Week 1: Expansie
Handboekvragen
Vanaf het einde van de 15e eeuw bereikten Europese zeevaarders,
uitgezonden door de Iberische monarchieën Portugal en Spanje, het
Amerikaanse continent. Daar ontmoetten ze verschillende inheemse
volkeren die op diverse manieren waren georganiseerd. Presenteer en
analyseer deze ontmoeting en de systemen van vestiging, bestuur en
dominantie die in de 16e eeuw tot stand kwamen.
1) Welke waren de twee meest geavanceerde rijken op het
Amerikaanse continent? Hoe werden ze overgenomen door
Europeanen? Welke factoren hebben geleid tot het ontstaan van
deze Europese dominantie?
De meest geavanceerde rijken waren het Azteekse rijk (rond Mexico)
en het Inca-rijk (rond de Andes).
Het Azteekse rijk was in de vroege vijftiende eeuw gevormd
door middel van een genootschap tussen de Mexica mensen en hun
bondgenoten. Het rijk was erg georganiseerd, met gespecialiseerde
rechtbanken en geavanceerde astronomie, wiskunde en bouwkunde.
De overname van dit soort steden had zowel een voordeel als een
nadeel: voordelig was dat de opbouw van de stad er al was, nadelig
was dat zij zich wellicht niet goed hadden voorbereid op deze
overname. Door de constante strijd tegen hun tegenstanders, was
het Azteekse rijk een oorlogzuchtig, verdeeld en instabiel gebied;
mede hierdoor kon Cortés een bondgenootschap sluiten met
Tlaxcala, een individuele staat die uit handen van de Azteken was
gebleven. De rol van tolken was hierin prominent, voornamelijk om
verbanden te sluiten. Cortés maakt hierbij gebruik van de verdeel
en heers-techniek. Cortés en zijn strijdkrachten werden door
Moctezuma uitgenodigd in zijn stad, waarnaar zij hem (na zeven
maanden in Tenochtitlan, het centrum van het Azteekse rijk, te
verblijven) gevangen namen en hem uiteindelijk executeerde.
Cortés werd de stad uit gejaagd, maar kwam een tweede keer terug
en versloeg het Azteekse rijk in de late zomer van 1521 voorgoed.
Het Inca-rijk bevond zich 3000 meter boven zeeniveau en had
weinig contact met andere volkeren. Net als de Azteken waren de
Incas geavanceerd, met gekleurde knopen voor administratieve
boekhouding (khipus). In 1438 gingen de Incas zich uitbreiden naar
een gebied wat zich, op zijn hoogtepunt, strekte van Ecador en
Colombia naar Chile met Cuzco als hoofdstad. Het rijk was verdeeld
in vier delen, met ieder zijn eigen verdelingen. Ten tijde van de
Spaanse invasie was het rijk verzwakt door een burgeroorlog over
macht en diverse ziektes ontstaan door handel met groepen die in
contact waren geweest met Europeanen. Atahuapla verwelkomde de
Spanjaarden onder leiding van Pizarro, maar had hierbij een valstrik:
met een leger van veertigduizend mensen wilde hij hun paarden
afpakken en kundige mannen voor het leger scheppen. De
Spanjaarden waren hem echter voor en ontvoerde hem; uiteindelijk
werd hij in 1533 vermoord. Toen Cuzco gelijktijdig viel, plunderde de
Spanjaarden de stad voor goud en zilver.
,2) Hoe werden de Amerikaanse koloniën van de Portugezen en de
Spanjaarden geregeerd? Presenteer de belangrijkste aspecten van
de bestuurssystemen die zijn opgezet.
De Portugeese en Spaanse kolonies waren direct bestuurd, waarbij
koopliederen zich naar één haven moesten bevinden waar zij
werden belast en vervolgens hun goederen binnen Europa konden
vervoeren. Hun directe bestuur kwam terug in het zenden van
nobelen en officieren om macht te bewaren binnen de
gekoloniseerde gebieden, die in ruil hiervoor land kregen die zij
konden bewerken. Door middel van instanties als Casa da India
behield de Spaanse kroon een handelsmonopolie over Europese
goederen en import en export van kruiden en diverse edelmetalen.
Ook werden diverse administratieve gebruiken ingesteld, onder
andere wetboeken en juridische hulpmiddelen (onder andere de
audiencia), militaire machtsuitoefening en lokaal gezag (cabildo).
3) Hoe evolueerden de twee oude rijken demografisch en economisch
na de komst van Europeanen?
