Hoofdstuk 11: economische groei (LT)
Feiten rond economische groei
- In de korte en de middellange termijn domineren fluctuaties bij de bepaling van het
outputniveau; op lange termijn ligt de nadruk op groei
- Groei is een bestendige toename van de geaggregeerde output doorheen de tijd
- Hoeveel/ welke groei is wenselijk
,1.het meten van de levensstandaard
- De reden waarom we geïnteresseerd zijn in groei, is het verband tussen groei en de
levensstandaard
- De variabele die we hierbij bekijk- doorheen de tijd en ruimte – is de output per capita en
niet de output op zich
- Wanneer we BBP/capita willen vergelijken tussen landen, is de meest voor de hand
liggende methode om via de huidige wisselkoersen de variabelen op éénzelfde noemer
te brengen; deze methode heeft twee beperkingen
o Wisselkoersen kunnen sterk schommelen
o Prijzen verschillen ook tussen landen: in landen met een lage output per capita
zijn de prijzen van voedsel en andere basisproducten doorgaans lager
- Om BBP reeksen tussen landen te vergelijken; gebruiken we best eenzelfde set prijzen
voor alle landen
- Het aangepaste reële bbp van een land houdt rekening met verschillen in koopkracht
tussen landen en wordt dan ook soms het BBP uitgedrukt in koopkrachtpariteiten = PPP=
pruchasing power parities genoemd
- Productiezijde: output per arbeider / output per uur
Focus = de constructie van PPP-cijfers
- Deze gemiddelde prijzen worden ook internationale dollars genoemd
- De cijfers die we in dit hoofdstuk gebruiken zijn afkomstig van de Penn World tables. Hier
loopt een project onder leiding van drie economen om PPP cijfers te berekenen voor
consumptie voor andere componenten van het BBP
Opmerkingen
- Consumptie is miscchien belangrijker voor de welvaart van een persoon dan inkomen
- Wanneer we het groeivraagstuk bekijken vanuit de productiezijde, is het interessanter om
te kijken naar verschillen in productiviteit – output per arbeider
- De reden waarom we geïnteresserd zijn in de levensstandaard is omdat we er van
uitgaan dat een hogere levensstandaard leidt tot een hoger geluk
,Focus: inkomen en geluk
- Conclusies uit geluksonderzoek
o Verschillende landen: inwoners van rijkere landen, rapporteren doorgaans een
hoger geluksniveau, maar het verband verzwakt / verdwijnt bij hogere
inkomensniveaus
o Binnen een land: rijkere inwoners zijn significant gelukkiger dan arme inwoners
o Doorheen de tijd: het gemiddelde geluksnivau in rijkere landen blijft min of meer
stabiel
Focus: maakt geld gelukkig
, 2.groei in ontwikkelde landen van 1950
- Er was een sterke toename van de outpur per capita – force of compounding
- Er was convergentie in het outputniveau ( per capita) tussen de landen
The large increase in the standard of living since 1950
→ force of compounding = saving a little bit while you are young will build to a large amount by
the time you retire
The convergence of output per person
Feiten rond economische groei
- In de korte en de middellange termijn domineren fluctuaties bij de bepaling van het
outputniveau; op lange termijn ligt de nadruk op groei
- Groei is een bestendige toename van de geaggregeerde output doorheen de tijd
- Hoeveel/ welke groei is wenselijk
,1.het meten van de levensstandaard
- De reden waarom we geïnteresseerd zijn in groei, is het verband tussen groei en de
levensstandaard
- De variabele die we hierbij bekijk- doorheen de tijd en ruimte – is de output per capita en
niet de output op zich
- Wanneer we BBP/capita willen vergelijken tussen landen, is de meest voor de hand
liggende methode om via de huidige wisselkoersen de variabelen op éénzelfde noemer
te brengen; deze methode heeft twee beperkingen
o Wisselkoersen kunnen sterk schommelen
o Prijzen verschillen ook tussen landen: in landen met een lage output per capita
zijn de prijzen van voedsel en andere basisproducten doorgaans lager
- Om BBP reeksen tussen landen te vergelijken; gebruiken we best eenzelfde set prijzen
voor alle landen
- Het aangepaste reële bbp van een land houdt rekening met verschillen in koopkracht
tussen landen en wordt dan ook soms het BBP uitgedrukt in koopkrachtpariteiten = PPP=
pruchasing power parities genoemd
- Productiezijde: output per arbeider / output per uur
Focus = de constructie van PPP-cijfers
- Deze gemiddelde prijzen worden ook internationale dollars genoemd
- De cijfers die we in dit hoofdstuk gebruiken zijn afkomstig van de Penn World tables. Hier
loopt een project onder leiding van drie economen om PPP cijfers te berekenen voor
consumptie voor andere componenten van het BBP
Opmerkingen
- Consumptie is miscchien belangrijker voor de welvaart van een persoon dan inkomen
- Wanneer we het groeivraagstuk bekijken vanuit de productiezijde, is het interessanter om
te kijken naar verschillen in productiviteit – output per arbeider
- De reden waarom we geïnteresserd zijn in de levensstandaard is omdat we er van
uitgaan dat een hogere levensstandaard leidt tot een hoger geluk
,Focus: inkomen en geluk
- Conclusies uit geluksonderzoek
o Verschillende landen: inwoners van rijkere landen, rapporteren doorgaans een
hoger geluksniveau, maar het verband verzwakt / verdwijnt bij hogere
inkomensniveaus
o Binnen een land: rijkere inwoners zijn significant gelukkiger dan arme inwoners
o Doorheen de tijd: het gemiddelde geluksnivau in rijkere landen blijft min of meer
stabiel
Focus: maakt geld gelukkig
, 2.groei in ontwikkelde landen van 1950
- Er was een sterke toename van de outpur per capita – force of compounding
- Er was convergentie in het outputniveau ( per capita) tussen de landen
The large increase in the standard of living since 1950
→ force of compounding = saving a little bit while you are young will build to a large amount by
the time you retire
The convergence of output per person