i/d binnenwand
Het w gekenmerkt door intima-letsels/binnenste laag-letsel, genoemd atheromen (ook wel
atheromatose of atherosclerotische plaques genoemd), die uitpuilen i/h bloedvat
I/d obstructie komt er plots een scheur i/d endotheel wand, een kleine verwonding.
Ontstaan van stolling. Vormt op die berg van cholesterol en vet zoals bij een hartinfarct, dat
uw bloedvat gans afgesloten w.
Twee fasen:
1 atherosclerose: opstapeling van cholesterol
2 acute vorming stolsel bovenop de vernauwing in bloedvat
=> (mogelijks) hartinfarct
bloedstolsel
Proces hetzelfde bij herseninfarct: verstopping bij de halsslagaders
Maar ook zelfde bij de nieren, longen, …
Risicofactoren voor atherosclerose/ atheromatose
Belangrijkste risicofactoren (niet wijzigbaar)
- Toenemde leeftijd (iedereen dit proces maar meestal maar tot 5%)
- Mannelijk geslacht
- Familiegeschiedenis
- Genetische afwijking
Kleinere, onzekere of niet gekwantificeerde risico’s (ieder op zich is niet
voldoende, maar combinatie)
- Obesitas
, - Lichamelijke inactiviteiten
- Postmenopauzale oestrogeentekort
- Hoge inname van koolhydraten (suiker)
- Lipoproteïne (vet)
- Inname van gehard (trans)onverzadigd vet
- Chlamydia pneumoniae-infectie
Potentieel controleerbaar
- Hyperlipidemie (vetmetabolisme/vetprofiel i/h bloed)
- Hypertensie (bloeddrukstijging)
- Sigaretten roken
- Diabetes (suikerziekte)
- C-reactief eiwit
Hyperlipidemie
- LDL-cholesterol (low-density lipoproteïne) vervult een essentiële fysiologische rol bij
het transporteren van cholesterol naar organen
- Daarentegen mobiliseert high-density lipoproteïne (HDL, “goede cholesterol”)
cholesterol uit ontwikkelde en bestaande atheromen en transporteert het naar de
lever(, waar het via de gal w uitgescheiden) (kan wel niet meer weg)
- Hogere HDL-niveaus correleren dus met een lager risico
Lever is betrokken bij het aanmaken v vetmoleculen (= niet altijd slecht, want vet ook nodig),
w via LDL aan alle organen geleverd. Hier niet goed want w ook geleverd aan de coronaire
aders (kransslagaders). Wnr teveel LDL, blijft deze plakken in kransslagaders (proces
atherosclerose). HDL goede vorm van vet -> zorgt ervoor dat de overdreven hoeveelheid