100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Hoofdstuk 10 biologie voor jou vwo 5 boek B

Rating
-
Sold
5
Pages
13
Uploaded on
13-01-2025
Written in
2024/2025

Haii, dit is mijn samenvatting van hoofdstuk 10 DNA uit het boek biologie voor jou van vwo 5 deel B. Hopelijk heb je er wat aan en succes met je toets ;).

Level
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Secondary school
Level
Course
School year
5

Document information

Uploaded on
January 13, 2025
Number of pages
13
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Thema 10 DNA


10.1 de bouw en functie van DNA
Leerdoelen,
 Je kunt de bouw en functie van DNA beschrijven.


Bijna elke cel bestaat uit een celkern met daarin DNA, dit bevat genetische
informatie. Hierdoor kan een cel eiwitten maken die functies uitvoeren.
Het geheel aan genetische informatie is het genoom. Van ieder organisme is dit
uniek, hoe meer 2 organismen verwanten zijn, hoe meer overeenkomsten in de
informatie.
Eukaryoten heeft DNA in,
 Chloroplasten, dit is een overblijfsel van de voorouders van deze
organellen toen ze nog zelfstandig levende prokaryoten waren.
 Mitochondriën, dit is een overblijfsel van de voorouders van deze
organellen toen ze nog zelfstandig levende prokaryoten waren.
 Celkern, het DNA zit in de chromosomen.
Prokaryoten hun DNA,
 DNA dat los in het cytoplasma van de cel voorkomt is het genoom.
 Meestal een circulair DNA-molecuul als genoom.
 Sommige prokaryoten bevatten plasmiden:
korte, vaak circulaire stukje DNA.
Een DNA-molecuul is een nucleïnezuur. DNA
bestaat uit 1 of meer strengen van aan elkaar
gekoppelde nucleotiden. Een nucleotide is
opgebouwd uit een monosacharide desoxyribose,
een fosfaatgroep en een stikstofbase. De
stikstofbasen zijn: adenine (A), thymine (T),
cytosine (C) en guanine (G).
De desoxyribose heeft vijf C-atomen,
 1e C-atoom zit de stikstofbase aan
verbonden.
 5e C-atoom zit de fosfaatgroep.
 3e C-atoom kan zich binden aan de
fosfaatgroep van een andere nucleotide, waardoor er een streng van
nucleotide ontstaat  enkelstrengs DNA-molecuul.
Je hebt de 5’-uiteinde en de 3’-uiteinde. Bij de 5’-uiteinde zit een fosfaatgroep en
bij de 3’-uiteinde zit een OH-groep. DNA wordt altijd van 3’-uiteinde naar het 5’-
uiteinde afgelezen en gekopieerd.

, De stikstofbasen steken aan de zijkant uit en kunnen daardoor twee strengen
DNA met elkaar verbinden (basenparing). Dit gebeurd aan de hand van
waterstofbruggen. Adenine bindt met thymine en guanine bindt met cytosine.
Hierdoor ontstaat een dubbelsteng DNA waarin de strengen een helixstructuur
hebben. De strengen lopen altijd in tegengestelde richting.
Een DNA-molecuul kan erg lang zijn, hij past in de celkern, doordat het rond een
aantal eiwitten (histonen) is gewikkeld. Een aantal histonen vormt samen met get
eromheen gewikkelde DNSA een nucleosoom. Zolang dit het geval is kan de cel
het niet aflezen, wanneer de cel hem nodig heeft, verschuift het nucleosoom
zich. Het DNA tussen 2 opeenvolgende nucleosomen is het koppelings-DNA.
De volgorde waarin stikstofbasen in een DNA-molecuul zijn gerangschikt, is de
sequentie. Deze volgorde bepaalt de genetische informatie die het DNA bevat.
Een gen is een deel van het chromosoom dat de genetische informatie bevat
voor 1 of meer erfelijke eigenschappen, of voor een deel van de erfelijke
eigenschap. Met de DNA-sequentie van een gen kunnen ribosomen verschillende
eiwitten maken.
Maar een klein deel van het DNA bestaat uit genen, de rest is niet-coderend DNA
(98,5%). Ook binnen genen worden stukken coderend DNA afgewisseld met niet-
coderend DNA.
Functies niet-coderend DNA,
 Kan regulerende functie en beïnvloede functie hebben voor de activiteit
van genen of de productie van eiwitten,
 Kan beschermende functie hebben van het beschermen van de uiteinde
van de chromosoom.
 Kan ook genen zijn die functie hebben verloren.
Een deel van een niet-coderend DNA bestaat uit repetitief DNA, herhalingen van
korte DNA-sequenties.


10.2 DNA-replicatie
Leerdoelen,
 Je kunt uitleggen hoe DNA-replicatie plaatsvindt.
 Je kunt uitleggen hoe de basenvolgorde van DNA kan worden bepaald.
 Je kunt uitleggen hoe DNA-analyse kan worden toegepast om
verwantschap tussen organisme vast te stellen.


Cellen verlopen een cyclus  de celcyclus. Hierin gaan zij zich delen, groeien,
DNA kopiëren en zich opnieuw indelen,
 Interfase  fase tussen 2 celdelingen. Ongeveer halverwege de interfase
in de S-fase wordt het DNA in de chromosomen gekopieerd. Dit is de DNA-
replicatie.
 Mitose  de celdeling vindt plaats en worden de kopieën van de
chromosomen verdeeld over de dochtercellen.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
fmberendsen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
18
Member since
2 year
Number of followers
1
Documents
7
Last sold
2 weeks ago

4.0

1 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions