100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting immunologie 2025

Rating
-
Sold
4
Pages
103
Uploaded on
20-01-2025
Written in
2024/2025

Samenvatting van het vak immunologie 2025. Het vak werd gegeven door Didier Ebo. Ik behaalde een 15/20

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
January 20, 2025
Number of pages
103
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Het immuunsysteem : introductie
Functies IS
1. Hoofdfunctie : Verdediging tegen
➢ Pathogenen (ziekteverwekkers) : 4 groepen
• Virussen
• Bacteriën
• Schimmels
• Parasieten
➢ Schadelijke stoffen
• Toxinen
• Tumoren (kwaadaardige cellen)
o Tumorsurveillantie= IS probeert ontstaan van tumorale
cellen tegen te gaan (niet absoluut)
• Afgestorven weefsel
o Homeostase = elke dag breekt lichaam eigen cellen af >
moeten opgeruimd w en IS speelt hier een belangrijke rol in
2. Correcte verdediging
➢ Onderscheid lichaamsvreemd/lichaamseigen
• Lichaamsvreemde stoffen kunnen schadelijk zijn, maar niet
altijd ! Vb melkeiwitten > lichaamsvreemd maar niet schadelijk.
Reageert het IS hier wel op => een allergie
o Allergie = immuun antwoord waarbij immuunreactie optreed
tegen lichaamsvreemde materialen die onschadelijk zijn (en
geen reactie nodig hadden) waardoor klachten ontstaan
• Dus onderscheid maken tssn
o Lichaamsvreemd/lichaamseigen
o Lichaamsvreemd ? => schadelijk of niet ?



Diversiteit pathogenen
Verschil in GROOTTE :
Aanpak van een klein/groot
pathogeen zal door IS anders zijn
(andere mechanismen)

Verschil in PLAATS :
Intracellulair (IC)
Extracellulair (EC)
Vb Humoraal systeem tegen een
virus (intra-cellulair) is
machteloos.



1

,Verschil in VERDEDIGING :
- Virussen (IC)
o Eigen, geïnfecteerde cellen w door CTL (cytotoxische T-lymfocyten)
{verworven IS} en NK-cellen {aangeboren IS} gedood
- Bacteriën (meestal EC)
o Fagocyterende cellen (MF, monocyten)
o Complementsysteem (Ig) waarbij AL worden aangemaakt
- Parasieten (EC)
o Te groot voor fagocytose
o Eosinofielen (bevatten toxische granules) gaan naast parasiet liggen en
scheiden toxische stoffen af tegen parasiet

ESSENTIES VAN HET IMMUUNSYSTEEM :
 Moet snel antwoorden
 Moet verspreid kunnen optreden (want vele ingangspoorten voor pathogenen)
 Moet efficiënt verlopen


Extracellulair vs intracellulaire pathogenen
Extracellulair (buiten gastheercel)
- Bacteriën, parasieten, schimmels
- Bereikbaar voor humorale verdediging
➢ Aangeboren IS : complement, collectinen, defensinen, …
➢ Verworven IS : Ig (Bcellen), Th2, Th17

Intracellulair (binnen gastheercel)
- Virussen, myobacteriën
- Onbereikbaar voor humorale verdediging => Cellulair immuunantwoord
➢ Aangeboren IS: NK-cellen
➢ Verworven IS: CTL (Th1 & CD8 + CTL)


Verdedigingslinies (barrières)
- Niet immunologische (vb huid)
- Immunologische : humoraal en cellulair
➢ Aangeboren (innate, niet-spec, niet klonaal)
➢ Verworven (adaptief, spec, klonaal)

RCTDFL = 5 karakteristieken van een lokale ontstekingsreactie
- Rubor: roodheid
- Calor: warmte
- Tumor: zwelling
- Dolor: pijn
- Function leasa: functiebeperking




2

,Niet immunologische barrières
= horen niet bij IS maar hebben wel belangrijke functie in het verdedigen tegen
pathogenen

Fysische barrière
- Huid/epitheel :
➢ Huid : meertalige acellulaire hoornlaag
➢ Epitheel : vaak eenmalig, behalve in mond en vagina
- Mucosa
- Flow en tubulentie (speeksel, urine, lucht, …)
➢ Vb stroomopwaarts zwemmen tov urine is moeilijk
- Desquamatie (afschilfering)
- Trilharen

Chemische barrière
- pH (maag, urine)
➢ Hoge pH houdt veel pathogenen tegen
- Vetzuren (huid), proteasen (lysozyme : traanvocht)



Biologische barrière
- Normale flora
➢ = micro-organismen waar we mee kunnen samenleven
➢ Creëren milieu waar pathogenen niet door kunnen
➢ Kolonisatieresistentie = resistentie tov pathogenen doordat we
gekoloniseerd zijn met normale flora doordat flora condities schept die
bijdragen tot het beschermen van de gastheer
➢ CAVE gebruik antibiotica : doodt ook de normale flora
- Scheppen anaerobe of zure toestand

Barrières verschillend afh van de plaats : bovenste luchtwegen vooral fysische barrières
➢ Geraken de pathogenen doorheen de barrières, dan schiet IS in actie

Immunologische reactie
Aangeboren IS (innate)
- Vanaf geboorte aanwezig
- Synoniemen
➢ Niet klonaal : geboren met een bep massa cellen, prolifereren niet snel
➢ Niet specifiek : elke cel kan alle versch soorten herkennen
➢ Niet adaptief : geen geheugen en reageren altijd op dezelfde manier

Maakt gebruik van de beschikbare fagocyterende cellen om tot een immuun antwoord te
komen. Uit het beenmerg kunnen dus wel bepaalde cellen gerekruteerd worden.




3

, Verworven IS (adaptive)
- Pas later ontwikkeld door blootstelling aan Ag
- Synoniemen
➢ Klonaal (individuele T en B celklonen > geheugen/effector)
T en B cellen kunnen snel profileren (klonale proliferatie)
➢ Specifiek : T- en B-celherkenning is specifiek
▪ Kunnen geen andere pathogenen/epitopen herkennen
▪ Epitoop = stukje binnen een antigen dat herkend w
▪ Stel Tcel herkend epitoop A op pathogeen 1, dan gaat deze dus
pathogeen 2 zonder epitoop A niet herkennen. Andere Tcel wel

Binnen deze 2 onderscheiden we telkens
- Humorale immuniteit
➢ => eiwitten die functie vertolken (bacterie/virus opruimen en doden)
➢ Aangeboren : complementen, …
➢ Verworven : AL (geproduceerd door BL die evolueren tot plasmacellen)
- Cellulaire immuniteit
➢ => erg specifieke cellen die
pathogenen opruimen
➢ Aangeboren : fagocyten
➢ Verworven : BL (vormen AL) en
TL (produceren cytokines en
sturen zo immuunantwoorden)
▪ T-helpercellen
❖ Produceren
cytokines en
bepalen mee welke Ig Bcellen vormen (5 klassen)
▪ Cytotoxische T-lymfocyten (CTL/Tc)
❖ Introduceren apoptose

MAAR : als pathogeen in lichaam komt, gaat deze zowel met verworven als met
aangeboren IS tegelijk in contact komen

Proliferatie is de allereerste eigenschap van een geactiveerde T- of B-lymfocyt

Redundancy = wanneer versch cytokines dezelfde biologische functie h/beinvloeden
Vb. IL-1 en IL-6 op beenmerg
Pleiotropie= wanneer 1 cytokine versch functies heeft
Vb. IL-6 op CZS, lever, beenmerg
Vb. Het feit dat TLR4 bindt met LPS, lipoteichoinezuur en F-eiwit van RSV




4
$20.01
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
StudentProUA123

Get to know the seller

Seller avatar
StudentProUA123 Universiteit Antwerpen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
6
Member since
1 year
Number of followers
0
Documents
3
Last sold
6 days ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions