,Voorwoord
Mijn naam is xxx. Ik ben 25 jaar en woonachtig in het dorpje xxx in xxx. Inmiddels werk ik voor het vijfde jaar
als leerkracht op basisschool XXX. Deze fulltime baan combineer ik met volgen van de HBO Bachelor
Toegepaste Psychologie met een specialisatie in kinderpsychologie en pedagogiek. Door middel van deze
HBO Bachelor opleiding hoop ik met nog meer zekerheid voor de klas te staan en kinderen te begeleiden in
hun ontwikkeling. En hoewel ik met veel plezier voor de klas sta, hoop ik in de toekomst ook ooit een werkplek
te vinden waar er nog meer ruimte is om te kijken naar wat het individuele kind nodig heeft. Door middel van
deze moduleopdracht heb ik even mogen proeven van een vakgebied waar ik later graag meer mee zou
willen doen.
Voor u ligt de moduleopdracht van de module Psychodiagnostiek. Deze module heb ik gevolgd tijdens mijn
tweede leerjaar van mijn opleiding tot Toegepast Psycholoog. Dit verslag is een beschrijving van een
diagnostisch rapport over een casus in mijn omgeving. Hoewel de moduleopdracht eigenlijk bedoeld is om uit
te voeren bij een volwassen persoon, heb ik met toezegging van het examenbureau, de moduleopdracht
geschreven op een 7-jarige jongen uit mijn klas. Enerzijds omdat dit voor mij een toegevoegde meerwaarde
heeft is in zowel mijn huidige, als mogelijk toekomstige beroepspraktijk en anderzijds omdat ik op deze manier
een extra bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling van een leerling uit mijn klas.
Hoewel het helaas niet mogelijk was om deze module fysiek te volgen, ben ik dankbaar voor de begeleiding
van mijn docent José Kuijsters. Bedankt voor het vertrouwen om deze moduleopdracht te schrijven op een
leerling in mijn klas, in plaats van die van een volwassenen. Dit heeft de moduleopdracht voor mij enorm
waardevol gemaakt.
Veel leesplezier gewenst!
, Samenvatting
De cliënt is een jongen van 7 jaar, waarbij vroegtijdig bewegingsonrust en concentratieproblematieken zijn
gesignaleerd. Doordat deze klachten al langere tijd gesignaleerd worden heeft de cliënt een onderzoek gehad
voor zijn prikkelverwerking. Hieruit blijkt dat de cliënt op 5-jarige leeftijd een gebrekkige registratie heeft voor
auditieve prikkels en zoekend is naar bewegingen, visuele en orale prikkels. De cliënt zit inmiddels in groep 3
en ervaart steeds meer last van zijn bewegingsonrust en concentratieproblematieken. De cliënt heeft minder
plezier in school en is vaker in tranen, omdat hij het gevoel heeft dat hij niet kan meekomen in de klas.
Klachtenanalyse
De cliënt heeft last van concentratieproblemen en ervaart bewegingsonrust. Naast zorgen vanuit school en
ouders, geeft de cliënt zelf ook aan dat hij moeite heeft met concentreren. De cliënt ervaart hierdoor
emotionele gevoelens die ervoor zorgen dat hij niet meer naar school wil. Daarnaast lijken de problemen als
gevolg te hebben dat de cliënt de aangeboden lesstof niet goed meekrijgt en er daardoor hiaten komen in zijn
ontwikkeling.
Hulpvragen en hypothesen
Naar aanleiding van het intakegesprek met ouders, het kindgesprek met de cliënt en de observaties van de
leerkracht zijn een aantal hulpvragen opgesteld.
1. Onderkennend: Zijn de concentratieproblemen van de cliënt passend binnen de leeftijd?
2. Onderkennend: Wijzen de concentratieproblemen van de cliënt op een laag IQ?
3. Verklarend: Wat veroorzaakt de concentratieproblemen van de cliënt?
4. Indicerende: Welke interventies zijn het meest effectief om de concentratie van de cliënt te
verbeteren?
Naar aanleiding van de hulpvragen zijn er drie hypothesen opgesteld.
1. Er is sprake van een aandachtsdeficiëntie-/hyperactiviteitsstoornis bij de cliënt (onderkennend)
2. De cliënt heeft moeite met het concentreren en richten op een taak door een lage intelligentie.
(verklarend)
3. De cliënt heeft moeite met het concentreren en richten op een taak omdat er sprake is van een
executief disfunctioneren.
Operationalisatie en aanname hypothese
Per hypothese wordt gekeken over de hypothese kan worden aangenomen of verworpen. Per hypothese is er
onderzoek gedaan naar een meetinstrument dat vaststelt of er sprake is van de beschreven problematieken.
Voor hypothese 1 is de ADHD-vragenlijst afgenomen. De uitkomst van de testresultaten geven weer dat er
sprake is van ADHD bij XXX Dit leidt tot de aanname van hypothese 1.
Voor het aannemen of verwerpen van hypothese 2 is de WISC-V afgenomen. De WISC-V is een
meetinstrument om de intelligentie van kinderen in kaart te brengen. Naar aanleiding van de testresultaten
blijkt dat de cliënt een gemiddelde intelligentie heeft, waardoor hypothese 2 wordt verworpen.
Tot slot is voor hypothese 3 de BRIEF-2 afgenomen bij de cliënt om een helder beeld te krijgen van het
executief functioneren van xxx. Uit de testresultaten blijkt dat de cliënt op meerdere executieve functies
binnen de klinische normering scoort, wordt ook hypothese 3 aangenomen.
Advies
Hoewel er meerdere interventies mogelijk zijn, worden er 3 adviezen gegeven voor mogelijke interventies.
• Trainen van executieve functies voor het afmaken van schoolse taken.
• Trainen van executieve functies voor het reguleren van gedrag.
• Oudertherapie voor kinderen met ADHD.
Reflectie
Er wordt gereflecteerd op het proces voor het diagnostisch rapport. Hierin worden eyeopeners beschreven en
de grenzen van het handelen van de diagnosticus.
Mijn naam is xxx. Ik ben 25 jaar en woonachtig in het dorpje xxx in xxx. Inmiddels werk ik voor het vijfde jaar
als leerkracht op basisschool XXX. Deze fulltime baan combineer ik met volgen van de HBO Bachelor
Toegepaste Psychologie met een specialisatie in kinderpsychologie en pedagogiek. Door middel van deze
HBO Bachelor opleiding hoop ik met nog meer zekerheid voor de klas te staan en kinderen te begeleiden in
hun ontwikkeling. En hoewel ik met veel plezier voor de klas sta, hoop ik in de toekomst ook ooit een werkplek
te vinden waar er nog meer ruimte is om te kijken naar wat het individuele kind nodig heeft. Door middel van
deze moduleopdracht heb ik even mogen proeven van een vakgebied waar ik later graag meer mee zou
willen doen.
Voor u ligt de moduleopdracht van de module Psychodiagnostiek. Deze module heb ik gevolgd tijdens mijn
tweede leerjaar van mijn opleiding tot Toegepast Psycholoog. Dit verslag is een beschrijving van een
diagnostisch rapport over een casus in mijn omgeving. Hoewel de moduleopdracht eigenlijk bedoeld is om uit
te voeren bij een volwassen persoon, heb ik met toezegging van het examenbureau, de moduleopdracht
geschreven op een 7-jarige jongen uit mijn klas. Enerzijds omdat dit voor mij een toegevoegde meerwaarde
heeft is in zowel mijn huidige, als mogelijk toekomstige beroepspraktijk en anderzijds omdat ik op deze manier
een extra bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling van een leerling uit mijn klas.
Hoewel het helaas niet mogelijk was om deze module fysiek te volgen, ben ik dankbaar voor de begeleiding
van mijn docent José Kuijsters. Bedankt voor het vertrouwen om deze moduleopdracht te schrijven op een
leerling in mijn klas, in plaats van die van een volwassenen. Dit heeft de moduleopdracht voor mij enorm
waardevol gemaakt.
Veel leesplezier gewenst!
, Samenvatting
De cliënt is een jongen van 7 jaar, waarbij vroegtijdig bewegingsonrust en concentratieproblematieken zijn
gesignaleerd. Doordat deze klachten al langere tijd gesignaleerd worden heeft de cliënt een onderzoek gehad
voor zijn prikkelverwerking. Hieruit blijkt dat de cliënt op 5-jarige leeftijd een gebrekkige registratie heeft voor
auditieve prikkels en zoekend is naar bewegingen, visuele en orale prikkels. De cliënt zit inmiddels in groep 3
en ervaart steeds meer last van zijn bewegingsonrust en concentratieproblematieken. De cliënt heeft minder
plezier in school en is vaker in tranen, omdat hij het gevoel heeft dat hij niet kan meekomen in de klas.
Klachtenanalyse
De cliënt heeft last van concentratieproblemen en ervaart bewegingsonrust. Naast zorgen vanuit school en
ouders, geeft de cliënt zelf ook aan dat hij moeite heeft met concentreren. De cliënt ervaart hierdoor
emotionele gevoelens die ervoor zorgen dat hij niet meer naar school wil. Daarnaast lijken de problemen als
gevolg te hebben dat de cliënt de aangeboden lesstof niet goed meekrijgt en er daardoor hiaten komen in zijn
ontwikkeling.
Hulpvragen en hypothesen
Naar aanleiding van het intakegesprek met ouders, het kindgesprek met de cliënt en de observaties van de
leerkracht zijn een aantal hulpvragen opgesteld.
1. Onderkennend: Zijn de concentratieproblemen van de cliënt passend binnen de leeftijd?
2. Onderkennend: Wijzen de concentratieproblemen van de cliënt op een laag IQ?
3. Verklarend: Wat veroorzaakt de concentratieproblemen van de cliënt?
4. Indicerende: Welke interventies zijn het meest effectief om de concentratie van de cliënt te
verbeteren?
Naar aanleiding van de hulpvragen zijn er drie hypothesen opgesteld.
1. Er is sprake van een aandachtsdeficiëntie-/hyperactiviteitsstoornis bij de cliënt (onderkennend)
2. De cliënt heeft moeite met het concentreren en richten op een taak door een lage intelligentie.
(verklarend)
3. De cliënt heeft moeite met het concentreren en richten op een taak omdat er sprake is van een
executief disfunctioneren.
Operationalisatie en aanname hypothese
Per hypothese wordt gekeken over de hypothese kan worden aangenomen of verworpen. Per hypothese is er
onderzoek gedaan naar een meetinstrument dat vaststelt of er sprake is van de beschreven problematieken.
Voor hypothese 1 is de ADHD-vragenlijst afgenomen. De uitkomst van de testresultaten geven weer dat er
sprake is van ADHD bij XXX Dit leidt tot de aanname van hypothese 1.
Voor het aannemen of verwerpen van hypothese 2 is de WISC-V afgenomen. De WISC-V is een
meetinstrument om de intelligentie van kinderen in kaart te brengen. Naar aanleiding van de testresultaten
blijkt dat de cliënt een gemiddelde intelligentie heeft, waardoor hypothese 2 wordt verworpen.
Tot slot is voor hypothese 3 de BRIEF-2 afgenomen bij de cliënt om een helder beeld te krijgen van het
executief functioneren van xxx. Uit de testresultaten blijkt dat de cliënt op meerdere executieve functies
binnen de klinische normering scoort, wordt ook hypothese 3 aangenomen.
Advies
Hoewel er meerdere interventies mogelijk zijn, worden er 3 adviezen gegeven voor mogelijke interventies.
• Trainen van executieve functies voor het afmaken van schoolse taken.
• Trainen van executieve functies voor het reguleren van gedrag.
• Oudertherapie voor kinderen met ADHD.
Reflectie
Er wordt gereflecteerd op het proces voor het diagnostisch rapport. Hierin worden eyeopeners beschreven en
de grenzen van het handelen van de diagnosticus.
