Handels- en financiële verrichtingen
Module 1: handelsverrichtingen
= verrichtingen van een onderneming die (buitenlandse) handel voert
1) Waarom handel?
• Tegenstelling tussen oneindigheid behoeften en eindigheid beschikbare middelen à keuzes maken
• Doel: maximale hoeveelheid (diverse) goederen
• Hoe?
1) Meer productiemiddelen (immigratie?) bvb meer arbeidskrachten
2) Technologische vooruitgang (betere machines)
3) Arbeidsorganisatie wijzigen
à arbeidsverdeling & specialisatie
Arbeidsverdeling en specialisatie:
= iedereen bekommert zich om één welbepaalde taak (op basis van talenten)
Voordelen: leidt tot productie van meer goederen à meer behoeftebevrediging
à bedrijven ontstaan door samenwerken van mensen met zelfde ‘talenten’
è Handel nodig om iedereen aan behoeften te voorzien
<->
autarkie
= maatschappij waarbij iedereen in zijn eigen behoeften voorziet
Voordelen: onafhankelijkheid
Nadelen: niet maximaal gebruik gemaakt van ieders talenten
Relatieve kost = kost van een product in termen van ander product:
à relatieve kost product = opgave ander product/winst nieuwe product
à degene met minste relatieve kost heeft comparatief voordeel
Conclusie: beter af met arbeidsverdeling & handel (zie voorbeeld ppt les 1)
Wereldhandelsorganisatie (WHO of WTO)
= bevordering van internationale handel
- Maximaal elimineren handelsbarrières en beslechting van handelsconflicten tussen landen
- Toezien op naleven afspraken
- 1995 opgericht, genève
- 164 leden
- 1947 genève GATT ondertekend door 23 landen
- Hierdoor tussen 1995 en 2016 855 miljard dollar extra economische groei (VS meeste, dan China, Duitsland, Nederland)
3) handelsdocumenten
3.1) connossement (cognossement)
= document dat gebruikt wordt bij het vervoer van goederen over zee
- Opgesteld en verstrekt door kapitein schip, actueel door scheepvaartmaatschappij
Functies:
1) Ontvangstbewijs:
uitgifte connossement verklaart vermelde goederen ontvangen aan boord te hebben door scheepvaartmaatschappij (in
connossement vernoemde goederen moeten overeenstemmen met werkelijkheid)
2) Vervoerovereenkomst:
uitgifte connossement verklaart de scheepvaartmaatschappij zich tegenover houder akkoord om vermelde goederen te
vervoeren (verplicht goederen afleveren aan houder connossement in bestemmingshaven)
3) Waardepapier:
bezitter connossement heeft recht op aflevering van erin vermelde goederen, geen eigendomstitel.
1
,4) betalingstechnieken
= technieken inzake betaling bij handel (soms internationaal)
Nodig omwille van tijdsverloop tussen verzending en aankomst goederen en gebrek aan vertrouwen tussen koper en verkoper
Incoterms: uniforme representatie rechten en plichten van koper en verkoper
Verkoper: wenst voorafbetaling, vreest geld niet te krijgen (snelle en correcte betaling) = nadeel koper
Koper: wenst achteraf betaling, vreest goederen niet te krijgen (levering conform aan bestelling) = nadeel verkoper
à Heeft impact op verzuchting tijdstip betaling
Oplossing:
- Virtuele levering via documenten
- Koper en verkoper maken gebruik van hun bank(en) om procedure te faciliteren
- 2 technieken
Documentair incasso (transport over zee)
à betalingstechniek door middel van levering documenten
Betrokken partijen:
- Exporteur (verkoper buiteland)
- Importeur (koper buiteland)
- Bank exporteur
- Bank importeur
- Kapitein
Transport van goederen over zee (kapitein of scheepvaartmaatschappij zorgt voor transport)
1) Handelscontract tussen importeur en exporteur
à hierin staat betaling via documentair incasso
2) Exporteur levert goederen aan kapitein
3) Connossement aan exporteur
4) Documenten aan bank
5) Bank exp. documenten aan bank imp.
6) Documenten bank imp aan importeur
7) Koper (importeur) betaald schuld aan bank
8) Bank imp stuurt geld naar bank exp.
9) Bank exp geld sturen naar exp
10) Importeur gebruikt documenten om goederen op te halen bij kapitein
11) Kapitein bekijkt documenten en geeft goederen aan importeur
à voordelen voor...
- Koper: pas betalen (7) na inzage documenten (6)
- Verkoper: goederen pas leveren (11) nadat koper betaald heeft (7-9)
à Risico:
- Verkoper: goederen al opgestuurd (onderweg) en toch geen betaling (goederen moeten terugsturen nr zichzelf)
Oplossing = documentair krediet (meer garantie voor verkoper)
Documentair krediet: (transport over zee)
à bank van de koper garandeert dat de verkoper zal betaald worden (als hij kan aantonen dat hij al zijn verplichtingen is nagekomen)
= betalingsbelofte van de bank van de koper (is meer betrouwbaar dan koper zelf)
1) Handelscontract tussen importeur en exporteur
à hierin staat betaling via documentair krediet
2) Importeur opent documentair krediet bij zijn bank
3) Bank imp stuurt krediet door naar bank exp (checkt kredietwaardigheid
4) Bank exp bevestigt krediet aan exporteur
5) Exporteur levert goederen aan kapitein
6) Kapitein geeft in ruil voor goederen connossement aan exporteur
7) Documenten van exporteur naar bank incl connossement
8) Exporteur wordt uitbetaald (wanneer documenten in orde)
9) Bank exp stuurt documenten naar bank imp
10) Documenten vergelijken met documentair krediet, goedkeuring = betaling
11) Imp ontvangt van zijn bank de documenten voor de goederen
12) Betaling importeur aan bank
13) Imp haalt goederen op (met documenten) bij kapitein
14) Kapitein controleert documenten en geeft goederen mee
à voordelen voor...
- Verkoper: eerst bevestiging documentair krediet (4) voor goederen opsturen(5) en krijgt sws het geld van zijn bank = geen risico
à nadelen:
- Duurder dan documentair incasso en risico voor bank importeur dat de importeur hem niet zal betalen (12) (hij betaalde al (10))
2
, 5) financieringstechnieken
Tijdstip betaling? Doelstelling verkoper (voorafbetaling) vs doelstelling koper (achterafbetaling)
à elke partij wilt risico beperken (goederen geleverd maar geen geld vs betaald maar geen goederen)
à heeft impact op risico, maar ook op eventuele financieringsbehoefte bij een van beide partijen
- Koper nood aan krediet: tijdsperiode tussen betaling en inning opbrengst verkoop overbruggen
- Verkoper nood aan krediet: eerder geld nodig (om kosten te betalen)
à financieringstechnieken om financieringsbehoeften op te vangen
5.1) discontokrediet
= krediet gebaseerd op geaccepteerde wissel, wissel wordt vóór vervaldag ‘verdisconteerd’ (= verkocht) aan bank
à bankier betaalt nominale waarde van de wissel uit, verminderd met discontokosten
Wissel: document met betalingsverplichting op toekomstige datum
à schuldenaar (‘betrokkene’ van de wissel) bevestigt betalingsverplichting aan schuldeiser (‘trekker’ van de wissel)
a) cedentendiscontokrediet = cliëntendiscontokrediet (leverancier leent, draagt kredietkosten)
à krediet aangevraagd door de leverancier bij zijn bank, betalingsuitstel toestaan aan klant
à leverancier geeft uitstel van betaling, draagt kredietkosten (lenen kost geld, leverancier gaat lening aan)
à koper krijgt betalingsuitstel (wissel betalen voor vervaldag)
à verkoper krijgt sneller geld, betaalt discontokosten aan bank
4) contante waarde = (nominale)waarde wissel - discontokosten
Discontokosten = vergoeding aan bank voor vroegtijdig uitbetalen
wissel = kredietkosten (=winst bank)
à stap 1 tem 4 gebeuren onmiddellijk, 5&6 op vervaldag wissel
b) leveranciersdiscontokrediet (koper leent, draagt kredietkosten)
à krediet aangevraagd door koper bij zijn bank (omdat hij niet direct kan betalen)
à koper moet onmiddellijk betalen, gaat lening aan, draagt kredietkosten
Verkoper eist onmiddellijke betaling, trekt wissel
= makkelijker om krediet af te sluiten bij bank koper
Betalingstermijn wissel = looptijd krediet
4) verkoper krijgt direct nominale waarde
= schuld van koper bij verkoper (=waarde 7)
5) discontokosten = winst bank
Koper gaat lening aan, draagt kredietkosten
à Stap 1-5 gebeuren onmiddellijk, 6&7 met uitstel op
vervaldag wissel
3
Module 1: handelsverrichtingen
= verrichtingen van een onderneming die (buitenlandse) handel voert
1) Waarom handel?
