Samenvatting Geschiedenis van België
Inhoudstabel:
Hoofdstuk 1: België avant la lettre
- Inleiding
- De ‘Oude Belgen’
- De Romeinse stempel
- De vroege middeleeuwen (500-1000) en het ontstaan van het ancien régime
▪ Merovingen en Karolingen
▪ De feodale machtsstrijd
▪ Hoe verliep de politiek-territoriale machtsstrijd?
- Naar een eenmaking van de Nederlanden
- De scheiding der Nederlanden
- De Zuidelijke Nederlanden
Hoofdstuk 2: Van ancien régime naar moderne natiestaten
- De internationale context
▪ Belang van de Franse Revolutie
▪ Aftakeling van het ancien régime in Europa
▪ De (wereld)kaart anders geschud
▪ Het congres van Wenen: de restauratie
▪ Liberalisme en nationalime
- Cruciale etappes op de weg naar het onafhankelijke België (eind 18e eeuw tot 1814)
▪ Einde van het Oostenrijks regime en de états Belgiques Unis (1780-1792)
▪ Franse bewind (1794-1814) als fundament voor het latere België
Hoofdstuk 3: De sociaal-economische stroomversnelling
- Demografie
▪ Een groeiende bevolking in de 19e eeuw
▪ Langzame stijging in de twintigste eeuw
▪ In de 20ste eeuw wordt België een immigratieland
- Ruimtelijke spreiding: waar woonden de Belgen?
- De landbouw op de schop
- Wel en wee van de industrie
▪ Van de eerste naar de tweede industriële revolutie in België
▪ Enkele structurele kenmerken van de Belgische industrie
▪ Crisissen, mutaties en achteruitgang van de Belgische industrie in de 20ste
eeuw
- Transport, handel en diensten worden steeds dominanter
▪ Een uitstekende transportinfrastructuur
▪ Binnen-en buitenlandse handel
▪ Het geld: de geleidelijke verdwijning van de ’Belgische identiteit’
▪ Het bankwezen, ruggengraat van de Belgische economie
, - De sociale caleidoscoop
▪ De algemene evolutie van de actieve bevolking en haar genderdimensie
▪ De sociale elite
▪ De subtop
▪ De kleine loonafhankelijken: boeren, ambachtslieden en kleinhandelaars
▪ De loonafhankelijken
Hoofdstuk 4: De Belgische Revolutie en de triomf van de liberale natiestaat
- Groeiende spanningen in het koninkrijk der Nederlanden (1815-1830)
- De opstand van 1830, het voorlopig bewind van de conferentie van Londen
- Fundamenten van de ‘democratische’ rechtsstaat
- Eendracht maakt macht? De politieke ontwikkelingen van 1830 tot 1850
▪ Het unionisme (1830-1847)
▪ De rol van de koning
▪ Kerk en staat: het levensbeschouwelijke conflictveld
▪ De revolutie van 1848
- De triomf van het Liberalisme
▪ Een liberale industriële revolutie
▪ De eerste arbeidersprotesten
▪ Verscherping van de levensbeschouwelijke tegenstellingen 1850-1884
- De Vlaamse beweging
Hoofdstuk 5: Emancipatiebewegingen en maatschappelijke integratie
- Inleiding
- Van crisis naar expansie: de belle époque
▪ Het breukpunt van 1886
▪ Van economische crisis tot nieuwe dynamiek
▪ De belle époque
- Democratisering van het (mannen)stemrecht
▪ De start van de BWP
▪ De strijd om de uitbreiding van het stemrecht
- Sociale wetgeving en integratie
- De verzuiling: de sociaaldemocratie en de christelijke zuil
▪ De sociaaldemocratie
▪ De christelijke zuil en het daensisme
▪ Organisaties van werkgevers en middenstanders
- Droits de l’homme, ook voor vrouwen
- Cultuurflamigantisme
▪ De Vlaamse beweging wordt sterker
▪ Een- of tweetalig?
Hoofdstuk 6: Kolonisatie en dekolonisatie van Congo
- Internationale context: imperialisme 1870-1914
- Exploratie en kolonisatie van Congo 1876-1885
, - De onafhankelijke Congostaat 1885-1908
- Belgisch-Congo 1908-1960
Hoofdstuk 7: België tijdens de Eerste Wereldoorlog
- Het neutrale België bereidt zich voor op de oorlog
- Oorlogsverrichtingen
- Het bezette land
- Politieke kwesties
- België bevrijdt, maar geruïneerd
Hoofdstuk 8: Het Interbellum
- Inleiding
- De akkoorden van Loppem bezegelden een verruime democratie
- De koning, de partijen en drukkingsgroepen
▪ De vorst
▪ De katholieke partij
▪ De BWP
▪ De liberale partij
▪ De Vlaams-nationalisten
- De economische crisis en haar politieke gevolgen
- Taalwetten en de nationale kwestie in de jaren 1930
- De partijen en de koning ten opzichte van de regimecrisis
▪ Rex, VNV en Verdinaso
▪ De katholieke partij
▪ De BWP
▪ De liberale partij
▪ De koning
- Buitenlandse politiek
Hoofdstuk 9: België tijdens de Tweede Wereldoorlog
- De Achtiendaagse Veldtocht
- Accommodatie
- Verzet
- Collaboratie
- De Jodenvervolging
,Hoofdstuk 10: Tussen Restauratie en vernieuwing
- Vijf naoorlogse politieke problemen
- De politieke krachtmetingen tussen vernieuwers en behoudsgezinden
▪ De CVP
▪ De BSP
- De sociaal-economische wederopbouw
▪ De naoorlogse zuiveringen of ‘repressie’
- De koningskwestie
- Atlantisme en West-Europa in een bipolaire wereld
Hoofdstuk 11: België na 1950 – Tussen breuk en compromis
- De levensbeschouwelijke breuklijn na 1950
▪ Ontkerkelijking en verzuiling
▪ Schoolstrijd en Schoolpact
▪ De emancipatiegolf van de jaren 1960
▪ De depenalisering van abortus – de euthanasiewet
- De economische en sociale politiek sinds de jaren 1950
▪ 1950 tot 1960-’61: expansiepolitiek in een moeilijk sociaal en economisch
landschap
▪ 1961-1973: de uitbouw van een keynesiaanse staat in een tijd van
economische groei
▪ 1973-1992: crisispolitiek
▪ 1992: op zoek naar een nieuwe synthese
- De communautaire breuklijn na 1950
▪ De actoren
▪ Het verloop van de politieke gebeurtenissen
▪ Krachtlijnen
- België in de wereld na 1950
▪ België in de NAVO en de EEG tot 1989
▪ Buitenlandse politiek in een geglobaliseerde wereld
,Hoofdstuk 1: België avant la lettre
Inleiding:
België wordt gemarkeerd door een communautaire strijd tussen Noord en Zuid
→ Een meer nationalistisch denken in het Noorden
→ Een meer socialistisch denken in het Zuiden
Docu ‘Bye Bye Belgium’ = een fake News reportage uitgezonden door de RTBF waarin
Vlaanderen zich onafhankelijk verklaart => veel mensen geloven het ondanks duidelijke
trigger warning van fake News, publieke opinie wordt hierdoor aangewakkerd.
Tony Judt = Een externe observator die een opiniestuk schreef over België met als titel ‘Is
there a Belgium?’ Hierin stelt hij dat België niet enkel belangrijk is voor België zelf maar ook
voor de rest van Europa en hij vraagt zich af hoe België met zijn complexe staatsstructuur zal
standhouden in een wereld van toenemende globalisering. (= frank wordt euro,
=> idee van België als ‘ontmantelde staat’ voorbeeld: moeilijkheden waarmee België te
maken kreeg tijdens de coronacrisis, namelijk 9 ministers van gezondheid voor een klein
landje (zorgt voor negatief beeld).
=> idee van België als ‘postnationale staat’ voorbeeld: De Europese Unie zal altijd aan
belang winnen en België ook door als Europese hoofdstad te fungeren.
Wat valt te verstaan onder ‘complexe staatstructuur’?
- Federale staat
- Huidige federale regering onder de Croo heeft geen meerderheid langs Vlaamse
kant, wat haar kwetsbaar maakt t.o.v. de oppositie
- 6 regeringen
In België bestaan 3 grote breuklijnen:
→ de sociaal-economische breuklijn (= kapitaal vs arbeid
→ de levensbeschouwlijke breuklijn (= strijd tussen kerk en staat)
→ de communautaire breuklijn (= vlamingen vs franstaligen)
=> maar: niet altijd even acuut aanwezig + er ontstaan de laatste jaren nieuwe conflictzones.
Thema's als klimaat en migratie zorgen voor nieuwe extreme partijen.
, De Oude Belgen
Bestond België al voor 1830?
Brede discussie opgedeeld in twee grote stromingen:
→ essentialisme: idee van natiestaat als natuurlijke entiteit. Volgens essentialisten bestond
België al heel lang, maar kon het pas in 1830 onafhankelijk worden door zich te bevrijden
van buitenlandse bezetters. Essentialistische inkijk werd vooral in het jonge België naar
voren geschoven tijdens de romantiek (verheerlijking zgn. ‘Oude Belgen’ als Ambiorix)
→ constructivisme: natiestaat als artificiële creatie. Volgens. constructivisten is België het
resultaat van verschillende politieke keuzes van externe machtsfactoren en toevalligheden.
(vooral door Vlaamse beweging geproclameerd).
Waarheid ligt in het midden, visie hangt af van auteur en tijdperk waarin de auteur leefde.
Henri Pirenne
Belangrijk figuur voor de professionalisering van de Belgische geschiedschrijving. (=
essentialist)
→ stelling: Er was al sprake van een soort Belgische cultuur voordat er gesproken werd van
staatkundige ingrepen waarbij men ging proberen de gewesten tot een staatkundig geheel
te smeden.
→ citaat 1: “Als staat zijn de Nederlanden terug te voeren op de hertogen van
Bourgondië, maar vóór de hertogen was er al een volk van de Lage Landen
(...) er kan gezegd worden dat bij ons nationale eenheid voorafging aan
eenheid van bestuur. (...) Elders is de staat vaak de oorzaak geweest van
een eigen nationaal leven; bij ons lijkt het het resultaat te zijn geweest.”
= In België was er sprake van een nationale identiteit voordat er sprake was van
staatkundige ingrepen door onder meer de Bourgondische hertogen.
→ citaat 2: “De verschillende feodale gebieden op de rechter- en linkeroever
van de Schelde neigden al eeuwenlang onbewust naar eenheid. Het Huis van
Bourgondië plukte slechts de vruchten van het werk dat lang daarvoor was
begonnen. Als het onze verschillende gebieden in een gemeenschappelijke
staat verenigde, dan was dat omdat ze al lang een gemeenschappelijke
beschaving deelden. Ondanks tweetaligheid en politieke fragmentatie
vormden ze één regio met een intellectuele cultuur en economische
solidariteit.”
Inhoudstabel:
Hoofdstuk 1: België avant la lettre
- Inleiding
- De ‘Oude Belgen’
- De Romeinse stempel
- De vroege middeleeuwen (500-1000) en het ontstaan van het ancien régime
▪ Merovingen en Karolingen
▪ De feodale machtsstrijd
▪ Hoe verliep de politiek-territoriale machtsstrijd?
- Naar een eenmaking van de Nederlanden
- De scheiding der Nederlanden
- De Zuidelijke Nederlanden
Hoofdstuk 2: Van ancien régime naar moderne natiestaten
- De internationale context
▪ Belang van de Franse Revolutie
▪ Aftakeling van het ancien régime in Europa
▪ De (wereld)kaart anders geschud
▪ Het congres van Wenen: de restauratie
▪ Liberalisme en nationalime
- Cruciale etappes op de weg naar het onafhankelijke België (eind 18e eeuw tot 1814)
▪ Einde van het Oostenrijks regime en de états Belgiques Unis (1780-1792)
▪ Franse bewind (1794-1814) als fundament voor het latere België
Hoofdstuk 3: De sociaal-economische stroomversnelling
- Demografie
▪ Een groeiende bevolking in de 19e eeuw
▪ Langzame stijging in de twintigste eeuw
▪ In de 20ste eeuw wordt België een immigratieland
- Ruimtelijke spreiding: waar woonden de Belgen?
- De landbouw op de schop
- Wel en wee van de industrie
▪ Van de eerste naar de tweede industriële revolutie in België
▪ Enkele structurele kenmerken van de Belgische industrie
▪ Crisissen, mutaties en achteruitgang van de Belgische industrie in de 20ste
eeuw
- Transport, handel en diensten worden steeds dominanter
▪ Een uitstekende transportinfrastructuur
▪ Binnen-en buitenlandse handel
▪ Het geld: de geleidelijke verdwijning van de ’Belgische identiteit’
▪ Het bankwezen, ruggengraat van de Belgische economie
, - De sociale caleidoscoop
▪ De algemene evolutie van de actieve bevolking en haar genderdimensie
▪ De sociale elite
▪ De subtop
▪ De kleine loonafhankelijken: boeren, ambachtslieden en kleinhandelaars
▪ De loonafhankelijken
Hoofdstuk 4: De Belgische Revolutie en de triomf van de liberale natiestaat
- Groeiende spanningen in het koninkrijk der Nederlanden (1815-1830)
- De opstand van 1830, het voorlopig bewind van de conferentie van Londen
- Fundamenten van de ‘democratische’ rechtsstaat
- Eendracht maakt macht? De politieke ontwikkelingen van 1830 tot 1850
▪ Het unionisme (1830-1847)
▪ De rol van de koning
▪ Kerk en staat: het levensbeschouwelijke conflictveld
▪ De revolutie van 1848
- De triomf van het Liberalisme
▪ Een liberale industriële revolutie
▪ De eerste arbeidersprotesten
▪ Verscherping van de levensbeschouwelijke tegenstellingen 1850-1884
- De Vlaamse beweging
Hoofdstuk 5: Emancipatiebewegingen en maatschappelijke integratie
- Inleiding
- Van crisis naar expansie: de belle époque
▪ Het breukpunt van 1886
▪ Van economische crisis tot nieuwe dynamiek
▪ De belle époque
- Democratisering van het (mannen)stemrecht
▪ De start van de BWP
▪ De strijd om de uitbreiding van het stemrecht
- Sociale wetgeving en integratie
- De verzuiling: de sociaaldemocratie en de christelijke zuil
▪ De sociaaldemocratie
▪ De christelijke zuil en het daensisme
▪ Organisaties van werkgevers en middenstanders
- Droits de l’homme, ook voor vrouwen
- Cultuurflamigantisme
▪ De Vlaamse beweging wordt sterker
▪ Een- of tweetalig?
Hoofdstuk 6: Kolonisatie en dekolonisatie van Congo
- Internationale context: imperialisme 1870-1914
- Exploratie en kolonisatie van Congo 1876-1885
, - De onafhankelijke Congostaat 1885-1908
- Belgisch-Congo 1908-1960
Hoofdstuk 7: België tijdens de Eerste Wereldoorlog
- Het neutrale België bereidt zich voor op de oorlog
- Oorlogsverrichtingen
- Het bezette land
- Politieke kwesties
- België bevrijdt, maar geruïneerd
Hoofdstuk 8: Het Interbellum
- Inleiding
- De akkoorden van Loppem bezegelden een verruime democratie
- De koning, de partijen en drukkingsgroepen
▪ De vorst
▪ De katholieke partij
▪ De BWP
▪ De liberale partij
▪ De Vlaams-nationalisten
- De economische crisis en haar politieke gevolgen
- Taalwetten en de nationale kwestie in de jaren 1930
- De partijen en de koning ten opzichte van de regimecrisis
▪ Rex, VNV en Verdinaso
▪ De katholieke partij
▪ De BWP
▪ De liberale partij
▪ De koning
- Buitenlandse politiek
Hoofdstuk 9: België tijdens de Tweede Wereldoorlog
- De Achtiendaagse Veldtocht
- Accommodatie
- Verzet
- Collaboratie
- De Jodenvervolging
,Hoofdstuk 10: Tussen Restauratie en vernieuwing
- Vijf naoorlogse politieke problemen
- De politieke krachtmetingen tussen vernieuwers en behoudsgezinden
▪ De CVP
▪ De BSP
- De sociaal-economische wederopbouw
▪ De naoorlogse zuiveringen of ‘repressie’
- De koningskwestie
- Atlantisme en West-Europa in een bipolaire wereld
Hoofdstuk 11: België na 1950 – Tussen breuk en compromis
- De levensbeschouwelijke breuklijn na 1950
▪ Ontkerkelijking en verzuiling
▪ Schoolstrijd en Schoolpact
▪ De emancipatiegolf van de jaren 1960
▪ De depenalisering van abortus – de euthanasiewet
- De economische en sociale politiek sinds de jaren 1950
▪ 1950 tot 1960-’61: expansiepolitiek in een moeilijk sociaal en economisch
landschap
▪ 1961-1973: de uitbouw van een keynesiaanse staat in een tijd van
economische groei
▪ 1973-1992: crisispolitiek
▪ 1992: op zoek naar een nieuwe synthese
- De communautaire breuklijn na 1950
▪ De actoren
▪ Het verloop van de politieke gebeurtenissen
▪ Krachtlijnen
- België in de wereld na 1950
▪ België in de NAVO en de EEG tot 1989
▪ Buitenlandse politiek in een geglobaliseerde wereld
,Hoofdstuk 1: België avant la lettre
Inleiding:
België wordt gemarkeerd door een communautaire strijd tussen Noord en Zuid
→ Een meer nationalistisch denken in het Noorden
→ Een meer socialistisch denken in het Zuiden
Docu ‘Bye Bye Belgium’ = een fake News reportage uitgezonden door de RTBF waarin
Vlaanderen zich onafhankelijk verklaart => veel mensen geloven het ondanks duidelijke
trigger warning van fake News, publieke opinie wordt hierdoor aangewakkerd.
Tony Judt = Een externe observator die een opiniestuk schreef over België met als titel ‘Is
there a Belgium?’ Hierin stelt hij dat België niet enkel belangrijk is voor België zelf maar ook
voor de rest van Europa en hij vraagt zich af hoe België met zijn complexe staatsstructuur zal
standhouden in een wereld van toenemende globalisering. (= frank wordt euro,
=> idee van België als ‘ontmantelde staat’ voorbeeld: moeilijkheden waarmee België te
maken kreeg tijdens de coronacrisis, namelijk 9 ministers van gezondheid voor een klein
landje (zorgt voor negatief beeld).
=> idee van België als ‘postnationale staat’ voorbeeld: De Europese Unie zal altijd aan
belang winnen en België ook door als Europese hoofdstad te fungeren.
Wat valt te verstaan onder ‘complexe staatstructuur’?
- Federale staat
- Huidige federale regering onder de Croo heeft geen meerderheid langs Vlaamse
kant, wat haar kwetsbaar maakt t.o.v. de oppositie
- 6 regeringen
In België bestaan 3 grote breuklijnen:
→ de sociaal-economische breuklijn (= kapitaal vs arbeid
→ de levensbeschouwlijke breuklijn (= strijd tussen kerk en staat)
→ de communautaire breuklijn (= vlamingen vs franstaligen)
=> maar: niet altijd even acuut aanwezig + er ontstaan de laatste jaren nieuwe conflictzones.
Thema's als klimaat en migratie zorgen voor nieuwe extreme partijen.
, De Oude Belgen
Bestond België al voor 1830?
Brede discussie opgedeeld in twee grote stromingen:
→ essentialisme: idee van natiestaat als natuurlijke entiteit. Volgens essentialisten bestond
België al heel lang, maar kon het pas in 1830 onafhankelijk worden door zich te bevrijden
van buitenlandse bezetters. Essentialistische inkijk werd vooral in het jonge België naar
voren geschoven tijdens de romantiek (verheerlijking zgn. ‘Oude Belgen’ als Ambiorix)
→ constructivisme: natiestaat als artificiële creatie. Volgens. constructivisten is België het
resultaat van verschillende politieke keuzes van externe machtsfactoren en toevalligheden.
(vooral door Vlaamse beweging geproclameerd).
Waarheid ligt in het midden, visie hangt af van auteur en tijdperk waarin de auteur leefde.
Henri Pirenne
Belangrijk figuur voor de professionalisering van de Belgische geschiedschrijving. (=
essentialist)
→ stelling: Er was al sprake van een soort Belgische cultuur voordat er gesproken werd van
staatkundige ingrepen waarbij men ging proberen de gewesten tot een staatkundig geheel
te smeden.
→ citaat 1: “Als staat zijn de Nederlanden terug te voeren op de hertogen van
Bourgondië, maar vóór de hertogen was er al een volk van de Lage Landen
(...) er kan gezegd worden dat bij ons nationale eenheid voorafging aan
eenheid van bestuur. (...) Elders is de staat vaak de oorzaak geweest van
een eigen nationaal leven; bij ons lijkt het het resultaat te zijn geweest.”
= In België was er sprake van een nationale identiteit voordat er sprake was van
staatkundige ingrepen door onder meer de Bourgondische hertogen.
→ citaat 2: “De verschillende feodale gebieden op de rechter- en linkeroever
van de Schelde neigden al eeuwenlang onbewust naar eenheid. Het Huis van
Bourgondië plukte slechts de vruchten van het werk dat lang daarvoor was
begonnen. Als het onze verschillende gebieden in een gemeenschappelijke
staat verenigde, dan was dat omdat ze al lang een gemeenschappelijke
beschaving deelden. Ondanks tweetaligheid en politieke fragmentatie
vormden ze één regio met een intellectuele cultuur en economische
solidariteit.”