Door het gebruik van het encomienda-systeem konden overheersers
de inheemse bevolking forceren arbeid te leveren en schatten over
te geven, in ruil voor eten en onderdak. Er bestonden hier al
systemen voor, waardoor het voor de Spanjaarden makkelijker werd
om hier hun eigen systemen op te baseren en gelijktijdig in te
voeren. Het werd voor het eerst gebruikt voor argrarische uitbuiting,
maar later, in de 1540s, ook voor arbeid in de zilvermijnen.
Belangrijk hierbij is de suikerhandel, die ontstaat in Brazillië. Voor de
verbouwing hiervan was veel mensenkracht nodig waardoor,
aangezien veel van de inheemse bevolking stierf, de slavenhandel
tussen Afrika en de Amerika’s in gang word gezet. Het werd later
vervangen door repartimiento (in Nieuw-Spanje) of mita (in Peru),
waarbij een aantal inheemsen bepaalde taken uitvoerde voor een
vastgestelde periode.
De Europese overheersing had naast economisch, ook voor de
demografie desastreuze gevolgen; er vielen vele doden na
aanleiding van geweld en de onderbreking van landbouw en handel
als gevolge van de oorlog. De belangrijkste oorzaak van overlijden
was echter de ziektes die de Europeanen met zich meebrachten
(bijvoorbeeld smallpox), wat resulteerde in de dood van ongeveer
negentig procent van de inheemse bevolking. Ook kwamen er rond
1600 een nieuwe ‘bevolking’: creoles, Amerikaanse-geboren
Europeanen. In reactie hierop creëerden Spanjaarden nieuwe
instituties, om zo hun eigen leefbaarheid te vergroten: stadspleinen,
kerken, scholen en universiteiten. Daarnaast hadden de Iberiërs
geslachtsgemeenschap met de inheemse vrouwen, wat leidde tot de
vorming en uitbreiding van mestizos (een bevolkingsgroep van
gemengde Iberische en Indiaase afkomst). Laatstelijk kwamen er
, een grote groep Afrikaanse tot slaafgemaakten, wat zorgde voor een
nieuwe etnische en raciale bevolkingsgroep.
De overheersing van het Amerikaanse continent door Europeanen vanaf
de 16e eeuw heeft bijgedragen aan de totstandkoming van een
wereldeconomie. Presenteer en analyseer de goederen die werden
uitgewisseld in deze wereldeconomie en analyseer de rol van het Spaanse
en het Portugese rijk.
1) Welke goederen werden geïmporteerd en geëxporteerd vanuit
Afrika? Welke rol speelde het Spaanse en/of Portugese rijk in deze
stroom?
De goederen die vanuit Afrika geïmporteerd werden waren tot
slaafgemaakten, goud, ivoor en diverse specerijen. Zowel het
Spaanse, alsmede het Portugese rijk speelde een grote rol in de
slavenhandel.
2) Welke goederen werden geïmporteerd en geëxporteerd vanuit
Amerika? Welke rol speelde het Spaanse en/of Portugese rijk in deze
stroom?
De goederen die vanuit Amerika geïmporteerd werden waren goud,
zilver, tabak, katoen en suiker. Zowel het Spaanse, alsmede het
Portugese rijk controleerde deze handelsstromingen, bijvoorbeeld
die van de zilvermijnen (die in handen waren van de Spanjaarden).
3) Welke goederen werden geïmporteerd en geëxporteerd vanuit
Europa? Welke rol speelde het Spaanse en/of Portugese rijk in deze
stroom?
De goederen die vanuit Europa geëxporteert werden waren textiel,
wapens en alcohol. Het Spaanse en Portugese rijk waren hiervan
zowel producenten alsmede de exporteurs. Hun koloniale rijken
werden gebruikt om handelsmarkten te creëren en zo bijkomende
inkomsten te genereren.
4) Welke goederen werden geïmporteerd en geëxporteerd vanuit Azië?
Welke rol speelde het Spaanse en/of Portugese rijk in deze stroom?
De goederen die vanuit Azië geïmporteerd werden waren specerijen
(peper, nootmuskaat), zijde en porselein. Het Portugese rijk was de
eerste in aanleg van handelsroutes tussen Europa en Azië; Spanje
volgde hier kort na (naar de Filipijnen).
Van/ Afrika Amerika Europa Azië
Naar
Afrika X Tot Goud Goud,
slaafgemaakt ivoor,
en schildpadde
n
Amerika X X Pompoen, Goud,
goud, zilver, maïs
zilver,
, tabak,
katoen,
suiker,
peper,
maïs,
tomaten,
aardappele
n
Europa Wapens Paarden, X X
(geweren, graan,
kanonnen), druiven, vee
sierraden,
eindproduct
en
Azië Peper, Zijde, goud, Specerijen, X
schepen, zilver textiel,
(Perzische) zijde,
tapijten porselijn
Literatuurvragen – Manck
a) Mancke stelt dat het proces van vroegmoderne Europese expansie
leidde tot de ‘politisering van de oceanische ruimte’. Wat bedoelt ze
precies met ‘politisering’?
Met politisering van de oceanische ruimte bedoelt Mancke dat
Europeanen de zee zagen als manier waarop zij hun gebied (en dus
hun macht en politiek) konden uitbreiden, juist middels het
controleren en reguleren van toegang tot oceanen. Hierbij wilde zij
niet langer afhangen van Aziaten, Afrikanen en de inheemse
Amerikanen, die tot dan toe de zee beheerden; de motivatie hierbij
was politiek en oceanische ruimte en handel. De machtsgebieden
werden vastgesteld in het Verdrag van Tordesillas (1494), waarin de
Portugezen de Indische Oceaan en de Zuid-Chinese Zee ‘claimde’.
Deze ‘claim’ werd echter wel steeds aangetast, onder andere door
de Nederlanders (met de VOC) en Engelsen (met de EIC), waarbij de
definitieve machtsgebieden zich gingen vormen in de loop van de
zeventiende en achttiende eeuw. De onenigheden tussen landen
(zoals bij Engeland) worden daarbij ‘uitgevochten’ op zee. Dit
verschilt van andere volkeren die gebruik maakte van de zeeroutes,
zoals Austronesiërs die zich weliswaar vestigde op de eilanden,
maar hier geen politieke connecties mee hielden. Moslimhandelaren
gebruikten deze routes ook, maar het gebied waar zij invloed
uitoefende bestond uit vele autonome gebieden en konden dus
geen politieke macht uitoefenen.
b) Waarom beweert ze dat de oceanische ruimte zo cruciaal was voor
het vroegmoderne Europese imperialisme?
Oceanische ruimte bood nieuwe manieren voor zwakkere gebieden
(bijvoorbeeld Engeland en de Nederlanden) om zich uit te kunnen
breiden en hierbij hun kans tot macht te geven, gezien hun goede
connectie met het water (de ‘seaborne empires’. Hierbij stemde
Handboekvragen
Vanaf het einde van de 15e eeuw bereikten Europese zeevaarders,
uitgezonden door de Iberische monarchieën Portugal en Spanje, het
Amerikaanse continent. Daar ontmoetten ze verschillende inheemse
volkeren die op diverse manieren waren georganiseerd. Presenteer en
analyseer deze ontmoeting en de systemen van vestiging, bestuur en
dominantie die in de 16e eeuw tot stand kwamen.
1) Welke waren de twee meest geavanceerde rijken op het
Amerikaanse continent? Hoe werden ze overgenomen door
Europeanen? Welke factoren hebben geleid tot het ontstaan van
deze Europese dominantie?
De meest geavanceerde rijken waren het Azteekse rijk (rond Mexico)
en het Inca-rijk (rond de Andes).
Het Azteekse rijk was in de vroege vijftiende eeuw gevormd
door middel van een genootschap tussen de Mexica mensen en hun
bondgenoten. Het rijk was erg georganiseerd, met gespecialiseerde
rechtbanken en geavanceerde astronomie, wiskunde en bouwkunde.
De overname van dit soort steden had zowel een voordeel als een
nadeel: voordelig was dat de opbouw van de stad er al was, nadelig
was dat zij zich wellicht niet goed hadden voorbereid op deze
overname. Door de constante strijd tegen hun tegenstanders, was
het Azteekse rijk een oorlogzuchtig, verdeeld en instabiel gebied;
mede hierdoor kon Cortés een bondgenootschap sluiten met
Tlaxcala, een individuele staat die uit handen van de Azteken was
gebleven. De rol van tolken was hierin prominent, voornamelijk om
verbanden te sluiten. Cortés maakt hierbij gebruik van de verdeel
en heers-techniek. Cortés en zijn strijdkrachten werden door
Moctezuma uitgenodigd in zijn stad, waarnaar zij hem (na zeven
maanden in Tenochtitlan, het centrum van het Azteekse rijk, te
verblijven) gevangen namen en hem uiteindelijk executeerde.
Cortés werd de stad uit gejaagd, maar kwam een tweede keer terug
en versloeg het Azteekse rijk in de late zomer van 1521 voorgoed.