• Tegenstelling tussen oneindigheid behoeften en eindigheid beschikbare middelen à keuzes maken
• Doel: maximale hoeveelheid (diverse) goederen
• Hoe?
1) Meer productiemiddelen (immigratie?) bvb meer arbeidskrachten
2) Technologische vooruitgang (betere machines)
3) Arbeidsorganisatie wijzigen
à arbeidsverdeling & specialisatie
Arbeidsverdeling en specialisatie:
= iedereen bekommert zich om één welbepaalde taak (op basis van talenten)
Voordelen: leidt tot productie van meer goederen à meer behoeftebevrediging
à bedrijven ontstaan door samenwerken van mensen met zelfde ‘talenten’
è Handel nodig om iedereen aan behoeften te voorzien
<->
autarkie
= maatschappij waarbij iedereen in zijn eigen behoeften voorziet
Voordelen: onafhankelijkheid
Nadelen: niet maximaal gebruik gemaakt van ieders talenten
Relatieve kost = kost van een product in termen van ander product:
à relatieve kost product = opgave ander product/winst nieuwe product
à degene met minste relatieve kost heeft comparatief voordeel
Conclusie: beter af met arbeidsverdeling & handel (zie voorbeeld ppt les 1)
Wereldhandelsorganisatie (WHO of WTO)
= bevordering van internationale handel
- Maximaal elimineren handelsbarrières en beslechting van handelsconflicten tussen landen
- Toezien op naleven afspraken
- 1995 opgericht, genève
- 164 leden
- 1947 genève GATT ondertekend door 23 landen
- Hierdoor tussen 1995 en 2016 855 miljard dollar extra economische groei (VS meeste, dan China, Duitsland, Nederland)
3) handelsdocumenten
3.1) connossement (cognossement)
= document dat gebruikt wordt bij het vervoer van goederen over zee
- Opgesteld en verstrekt door kapitein schip, actueel door scheepvaartmaatschappij
Functies:
1) Ontvangstbewijs:
uitgifte connossement verklaart vermelde goederen ontvangen aan boord te hebben door scheepvaartmaatschappij (in
connossement vernoemde goederen moeten overeenstemmen met werkelijkheid)
2) Vervoerovereenkomst:
uitgifte connossement verklaart de scheepvaartmaatschappij zich tegenover houder akkoord om vermelde goederen te
vervoeren (verplicht goederen afleveren aan houder connossement in bestemmingshaven)
3) Waardepapier:
bezitter connossement heeft recht op aflevering van erin vermelde goederen, geen eigendomstitel.
1
,4) betalingstechnieken
= technieken inzake betaling bij handel (soms internationaal)
Nodig omwille van tijdsverloop tussen verzending en aankomst goederen en gebrek aan vertrouwen tussen koper en verkoper
Incoterms: uniforme representatie rechten en plichten van koper en verkoper
Verkoper: wenst voorafbetaling, vreest geld niet te krijgen (snelle en correcte betaling) = nadeel koper
Koper: wenst achteraf betaling, vreest goederen niet te krijgen (levering conform aan bestelling) = nadeel verkoper
à Heeft impact op verzuchting tijdstip betaling
Oplossing:
- Virtuele levering via documenten
- Koper en verkoper maken gebruik van hun bank(en) om procedure te faciliteren
- 2 technieken
Documentair incasso (transport over zee)
à betalingstechniek door middel van levering documenten
Betrokken partijen:
- Exporteur (verkoper buiteland)
- Importeur (koper buiteland)
- Bank exporteur
- Bank importeur
- Kapitein
Transport van goederen over zee (kapitein of scheepvaartmaatschappij zorgt voor transport)
1) Handelscontract tussen importeur en exporteur
à hierin staat betaling via documentair incasso
2) Exporteur levert goederen aan kapitein
3) Connossement aan exporteur
4) Documenten aan bank
5) Bank exp. documenten aan bank imp.
6) Documenten bank imp aan importeur
7) Koper (importeur) betaald schuld aan bank
8) Bank imp stuurt geld naar bank exp.
9) Bank exp geld sturen naar exp
10) Importeur gebruikt documenten om goederen op te halen bij kapitein
11) Kapitein bekijkt documenten en geeft goederen aan importeur
à voordelen voor...
- Koper: pas betalen (7) na inzage documenten (6)
- Verkoper: goederen pas leveren (11) nadat koper betaald heeft (7-9)
à Risico:
- Verkoper: goederen al opgestuurd (onderweg) en toch geen betaling (goederen moeten terugsturen nr zichzelf)
Oplossing = documentair krediet (meer garantie voor verkoper)
Documentair krediet: (transport over zee)
à bank van de koper garandeert dat de verkoper zal betaald worden (als hij kan aantonen dat hij al zijn verplichtingen is nagekomen)
= betalingsbelofte van de bank van de koper (is meer betrouwbaar dan koper zelf)
1) Handelscontract tussen importeur en exporteur
à hierin staat betaling via documentair krediet
2) Importeur opent documentair krediet bij zijn bank
3) Bank imp stuurt krediet door naar bank exp (checkt kredietwaardigheid
4) Bank exp bevestigt krediet aan exporteur
5) Exporteur levert goederen aan kapitein
6) Kapitein geeft in ruil voor goederen connossement aan exporteur
7) Documenten van exporteur naar bank incl connossement
8) Exporteur wordt uitbetaald (wanneer documenten in orde)
9) Bank exp stuurt documenten naar bank imp
10) Documenten vergelijken met documentair krediet, goedkeuring = betaling
11) Imp ontvangt van zijn bank de documenten voor de goederen
12) Betaling importeur aan bank
13) Imp haalt goederen op (met documenten) bij kapitein
14) Kapitein controleert documenten en geeft goederen mee
à voordelen voor...
- Verkoper: eerst bevestiging documentair krediet (4) voor goederen opsturen(5) en krijgt sws het geld van zijn bank = geen risico
à nadelen:
- Duurder dan documentair incasso en risico voor bank importeur dat de importeur hem niet zal betalen (12) (hij betaalde al (10))
2
, 5) financieringstechnieken
Tijdstip betaling? Doelstelling verkoper (voorafbetaling) vs doelstelling koper (achterafbetaling)
à elke partij wilt risico beperken (goederen geleverd maar geen geld vs betaald maar geen goederen)
à heeft impact op risico, maar ook op eventuele financieringsbehoefte bij een van beide partijen
- Koper nood aan krediet: tijdsperiode tussen betaling en inning opbrengst verkoop overbruggen
- Verkoper nood aan krediet: eerder geld nodig (om kosten te betalen)
à financieringstechnieken om financieringsbehoeften op te vangen
5.1) discontokrediet
= krediet gebaseerd op geaccepteerde wissel, wissel wordt vóór vervaldag ‘verdisconteerd’ (= verkocht) aan bank
à bankier betaalt nominale waarde van de wissel uit, verminderd met discontokosten
Wissel: document met betalingsverplichting op toekomstige datum
à schuldenaar (‘betrokkene’ van de wissel) bevestigt betalingsverplichting aan schuldeiser (‘trekker’ van de wissel)
a) cedentendiscontokrediet = cliëntendiscontokrediet (leverancier leent, draagt kredietkosten)
à krediet aangevraagd door de leverancier bij zijn bank, betalingsuitstel toestaan aan klant
à leverancier geeft uitstel van betaling, draagt kredietkosten (lenen kost geld, leverancier gaat lening aan)
à koper krijgt betalingsuitstel (wissel betalen voor vervaldag)
à verkoper krijgt sneller geld, betaalt discontokosten aan bank
4) contante waarde = (nominale)waarde wissel - discontokosten
Discontokosten = vergoeding aan bank voor vroegtijdig uitbetalen
wissel = kredietkosten (=winst bank)
à stap 1 tem 4 gebeuren onmiddellijk, 5&6 op vervaldag wissel
b) leveranciersdiscontokrediet (koper leent, draagt kredietkosten)
à krediet aangevraagd door koper bij zijn bank (omdat hij niet direct kan betalen)
à koper moet onmiddellijk betalen, gaat lening aan, draagt kredietkosten
Verkoper eist onmiddellijke betaling, trekt wissel
= makkelijker om krediet af te sluiten bij bank koper
Betalingstermijn wissel = looptijd krediet
4) verkoper krijgt direct nominale waarde
= schuld van koper bij verkoper (=waarde 7)
5) discontokosten = winst bank
Koper gaat lening aan, draagt kredietkosten
à Stap 1-5 gebeuren onmiddellijk, 6&7 met uitstel op
vervaldag wissel
3
