L1/L5: Lunchroom De Katterug
Beheersverbod v/d commanditaire vennoot (art. 20 lid 2 WvK)
L1:
Hoofdregel: Commanditaire vennoot mag geen beheershandelingen verrichten (beheersverbod, art. 20 lid
2 WvK). Overtreding v/dit verbod leidt tot zijn hoofdelijke aansprakelijkheid en daarmee tot verlies van
beperkte aansprakelijkheid (art. 20 lid 3 en 21 WvK).
Uitzondering: Zijn aansprakelijkheid wordt verlicht als deze in onevenredige verhouding staat tot aard en
ernst v/d overtreding v/h beheersverbod (disproportionaliteit). Zie ook N.B.
L5:
* De sanctie is alleen gerechtvaardigd als deze in overeenstemming is met de strekking ervan. Die
strekking is het voorkomen dat commanditaire vennoten onduidelijkheid veroorzaken over hun
rechtspositie binnen de personenvennootschap en zich daardoor kunnen onttrekken aan de
aansprakelijkheid die gewone vennoten ogv art. 18 WvK dragen.
* Als het handelen v/d commanditaire vennoot de sanctie niet (volledig) rechtvaardigt, dan moet deze
achterwege blijven.
* Bij de beoordeling of en in hoeverre de sanctie uit art. 21 WvK moet worden toegepast kan het relevant
zijn of derden op de hoogte waren of hadden moeten zijn v/d vennootschappelijke hoedanigheid v/d
commanditaire vennoot. Ook moet worden nagegaan of de commanditaire vennoot tegen wie de sanctie
wordt ingeroepen, verweten kan worden dat hij in strijd met de wet heeft gehandeld. Aan voorgaande
regel kan het volgende worden toegevoegd: Wanneer een persoon zowel beherend als commanditair
vennoot kan vertegenwoordigen, deze persoon bij het uitvoeren van een beheershandeling wordt geacht
namens de beherend vennoot te hebben gehandeld, tenzij er tegenbewijs is. Dit kan bijv. het geval zijn
wanneer de beherend en commanditaire vennoot beide bv’s zijn en zij dezelfde bestuurders hebben.
L1: Damen/Geho
Verduidelijking derdenbescherming (art. 25 Hrgw)
Hoofdregel: De onjuistheid en onvolledigheid v/d inschrijving in het handelsregister kan niet tegen een
onkundige derden worden tegengeworpen (art. 25 Hrgw).
Verduidelijking hoofdregel: Het maakt daarbij niet uit of deze derde al dan niet daarop vertrouwde of het
handelsregister later pas heeft geraadpleegd. Dit om de volgende redenen:
1. Het is onevenredig belemmerend als een derde vooraf het handelsregister moet inzien slechts
om een evt. zijn beroep op de onjuiste en onvolledige inschrijvingen veilig te stellen.
2. Het bewijs v/d raadpleging v/h handelsregister kan ook moeilijkheden opleveren.
Voorgaande betekent dat de derde een persoon als vertegenwoordigingsbevoegd mag beschouwen als
dit uit het handelsregister blijkt, zelfs als die persoon in werkelijkheid onbevoegd is en de derde het
handelsregister later pas heeft geraadpleegd.
Art. 25 Hrgw waarborgt dus de rechtszekerheid v/h handelsregister.
N.B. (niet uit dit arrest): Iemand die uit andere hoofde dan een ovk. een vordering heeft (bijv.
onrechtmatige daad) kan de gegevens in het handelsregister niet inroepen, want het handelsregister is
bedoeld derden te beschermen tegen zaken die hij met de onderneming doet.
,L1: UWV/X
Werknemer v/d vof (art. 18 WvK)
Wie is de werkgever als een arbeidsovk. is gesloten met een vof?
1-Een ovk. aangegaan met de vof geldt als een ovk. met de gezamenlijke vennoten.
2-Vof kan niet zelfstandig als werkgever worden aangemerkt, want zij bezit geen rechtspersoonlijkheid.
3-Art. 18 WvK: Werknemer v/d vof kan zijn uit de arbeidsovk. voorkomende bevoorrechte vordering (bijv.
loon) geldend maken jegens:
i. de gezamenlijke vennoten (verhaal op afgescheiden vermogen v/d vof);
ii. elk vennoot afzonderlijk (verhaal op privévermogen v/d vennoot).
4-De vordering van werknemer is ook boedelschuld als die betrekking heeft op de periode na het ingaan
van het faillissement v/d vof.
5- Ihkv 1 t/m 4 maakt het niet uit of UWV haar vordering in het faillissement v/d vof heeft aangemeld en
daarop al dan niet uitkering gaat/heeft ontvangen.
, L2: Food Processing/Clara Candy
Handelen namens BV i.o. ( verduidelijking art. 203 lid 1 en 2 BW)
Hoofdregel: (i) art. 203 lid 1 en 2 BW + (ii) de BV i.o. moet worden aangemerkt als de vennootschap die
partijen op het oog hadden toen de rh. (bijv. ovk.) tot stand kwam.
Verduidelijking hoofdregel: Het laatste (ii) hangt o.a. af van:
a) namen v/d vennootschap i.o. en de opgerichte vennootschap;
b) bij de beide vennootschappen betrokken personen;
c) aard v/h uitgeoefende bedrijf, kapitaal v/d opgerichte vennootschap in het licht v/d tot stand
gebrachte transactie;
d) hetgeen omtrent de oprichting v/d vennootschap is verklaard;
e) hetgeen in het handelsregister is ingeschreven.
I.c. kon Food Processing niet worden aangemerkt als BV die partijen op het oog hadden toen de ovk. tot
stand kwam, want Food Processing Machinery en FPM BV i.o. stonden tegelijkertijd onder verschillende
nrs. ingeschreven in het handelsregister (zie e.).
L2: Hemmen
Bekrachtiging BV i.o. (art. 203 lid 1 en 2 BW) – omgebouwde bestaande BV
Stel je voor: Ihkv overname van een onderneming zijn ovk. (rh.) gesloten in naam van een BV i.o. Die BV
i.o. is nooit opgericht. Bekrachtiging van die ovk. is geschied door een bestaande onderneming die haar
statuten wijzigde zodat haar naam overeenkwam met die van de niet-opgerichte BV i.o. en de
werkzaamheden v/d overgenomen onderneming binnen haar doel pasten.
De omgebouwde bestaande vennootschap kan door bekrachtiging aan die ovk. (rh.) gebonden zijn. > Dit
betreft een binding v/d omgebouwde bestaande vennootschap buiten art. 2:203 BW om en wel
rechtstreeks ogv haar eigen gedragingen of door instemming met of bekrachtiging v/d gedragingen v/d
handelende persoon (vgl. de algemene regels over totstandkoming van rh. en wat derden daarover
mogen aannemen, artt. 3:35/36 en 3:61-64/69 BW).
Beheersverbod v/d commanditaire vennoot (art. 20 lid 2 WvK)
L1:
Hoofdregel: Commanditaire vennoot mag geen beheershandelingen verrichten (beheersverbod, art. 20 lid
2 WvK). Overtreding v/dit verbod leidt tot zijn hoofdelijke aansprakelijkheid en daarmee tot verlies van
beperkte aansprakelijkheid (art. 20 lid 3 en 21 WvK).
Uitzondering: Zijn aansprakelijkheid wordt verlicht als deze in onevenredige verhouding staat tot aard en
ernst v/d overtreding v/h beheersverbod (disproportionaliteit). Zie ook N.B.
L5:
* De sanctie is alleen gerechtvaardigd als deze in overeenstemming is met de strekking ervan. Die
strekking is het voorkomen dat commanditaire vennoten onduidelijkheid veroorzaken over hun
rechtspositie binnen de personenvennootschap en zich daardoor kunnen onttrekken aan de
aansprakelijkheid die gewone vennoten ogv art. 18 WvK dragen.
* Als het handelen v/d commanditaire vennoot de sanctie niet (volledig) rechtvaardigt, dan moet deze
achterwege blijven.
* Bij de beoordeling of en in hoeverre de sanctie uit art. 21 WvK moet worden toegepast kan het relevant
zijn of derden op de hoogte waren of hadden moeten zijn v/d vennootschappelijke hoedanigheid v/d
commanditaire vennoot. Ook moet worden nagegaan of de commanditaire vennoot tegen wie de sanctie
wordt ingeroepen, verweten kan worden dat hij in strijd met de wet heeft gehandeld. Aan voorgaande
regel kan het volgende worden toegevoegd: Wanneer een persoon zowel beherend als commanditair
vennoot kan vertegenwoordigen, deze persoon bij het uitvoeren van een beheershandeling wordt geacht
namens de beherend vennoot te hebben gehandeld, tenzij er tegenbewijs is. Dit kan bijv. het geval zijn
wanneer de beherend en commanditaire vennoot beide bv’s zijn en zij dezelfde bestuurders hebben.
L1: Damen/Geho
Verduidelijking derdenbescherming (art. 25 Hrgw)
Hoofdregel: De onjuistheid en onvolledigheid v/d inschrijving in het handelsregister kan niet tegen een
onkundige derden worden tegengeworpen (art. 25 Hrgw).
Verduidelijking hoofdregel: Het maakt daarbij niet uit of deze derde al dan niet daarop vertrouwde of het
handelsregister later pas heeft geraadpleegd. Dit om de volgende redenen:
1. Het is onevenredig belemmerend als een derde vooraf het handelsregister moet inzien slechts
om een evt. zijn beroep op de onjuiste en onvolledige inschrijvingen veilig te stellen.
2. Het bewijs v/d raadpleging v/h handelsregister kan ook moeilijkheden opleveren.
Voorgaande betekent dat de derde een persoon als vertegenwoordigingsbevoegd mag beschouwen als
dit uit het handelsregister blijkt, zelfs als die persoon in werkelijkheid onbevoegd is en de derde het
handelsregister later pas heeft geraadpleegd.
Art. 25 Hrgw waarborgt dus de rechtszekerheid v/h handelsregister.
N.B. (niet uit dit arrest): Iemand die uit andere hoofde dan een ovk. een vordering heeft (bijv.
onrechtmatige daad) kan de gegevens in het handelsregister niet inroepen, want het handelsregister is
bedoeld derden te beschermen tegen zaken die hij met de onderneming doet.
,L1: UWV/X
Werknemer v/d vof (art. 18 WvK)
Wie is de werkgever als een arbeidsovk. is gesloten met een vof?
1-Een ovk. aangegaan met de vof geldt als een ovk. met de gezamenlijke vennoten.
2-Vof kan niet zelfstandig als werkgever worden aangemerkt, want zij bezit geen rechtspersoonlijkheid.
3-Art. 18 WvK: Werknemer v/d vof kan zijn uit de arbeidsovk. voorkomende bevoorrechte vordering (bijv.
loon) geldend maken jegens:
i. de gezamenlijke vennoten (verhaal op afgescheiden vermogen v/d vof);
ii. elk vennoot afzonderlijk (verhaal op privévermogen v/d vennoot).
4-De vordering van werknemer is ook boedelschuld als die betrekking heeft op de periode na het ingaan
van het faillissement v/d vof.
5- Ihkv 1 t/m 4 maakt het niet uit of UWV haar vordering in het faillissement v/d vof heeft aangemeld en
daarop al dan niet uitkering gaat/heeft ontvangen.
, L2: Food Processing/Clara Candy
Handelen namens BV i.o. ( verduidelijking art. 203 lid 1 en 2 BW)
Hoofdregel: (i) art. 203 lid 1 en 2 BW + (ii) de BV i.o. moet worden aangemerkt als de vennootschap die
partijen op het oog hadden toen de rh. (bijv. ovk.) tot stand kwam.
Verduidelijking hoofdregel: Het laatste (ii) hangt o.a. af van:
a) namen v/d vennootschap i.o. en de opgerichte vennootschap;
b) bij de beide vennootschappen betrokken personen;
c) aard v/h uitgeoefende bedrijf, kapitaal v/d opgerichte vennootschap in het licht v/d tot stand
gebrachte transactie;
d) hetgeen omtrent de oprichting v/d vennootschap is verklaard;
e) hetgeen in het handelsregister is ingeschreven.
I.c. kon Food Processing niet worden aangemerkt als BV die partijen op het oog hadden toen de ovk. tot
stand kwam, want Food Processing Machinery en FPM BV i.o. stonden tegelijkertijd onder verschillende
nrs. ingeschreven in het handelsregister (zie e.).
L2: Hemmen
Bekrachtiging BV i.o. (art. 203 lid 1 en 2 BW) – omgebouwde bestaande BV
Stel je voor: Ihkv overname van een onderneming zijn ovk. (rh.) gesloten in naam van een BV i.o. Die BV
i.o. is nooit opgericht. Bekrachtiging van die ovk. is geschied door een bestaande onderneming die haar
statuten wijzigde zodat haar naam overeenkwam met die van de niet-opgerichte BV i.o. en de
werkzaamheden v/d overgenomen onderneming binnen haar doel pasten.
De omgebouwde bestaande vennootschap kan door bekrachtiging aan die ovk. (rh.) gebonden zijn. > Dit
betreft een binding v/d omgebouwde bestaande vennootschap buiten art. 2:203 BW om en wel
rechtstreeks ogv haar eigen gedragingen of door instemming met of bekrachtiging v/d gedragingen v/d
handelende persoon (vgl. de algemene regels over totstandkoming van rh. en wat derden daarover
mogen aannemen, artt. 3:35/36 en 3:61-64/69 BW).