Het Inca-rijk bevond zich 3000 meter boven zeeniveau en had
weinig contact met andere volkeren. Net als de Azteken waren de
Incas geavanceerd, met gekleurde knopen voor administratieve
boekhouding (khipus). In 1438 gingen de Incas zich uitbreiden naar
een gebied wat zich, op zijn hoogtepunt, strekte van Ecador en
Colombia naar Chile met Cuzco als hoofdstad. Het rijk was verdeeld
in vier delen, met ieder zijn eigen verdelingen. Ten tijde van de
Spaanse invasie was het rijk verzwakt door een burgeroorlog over
macht en diverse ziektes ontstaan door handel met groepen die in
contact waren geweest met Europeanen. Atahuapla verwelkomde de
Spanjaarden onder leiding van Pizarro, maar had hierbij een valstrik:
met een leger van veertigduizend mensen wilde hij hun paarden
afpakken en kundige mannen voor het leger scheppen. De
Spanjaarden waren hem echter voor en ontvoerde hem; uiteindelijk
werd hij in 1533 vermoord. Toen Cuzco gelijktijdig viel, plunderde de
Spanjaarden de stad voor goud en zilver.
,2) Hoe werden de Amerikaanse koloniën van de Portugezen en de
Spanjaarden geregeerd? Presenteer de belangrijkste aspecten van
de bestuurssystemen die zijn opgezet.
De Portugeese en Spaanse kolonies waren direct bestuurd, waarbij
koopliederen zich naar één haven moesten bevinden waar zij
werden belast en vervolgens hun goederen binnen Europa konden
vervoeren. Hun directe bestuur kwam terug in het zenden van
nobelen en officieren om macht te bewaren binnen de
gekoloniseerde gebieden, die in ruil hiervoor land kregen die zij
konden bewerken. Door middel van instanties als Casa da India
behield de Spaanse kroon een handelsmonopolie over Europese
goederen en import en export van kruiden en diverse edelmetalen.
Ook werden diverse administratieve gebruiken ingesteld, onder
andere wetboeken en juridische hulpmiddelen (onder andere de
audiencia), militaire machtsuitoefening en lokaal gezag (cabildo).
3) Hoe evolueerden de twee oude rijken demografisch en economisch
na de komst van Europeanen?
Door het gebruik van het encomienda-systeem konden overheersers
de inheemse bevolking forceren arbeid te leveren en schatten over
te geven, in ruil voor eten en onderdak. Er bestonden hier al
systemen voor, waardoor het voor de Spanjaarden makkelijker werd
om hier hun eigen systemen op te baseren en gelijktijdig in te
voeren. Het werd voor het eerst gebruikt voor argrarische uitbuiting,
maar later, in de 1540s, ook voor arbeid in de zilvermijnen.
Belangrijk hierbij is de suikerhandel, die ontstaat in Brazillië. Voor de
verbouwing hiervan was veel mensenkracht nodig waardoor,
aangezien veel van de inheemse bevolking stierf, de slavenhandel
tussen Afrika en de Amerika’s in gang word gezet. Het werd later
vervangen door repartimiento (in Nieuw-Spanje) of mita (in Peru),
waarbij een aantal inheemsen bepaalde taken uitvoerde voor een
vastgestelde periode.
De Europese overheersing had naast economisch, ook voor de
demografie desastreuze gevolgen; er vielen vele doden na
aanleiding van geweld en de onderbreking van landbouw en handel
als gevolge van de oorlog. De belangrijkste oorzaak van overlijden
was echter de ziektes die de Europeanen met zich meebrachten
(bijvoorbeeld smallpox), wat resulteerde in de dood van ongeveer
negentig procent van de inheemse bevolking. Ook kwamen er rond
1600 een nieuwe ‘bevolking’: creoles, Amerikaanse-geboren
Europeanen. In reactie hierop creëerden Spanjaarden nieuwe
instituties, om zo hun eigen leefbaarheid te vergroten: stadspleinen,
kerken, scholen en universiteiten. Daarnaast hadden de Iberiërs
geslachtsgemeenschap met de inheemse vrouwen, wat leidde tot de
vorming en uitbreiding van mestizos (een bevolkingsgroep van
gemengde Iberische en Indiaase afkomst). Laatstelijk kwamen er
, een grote groep Afrikaanse tot slaafgemaakten, wat zorgde voor een
nieuwe etnische en raciale bevolkingsgroep.
De overheersing van het Amerikaanse continent door Europeanen vanaf
de 16e eeuw heeft bijgedragen aan de totstandkoming van een
wereldeconomie. Presenteer en analyseer de goederen die werden
uitgewisseld in deze wereldeconomie en analyseer de rol van het Spaanse
en het Portugese rijk.
