Wettelijke kaders - toets 4 - 40 vragen

Proefexamen
MBO Beveiliger 2
Wettelijke kaders
Examen 4.
Bevat het volgende:
- 40 meerkeuzevragen
- Blad met alle antwoorden




W817group.nl


1

, 1. Is een strafrechtelijk onderzoek aan kleding van een persoon een
dwangmiddel?
a. Nee, dit is geen dwangmiddel maar een huisregel
b. Ja, altijd
c. Nee, dit middel mag alleen op basis van vrijwilligheid worden
toegepast
d. Ja, omdat iedereen dit middel mag toepassen

2. Wat is het doel van aanhouden?
a. Zorgen dat de verdachte wordt vervolgd door het Openbaar
Ministerie
b. Zorgen dat de verdachte gestraft wordt
c. Zorgen dat de verdachte het strafbare feit niet nóg een keer kan
plegen
d. Zorgen dat de verdacht wordt voorgeleid aan een (hulp)officier van
justitie

3. Welk recht heeft een beveiliger als een betrokkene weigert een
privaatrechtelijke fouillering te ondergaan
a. Hij mag de betrokkene dwingen mee te werken
b. Hij mag de betrokkene aanhouden
c. Hij mag de betrokkene de toegang weigeren
d. Hij mag de betrokkene strafrechtelijk aan zijn kleding onderzoeken

4. Wat is een voorbeeld van een buitengewoon opsporingsambtenaar?
a. Een officier van justitie
b. Een controleur van de belastingdienst
c. Een hoofdagent van de politie
d. Een inspecteur van de politie

5. Een toevallige voorbijganger wordt gefouilleerd in een door een
burgemeester en wethouder aangewezen veiligheidsrisicogebied.
Van welke fouillering is hier sprake?
a. Fouillering op basis van de Opiumwet
b. Fouillering op basis van de Gemeentewet
c. Fouillering op basis van de Wet wapens en munitie
d. Veiligheidsfouillering
e. Insluitingsfouillering
f. Privaatrechtelijke fouillering




2