Pleidooien PL2
Zorgverlener
In mijn rol als zorgverlener heb ik mijn deskundigheid toegepast door klinisch
redeneren (Bakker, M., 2020) in te zetten om afwijkende
gezondheidsverschijnselen bij bewoners te analyseren en mogelijke oorzaken te
verklaren (Bewijsstuk 4). In complexe situaties heb ik zorg geïndiceerd en
verleend volgens het verpleegkundig proces (Van Achterberg et al., 2015),
waarbij ik rekening hield met de waarden en belangen van zowel bewoners als
hun naasten. Dit gezamenlijke besluitvormingsproces (Silverman et al., 2022)
illustreer ik in Bewijsstuk 6. Verder heb ik het zelfmanagement van bewoners
bevorderd, zoals te zien is in Bewijsstuk 1, waar ik een kwaliteitsprobleem
omtrent zelfmanagement bij een COPD-patiënt signaleer, en in Bewijsstuk 5,
waar ik motiverende gespreksvoering toepas (Rollnick, S., & Miller, W., R., 2014).
Ook heb ik risicovolle en voorbehouden handelingen uitgevoerd volgens protocol
op basis van zelfstandige bevoegd- en bekwaamheid, zoals blaasspoelen
(Bewijsstuk 3) en het plaatsen van een vleugelnaald (Bewijsstuk 6).
Communicator
In mijn rol als communicator heb ik initiatief genomen in de communicatie met
een bewoner om haar te motiveren tot gedragsverandering (Balm, M., 2021)
door aandacht te besteden aan zowel verbale als non-verbale uitingen
(Bewijsstuk 5). In Bewijsstuk 1 beschrijf ik hoe ik een bewoner op persoonlijke
wijze informeer over de invloed van haar gedrag op haar gezondheid en hoe mijn
communicatie heeft bijgedragen aan het opbouwen van vertrouwen en
geruststelling (Bewijsstuk 4). Daarnaast heb ik op professionele wijze
gecommuniceerd met andere disciplines door bijvoorbeeld gebruik te maken van
de SBARR-methode (EnurseAdmin, 2019) voor een gestructureerde
informatieoverdracht naar de voorwacht en arts (Bewijsstuk 4 en Bewijsstuk
6). Ten slotte toon ik in Bewijsstuk 3 aan hoe ik een collega heb geïnformeerd
over het belang van protocolnaleving om complicaties bij risicovolle handelingen
te voorkomen.
Samenwerkingspartner
In mijn rol als samenwerkingspartner heb ik op basis van gezamenlijke
besluitvorming met de bewoners en hun naasten samengewerkt, waarbij ik
verschillende belangen heb afgewogen (Bewijsstuk 6). In acute situaties heb ik
doelgericht samengewerkt met bewoners en heb ik hun zelfmanagement
bevorderd (Bewijsstuk 1 en Bewijsstuk 4). Daarbij heb ik vertrouwensrelaties
opgebouwd door een luisterend oor te bieden, de zorg af te stemmen op
individuele behoeften en door autonomie te respecteren. Dit kan ik aantonen
aan de hand van Bewijsstuk 5 en Bewijsstuk 6. Ten slotte heb ik
samengewerkt met collega's, artsen en een ergotherapeut om adequaat te
handelen in acute situaties en heb ik de zorg regelmatig geëvalueerd door mijn
mening te onderbouwen met praktijkkennis en literatuur (Bewijsstuk 1,
Bewijsstuk 4 en Bewijsstuk 6).
Zorgverlener
In mijn rol als zorgverlener heb ik mijn deskundigheid toegepast door klinisch
redeneren (Bakker, M., 2020) in te zetten om afwijkende
gezondheidsverschijnselen bij bewoners te analyseren en mogelijke oorzaken te
verklaren (Bewijsstuk 4). In complexe situaties heb ik zorg geïndiceerd en
verleend volgens het verpleegkundig proces (Van Achterberg et al., 2015),
waarbij ik rekening hield met de waarden en belangen van zowel bewoners als
hun naasten. Dit gezamenlijke besluitvormingsproces (Silverman et al., 2022)
illustreer ik in Bewijsstuk 6. Verder heb ik het zelfmanagement van bewoners
bevorderd, zoals te zien is in Bewijsstuk 1, waar ik een kwaliteitsprobleem
omtrent zelfmanagement bij een COPD-patiënt signaleer, en in Bewijsstuk 5,
waar ik motiverende gespreksvoering toepas (Rollnick, S., & Miller, W., R., 2014).
Ook heb ik risicovolle en voorbehouden handelingen uitgevoerd volgens protocol
op basis van zelfstandige bevoegd- en bekwaamheid, zoals blaasspoelen
(Bewijsstuk 3) en het plaatsen van een vleugelnaald (Bewijsstuk 6).
Communicator
In mijn rol als communicator heb ik initiatief genomen in de communicatie met
een bewoner om haar te motiveren tot gedragsverandering (Balm, M., 2021)
door aandacht te besteden aan zowel verbale als non-verbale uitingen
(Bewijsstuk 5). In Bewijsstuk 1 beschrijf ik hoe ik een bewoner op persoonlijke
wijze informeer over de invloed van haar gedrag op haar gezondheid en hoe mijn
communicatie heeft bijgedragen aan het opbouwen van vertrouwen en
geruststelling (Bewijsstuk 4). Daarnaast heb ik op professionele wijze
gecommuniceerd met andere disciplines door bijvoorbeeld gebruik te maken van
de SBARR-methode (EnurseAdmin, 2019) voor een gestructureerde
informatieoverdracht naar de voorwacht en arts (Bewijsstuk 4 en Bewijsstuk
6). Ten slotte toon ik in Bewijsstuk 3 aan hoe ik een collega heb geïnformeerd
over het belang van protocolnaleving om complicaties bij risicovolle handelingen
te voorkomen.
Samenwerkingspartner
In mijn rol als samenwerkingspartner heb ik op basis van gezamenlijke
besluitvorming met de bewoners en hun naasten samengewerkt, waarbij ik
verschillende belangen heb afgewogen (Bewijsstuk 6). In acute situaties heb ik
doelgericht samengewerkt met bewoners en heb ik hun zelfmanagement
bevorderd (Bewijsstuk 1 en Bewijsstuk 4). Daarbij heb ik vertrouwensrelaties
opgebouwd door een luisterend oor te bieden, de zorg af te stemmen op
individuele behoeften en door autonomie te respecteren. Dit kan ik aantonen
aan de hand van Bewijsstuk 5 en Bewijsstuk 6. Ten slotte heb ik
samengewerkt met collega's, artsen en een ergotherapeut om adequaat te
handelen in acute situaties en heb ik de zorg regelmatig geëvalueerd door mijn
mening te onderbouwen met praktijkkennis en literatuur (Bewijsstuk 1,
Bewijsstuk 4 en Bewijsstuk 6).