,Inhoudsopgave
1. Inleiding.................................................................................................... 2
1.1 Organisatie: de praktijksituatie.................................................................2
1.2 Vraagstelling............................................................................................ 2
1.3 Theoretische achtergrond.........................................................................3
2. Methoden van onderzoek............................................................................4
2.1 Methode 1 TMA........................................................................................4
2.2 Methode 2 TEAMQ....................................................................................5
2.3 Methode 3 Intakegesprekken....................................................................6
3. Geïntegreerde Analyse...............................................................................6
3.1 Bestaansrecht........................................................................................................... 6
3.2 Inrichting.................................................................................................................. 7
3.3 Dynamiek................................................................................................................. 7
3.4 Omgeving................................................................................................................. 8
4. Conclusie................................................................................................... 8
5. Advies....................................................................................................... 9
5.1 Aanbeveling............................................................................................. 9
5.2 Evaluatie en borging...............................................................................12
Literatuurlijst............................................................................................... 14
Bijlagen....................................................................................................... 15
1
, 1. Inleiding
1.1 Organisatie: de praktijksituatie
De Academie voor Gezondheid en Arbeid (AGA) is onderdeel van het Noordhove
Academisch Ziekenhuis en valt onder het instituut voor onderwijs en opleiden. Binnen de
AGA verzorgt een opleidingsteam de scholing van bedrijfs- en verzekeringsartsen in
opleiding (AIOS). Het team bestaat uit zeven leden: twee instituut opleiders, drie
gedragswetenschappers, een onderwijskundig adviseur en een onderzoeker. Gezamenlijk
bewaken zij de kwaliteit van het curriculum en zijn zij verantwoordelijk voor talent- en
procesmanagement.
De afgelopen periode zijn er binnen dit team spanningen ontstaan, onder andere over de
taakverdeling en verantwoordelijkheden. Verschillende disciplines ervaren de onderlinge
afstemming als moeizaam. Teamleden haken regelmatig af bij overleggen, en sommige
taken worden dubbel uitgevoerd of blijven liggen. Door de maatschappelijke druk om het
tekort aan bedrijfsartsen aan te pakken, is het aantal AIOS toegenomen. Dit leidt tot meer
werk voor het team, dat vaak buiten contracturen moet worden uitgevoerd. Teamleden geven
aan dat dit ten koste gaat van hun betrokkenheid en samenwerking. De teamleider heeft
daarom de wens uitgesproken om te onderzoeken hoe het team effectiever kan
samenwerken en hoe de ervaren werkdruk kan worden verminderd.
Effectief teamfunctioneren is binnen opleidingsinstellingen van groot belang. Teams die goed
op elkaar zijn afgestemd, leveren niet alleen betere prestaties, maar dragen ook bij aan de
professionele ontwikkeling van artsen in opleiding (Kuipers & Groeneveld, 2014).
1.2 Vraagstelling
Binnen de AGA ervaren teamleden van het opleidingsteam bedrijfsartsen toenemende
werkdruk en moeizame samenwerking. De taakverdeling is onduidelijk, overleggen worden
regelmatig gemist, en spanningen tussen disciplines zorgen voor frustratie. Door de
maatschappelijke druk om het tekort aan bedrijfsartsen terug te dringen, is de werklast
toegenomen. Dit heeft impact op de betrokkenheid en de effectiviteit van het team.
De opdrachtgever heeft de wens uitgesproken om inzicht te krijgen in het huidige team
functioneren, met als doel passende interventies te formuleren. De interventies dienen bij te
dragen aan het verbeteren van de samenwerking en het verminderen van de werkdruk.
Daarbij is het belangrijk dat ze uitvoerbaar zijn binnen een budget van €7.500 en een
maximale tijdsinvestering van twee dagen.
De centrale onderzoeksvraag luidt:
“Hoe functioneert het opleidingsteam van bedrijfsartsen binnen de AGA op dit moment, en
welke interventies zijn nodig om de samenwerking te verbeteren en de werkdruk te verlagen
binnen de gestelde randvoorwaarden?”
2