1) Welke goederen werden geïmporteerd en geëxporteerd vanuit
Afrika? Welke rol speelde het Spaanse en/of Portugese rijk in deze
stroom?
De goederen die vanuit Afrika geïmporteerd werden waren tot
slaafgemaakten, goud, ivoor en diverse specerijen. Zowel het
Spaanse, alsmede het Portugese rijk speelde een grote rol in de
slavenhandel.
2) Welke goederen werden geïmporteerd en geëxporteerd vanuit
Amerika? Welke rol speelde het Spaanse en/of Portugese rijk in deze
stroom?
De goederen die vanuit Amerika geïmporteerd werden waren goud,
zilver, tabak, katoen en suiker. Zowel het Spaanse, alsmede het
Portugese rijk controleerde deze handelsstromingen, bijvoorbeeld
die van de zilvermijnen (die in handen waren van de Spanjaarden).
3) Welke goederen werden geïmporteerd en geëxporteerd vanuit
Europa? Welke rol speelde het Spaanse en/of Portugese rijk in deze
stroom?
De goederen die vanuit Europa geëxporteert werden waren textiel,
wapens en alcohol. Het Spaanse en Portugese rijk waren hiervan
zowel producenten alsmede de exporteurs. Hun koloniale rijken
werden gebruikt om handelsmarkten te creëren en zo bijkomende
inkomsten te genereren.
4) Welke goederen werden geïmporteerd en geëxporteerd vanuit Azië?
Welke rol speelde het Spaanse en/of Portugese rijk in deze stroom?
De goederen die vanuit Azië geïmporteerd werden waren specerijen
(peper, nootmuskaat), zijde en porselein. Het Portugese rijk was de
eerste in aanleg van handelsroutes tussen Europa en Azië; Spanje
volgde hier kort na (naar de Filipijnen).
Van/ Afrika Amerika Europa Azië
Naar
Afrika X Tot Goud Goud,
slaafgemaakt ivoor,
en schildpadde
n
Amerika X X Pompoen, Goud,
goud, zilver, maïs
zilver,
, tabak,
katoen,
suiker,
peper,
maïs,
tomaten,
aardappele
n
Europa Wapens Paarden, X X
(geweren, graan,
kanonnen), druiven, vee
sierraden,
eindproduct
en
Azië Peper, Zijde, goud, Specerijen, X
schepen, zilver textiel,
(Perzische) zijde,
tapijten porselijn
Literatuurvragen – Manck
a) Mancke stelt dat het proces van vroegmoderne Europese expansie
leidde tot de ‘politisering van de oceanische ruimte’. Wat bedoelt ze
precies met ‘politisering’?
Met politisering van de oceanische ruimte bedoelt Mancke dat
Europeanen de zee zagen als manier waarop zij hun gebied (en dus
hun macht en politiek) konden uitbreiden, juist middels het
controleren en reguleren van toegang tot oceanen. Hierbij wilde zij
niet langer afhangen van Aziaten, Afrikanen en de inheemse
Amerikanen, die tot dan toe de zee beheerden; de motivatie hierbij
was politiek en oceanische ruimte en handel. De machtsgebieden
werden vastgesteld in het Verdrag van Tordesillas (1494), waarin de
Portugezen de Indische Oceaan en de Zuid-Chinese Zee ‘claimde’.
Deze ‘claim’ werd echter wel steeds aangetast, onder andere door
de Nederlanders (met de VOC) en Engelsen (met de EIC), waarbij de
definitieve machtsgebieden zich gingen vormen in de loop van de
zeventiende en achttiende eeuw. De onenigheden tussen landen
(zoals bij Engeland) worden daarbij ‘uitgevochten’ op zee. Dit
verschilt van andere volkeren die gebruik maakte van de zeeroutes,
zoals Austronesiërs die zich weliswaar vestigde op de eilanden,
maar hier geen politieke connecties mee hielden. Moslimhandelaren
gebruikten deze routes ook, maar het gebied waar zij invloed
uitoefende bestond uit vele autonome gebieden en konden dus
geen politieke macht uitoefenen.
b) Waarom beweert ze dat de oceanische ruimte zo cruciaal was voor
het vroegmoderne Europese imperialisme?
Oceanische ruimte bood nieuwe manieren voor zwakkere gebieden
(bijvoorbeeld Engeland en de Nederlanden) om zich uit te kunnen
breiden en hierbij hun kans tot macht te geven, gezien hun goede
connectie met het water (de ‘seaborne empires’. Hierbij stemde