KT3 Gespreksvaardigheden
De student benoemt wat psychosociale zorg aan zorgvragers met een chronische
aandoening inhoudt
Psychosociale zorg = er is aandacht voor emoties, gevoelens en sociale klachten
Patiënten ondersteunen om zo goed mogelijk om te gaan met de ziekte en de gevolgen van
de ziekte
De student legt uit wat een ‘adaptieve opgave’ bij een chronische aandoening inhoudt
Adaptieve opgaven = veelomvattende eisen die het leven met een chronische ziekte
meebrengt
Adaptie = het leren omgaan met de opgaven die het leven met een chronische ziekte met
zich meebrengt
Opgaven = inspanningen die mensen met een chronische ziekten moeten leveren om de
aandoening een hanteerbare plaats te geven binnen hun eigen bestaan
Adaptatie op verschillende manieren:
- De situatie zelf veranderen (ingreep in de omgeving, een medische behandeling,
professionele ondersteuning)
- Anders omgaan met de situatie door de zorgvrager zelf (andere leefwijze,
consequent medicijngebruik, aanleren van nieuw gedrag)
- Anders naar de situatie kijken, vooral reflectie en kritisch bekijken van de eigen
ervaring en betekenisverlening
Lepeltheorie = het aantal lepels geeft de beschikbare energie weer
- Een mens heeft een aantal lepels te verdelen over de dag en dit staat gelijk aan de
verbruikte energie
- Mensen met een chronische aandoening verbruiken meer lepels per activiteit dan
mensen zonder chronische aandoening
De student benoemt wat psychosociale zorg aan zorgvragers met een chronische
aandoening inhoudt
Psychosociale zorg = er is aandacht voor emoties, gevoelens en sociale klachten
Patiënten ondersteunen om zo goed mogelijk om te gaan met de ziekte en de gevolgen van
de ziekte
De student legt uit wat een ‘adaptieve opgave’ bij een chronische aandoening inhoudt
Adaptieve opgaven = veelomvattende eisen die het leven met een chronische ziekte
meebrengt
Adaptie = het leren omgaan met de opgaven die het leven met een chronische ziekte met
zich meebrengt
Opgaven = inspanningen die mensen met een chronische ziekten moeten leveren om de
aandoening een hanteerbare plaats te geven binnen hun eigen bestaan
Adaptatie op verschillende manieren:
- De situatie zelf veranderen (ingreep in de omgeving, een medische behandeling,
professionele ondersteuning)
- Anders omgaan met de situatie door de zorgvrager zelf (andere leefwijze,
consequent medicijngebruik, aanleren van nieuw gedrag)
- Anders naar de situatie kijken, vooral reflectie en kritisch bekijken van de eigen
ervaring en betekenisverlening
Lepeltheorie = het aantal lepels geeft de beschikbare energie weer
- Een mens heeft een aantal lepels te verdelen over de dag en dit staat gelijk aan de
verbruikte energie
- Mensen met een chronische aandoening verbruiken meer lepels per activiteit dan
mensen zonder chronische aandoening