Gedrag in organisaties samenvatting
PowerPoint 1
Psychologie:
Probeert menselijk gedrag te begrijpen, verklaren en voorspellen.
Verschillende disciplines
-plaats van de mens verandert door wetenschap
-Ontstaan van psychologie: door Wilhelm Wundt & Sigmund Freud.
Motivatie:
Interne krachten (behoeften, een duwende kracht)
Externe krachten (situatie, trekkende kracht)
Betekenis geven aan situatie en behoeften.
-piramide van Maslow
-deprivatie (bevolking die de “standaard” levensstandaard
niet kan veroorloven) leidt tot activatie.
-hiërarchische ordening
ERG theorie van Alderfer
Existentiële behoeften
Relationele behoeften
Groei behoeften
- laat hierarchie los: behoefte kunnen tegelijkertijd aanwezig zijn.
Theorie van MCLelland
Ieder mens ontwikkelt een dominant behoefteprofiel
Prestatiebehoefte
Machtsbehoefte
Affiliatiebehoefte
-mensen worden gemotiveerd door externe krachten:
Conditioneren (leerproces waardoor je je aanpast aan de omgeving)
-positieve en negatieve invloeden
Attributietheorie: Wil de wijze begrijpen waarop mensen hun eigen gedrag en dat van anderen
verklaren in term van oorzaak en gevolg.
Interne en externe attributie
, -zelf dienende vertekening: de neiging informatie op zo’n manier te interpreteren dat het ons
(zelfbeeld) het beste uitkomt.
-fundamentele attributiefout: de neiging om gedragingen van anderen toe te schrijven aan hun
persoonlijkheid of hun karakter.
Attitudes-ASE model:
Cognitieve dissonantie: de onaangename spanning die iemand ervaart bij tegenstrijdige
overtuigingen, ideeën of opvattingen of bij handelen in strijd met de eigen overtuiging.
(bijv: je laat je overhalen tot iets dat je eigenlijk niet wilt)
Cognitieve dissonantiereductie: de mens heeft de natuurlijke behoefte om cognitieve
dissonanties te elimineren. Dat kan op meerdere manieren. Bijvoorbeeld door jezelf af te
sluiten van de nieuwe, “foute”, informatie. Het kan ook door een beetje te liegen tegen
jezelf, om je eerdere foute beslissing goed te praten.
Billijkheid (aanvaardbaar/acceptabel/rechtvaardig):
(Sociale) vergelijking
Algemeen (met anderen)
Vergelijkingsniveau met alternatieven (inspanning vs opbrengst)
Reduceren:
Inbreng veranderen
Opbrengst verbeteren
Veranderen van waardering
Andere referentiegroep
Weggaan
PowerPoint 2
Methodes werving:
Eigen website, eigen personeel, social media, uitzendbureau, headhunting, internet,
guerillamarketing.
Methodes selecteren:
Gestructureerd of ongestructureerd interview
Psychologisch onderzoek
Persoonlijkheidsonderzoek of intelligentietesten
Assessment center methode
(on)gestructureerd interview:
PowerPoint 1
Psychologie:
Probeert menselijk gedrag te begrijpen, verklaren en voorspellen.
Verschillende disciplines
-plaats van de mens verandert door wetenschap
-Ontstaan van psychologie: door Wilhelm Wundt & Sigmund Freud.
Motivatie:
Interne krachten (behoeften, een duwende kracht)
Externe krachten (situatie, trekkende kracht)
Betekenis geven aan situatie en behoeften.
-piramide van Maslow
-deprivatie (bevolking die de “standaard” levensstandaard
niet kan veroorloven) leidt tot activatie.
-hiërarchische ordening
ERG theorie van Alderfer
Existentiële behoeften
Relationele behoeften
Groei behoeften
- laat hierarchie los: behoefte kunnen tegelijkertijd aanwezig zijn.
Theorie van MCLelland
Ieder mens ontwikkelt een dominant behoefteprofiel
Prestatiebehoefte
Machtsbehoefte
Affiliatiebehoefte
-mensen worden gemotiveerd door externe krachten:
Conditioneren (leerproces waardoor je je aanpast aan de omgeving)
-positieve en negatieve invloeden
Attributietheorie: Wil de wijze begrijpen waarop mensen hun eigen gedrag en dat van anderen
verklaren in term van oorzaak en gevolg.
Interne en externe attributie
, -zelf dienende vertekening: de neiging informatie op zo’n manier te interpreteren dat het ons
(zelfbeeld) het beste uitkomt.
-fundamentele attributiefout: de neiging om gedragingen van anderen toe te schrijven aan hun
persoonlijkheid of hun karakter.
Attitudes-ASE model:
Cognitieve dissonantie: de onaangename spanning die iemand ervaart bij tegenstrijdige
overtuigingen, ideeën of opvattingen of bij handelen in strijd met de eigen overtuiging.
(bijv: je laat je overhalen tot iets dat je eigenlijk niet wilt)
Cognitieve dissonantiereductie: de mens heeft de natuurlijke behoefte om cognitieve
dissonanties te elimineren. Dat kan op meerdere manieren. Bijvoorbeeld door jezelf af te
sluiten van de nieuwe, “foute”, informatie. Het kan ook door een beetje te liegen tegen
jezelf, om je eerdere foute beslissing goed te praten.
Billijkheid (aanvaardbaar/acceptabel/rechtvaardig):
(Sociale) vergelijking
Algemeen (met anderen)
Vergelijkingsniveau met alternatieven (inspanning vs opbrengst)
Reduceren:
Inbreng veranderen
Opbrengst verbeteren
Veranderen van waardering
Andere referentiegroep
Weggaan
PowerPoint 2
Methodes werving:
Eigen website, eigen personeel, social media, uitzendbureau, headhunting, internet,
guerillamarketing.
Methodes selecteren:
Gestructureerd of ongestructureerd interview
Psychologisch onderzoek
Persoonlijkheidsonderzoek of intelligentietesten
Assessment center methode
(on)gestructureerd interview: