Anesthesie 2024-2025
Hoofdstuk 2: De Peri-Operatieve Stressrespons
Inleiding
Elke heelkundige ingreep vormt een aanval op de integriteit van het lichaam. Het
lichaam reageert met:
• Lokale en algemene ontstekingsreacties:
o Verhoogde secretie van hypofysaire en bijnierhormonen.
o Activatie van het orthosympathisch zenuwstelsel: hypertensie en
vasoconstrictie.
o Verhoogd katabolisme: energievoorziening uit eiwitten, vetten en glucose.
o Water- en zoutretentie: behoud van intravasculair volume.
• Humorale reacties:
o Immunomodulatie en hypercoagulabiliteit.
De omvang van de respons hangt af van de intensiteit, duur en ernst van de
stimulus. Dit wordt samengevat als de acute peri-operatieve stressrespons.
Anesthesie helpt deze respons te beperken en de metabolische balans te reguleren.
Gezonde patiënten normaliseren snel na de operatie, terwijl bij patiënten met
comorbiditeit de stressrespons kan leiden tot verhoogde morbiditeit en mortaliteit.
Endocriene Veranderingen
1. Adrenaline en noradrenaline:
o Productie in het bijniermerg.
o Versterking van orthosympathische effecten via alfa- en beta-receptoren.
o Effect: gluconeogenese, glycogenolyse.
2. Cortisol:
o Productie verhoogd door ACTH en CRH.
o Effecten:
▪ Gluconeogenese.
▪ Proteolyse en lipolyse.
▪ Anti-inflammatoire werking en immuunsuppressie.
3. Katabole toestand:
o Verminderde insulineproductie en insulineresistentie.
o Verhoogde glucagonproductie: glycogenolyse en gluconeogenese.
, Anesthesie 2024-2025
4. Andere hormonale veranderingen:
o Anti-diuretisch hormoon (ADH): Retentie van water en zout.
o Groeihormoon: Stimuleert eiwitsynthese en vetafbraak.
5. Insuline en glucagon:
o Insulineafname -> verhoogde glucosespiegels, katabolisme, lipolyse
o Insulineresistentie -> cellen minder gevoelig aan circulerende insuline
o Verhoogde glucagonproductie -> lipolyse glycogenolyse en
gluconeogenese
Belangrijkste effecten op totale metabolisme
• Hyperglycemie:
o Door verhoogde glucoseproductie (cortisol, catecholamines) en relatief
insuline tekort en resistentie.
• Proteïneafbraak:
o Voor productie energie, acute fase proteïnen, glucose en vetten en dus
spiermassa verlies
• Vetafbraak:
o Naar glycerol en vetzuren.
Secretie Hypofyse Bijnier Pancreas Andere
Verhoogd Groeihormoon Catecholamines Glucagon Renine
ADH Cortisol
ACTH Aldosteron
B-Endorphine
Prolactine
Onveranderd LH
FSH
FSTSH
Gedaald Insuline + Testosteron
resistentie
Oestrogeen
Tri-
iodothyronine
, Anesthesie 2024-2025
Immunologische en Hematologische Veranderingen
• Ontsteking:
o Geactiveerd door verhoogde productie geactiveerde leukocyten,
fibroblasten en endotheel van pro- en anti-inflammatoire cytokines
o IL-6 belangrijkste voor acute fase
o Post-op fase: acute onderdrukking immuunsysteem
• Stolling:
o Intravasculaire trombosevorming en verbruik stollingsfactoren en
bloedplaatjes voor de trombosevorming
o Gestegen concentratie plasma stollingsfactoren
o Gedaalde concentratie plasma stollingsinhibitoren
o Verhoogde plaatjesactiviteit
o Inhibitie fibrinolyse
Cardiovasculaire Effecten
• Toename van hartfrequentie en contractiliteit.
• Redistributie van bloed naar essentiële organen: hersenen, hart, longen en
spieren.
• Perifere vasoconstrictie om het bloed naar deze organen te sturen
Andere Orgaansystemen
• Toename van ademhalingsfrequentie.
• Verhoogd risico op ileus.
Chirurgische stress is voorbij
• Daling adrenaline, noradrenaline en cortisol
• Vrijzetting acetylcholine
Psychologische en gedragsveranderingen
• Vermoeidheid, spierzwakte en bedlegerigheid
Conclusie
Doel anesthesie: stress respons onderdrukken om weerslag op lichaam te beperken
Anesthesieplan telkens aanpassen aan individu en ingreep
, Anesthesie 2024-2025
Hoofdstuk 3: De Pre-Operatieve Oppuntstelling
Inleiding
Iedere patiënt die een heelkundige of diagnostische ingreep onder anesthesie moet
ondergaan, dient preoperatief te worden geëvalueerd. Het doel van deze evaluatie is:
• Risico- en morbiditeitsbepaling: Evalueren en waar mogelijk verlagen van
risico's.
• Efficiëntie verhogen en kosten verlagen.
• Medische en psychologische voorbereiding
Een volledig beeld van de patiënt wordt verkregen door:
• Anamnese: Verzamelen van medische geschiedenis.
• Klinisch onderzoek: Objectieve evaluatie.
• Technische onderzoeken: Indien nodig aanvullende diagnostiek.
Individuele aanpassingen in medicatie of specialistische consultatie kunnen het
risicoprofiel verbeteren. Samen met de patiënt wordt een geschikte anesthesietechniek
bepaald.
1. De Anamnese
Methode
• Primaire anamnese: Directe informatie van de patiënt.
• Heteroanamnese: Bij onmogelijkheid tot directe communicatie, informatie van
familie of verzorgers.
Aandachtspunten
1. Huidige ziektegeschiedenis:
o Reden voor de ingreep.
o Klachten, symptomen en afwijkingen.
2. Allergieën:
o Allergieën voor antibiotica, anesthetica, latex, contrastmiddelen en
kleefmateriaal.
o Geen allergieën, maar intolerantie aan bepaalde geneesmiddelen:
prikkelhoest bij ACE-inhibitoren…
Hoofdstuk 2: De Peri-Operatieve Stressrespons
Inleiding
Elke heelkundige ingreep vormt een aanval op de integriteit van het lichaam. Het
lichaam reageert met:
• Lokale en algemene ontstekingsreacties:
o Verhoogde secretie van hypofysaire en bijnierhormonen.
o Activatie van het orthosympathisch zenuwstelsel: hypertensie en
vasoconstrictie.
o Verhoogd katabolisme: energievoorziening uit eiwitten, vetten en glucose.
o Water- en zoutretentie: behoud van intravasculair volume.
• Humorale reacties:
o Immunomodulatie en hypercoagulabiliteit.
De omvang van de respons hangt af van de intensiteit, duur en ernst van de
stimulus. Dit wordt samengevat als de acute peri-operatieve stressrespons.
Anesthesie helpt deze respons te beperken en de metabolische balans te reguleren.
Gezonde patiënten normaliseren snel na de operatie, terwijl bij patiënten met
comorbiditeit de stressrespons kan leiden tot verhoogde morbiditeit en mortaliteit.
Endocriene Veranderingen
1. Adrenaline en noradrenaline:
o Productie in het bijniermerg.
o Versterking van orthosympathische effecten via alfa- en beta-receptoren.
o Effect: gluconeogenese, glycogenolyse.
2. Cortisol:
o Productie verhoogd door ACTH en CRH.
o Effecten:
▪ Gluconeogenese.
▪ Proteolyse en lipolyse.
▪ Anti-inflammatoire werking en immuunsuppressie.
3. Katabole toestand:
o Verminderde insulineproductie en insulineresistentie.
o Verhoogde glucagonproductie: glycogenolyse en gluconeogenese.
, Anesthesie 2024-2025
4. Andere hormonale veranderingen:
o Anti-diuretisch hormoon (ADH): Retentie van water en zout.
o Groeihormoon: Stimuleert eiwitsynthese en vetafbraak.
5. Insuline en glucagon:
o Insulineafname -> verhoogde glucosespiegels, katabolisme, lipolyse
o Insulineresistentie -> cellen minder gevoelig aan circulerende insuline
o Verhoogde glucagonproductie -> lipolyse glycogenolyse en
gluconeogenese
Belangrijkste effecten op totale metabolisme
• Hyperglycemie:
o Door verhoogde glucoseproductie (cortisol, catecholamines) en relatief
insuline tekort en resistentie.
• Proteïneafbraak:
o Voor productie energie, acute fase proteïnen, glucose en vetten en dus
spiermassa verlies
• Vetafbraak:
o Naar glycerol en vetzuren.
Secretie Hypofyse Bijnier Pancreas Andere
Verhoogd Groeihormoon Catecholamines Glucagon Renine
ADH Cortisol
ACTH Aldosteron
B-Endorphine
Prolactine
Onveranderd LH
FSH
FSTSH
Gedaald Insuline + Testosteron
resistentie
Oestrogeen
Tri-
iodothyronine
, Anesthesie 2024-2025
Immunologische en Hematologische Veranderingen
• Ontsteking:
o Geactiveerd door verhoogde productie geactiveerde leukocyten,
fibroblasten en endotheel van pro- en anti-inflammatoire cytokines
o IL-6 belangrijkste voor acute fase
o Post-op fase: acute onderdrukking immuunsysteem
• Stolling:
o Intravasculaire trombosevorming en verbruik stollingsfactoren en
bloedplaatjes voor de trombosevorming
o Gestegen concentratie plasma stollingsfactoren
o Gedaalde concentratie plasma stollingsinhibitoren
o Verhoogde plaatjesactiviteit
o Inhibitie fibrinolyse
Cardiovasculaire Effecten
• Toename van hartfrequentie en contractiliteit.
• Redistributie van bloed naar essentiële organen: hersenen, hart, longen en
spieren.
• Perifere vasoconstrictie om het bloed naar deze organen te sturen
Andere Orgaansystemen
• Toename van ademhalingsfrequentie.
• Verhoogd risico op ileus.
Chirurgische stress is voorbij
• Daling adrenaline, noradrenaline en cortisol
• Vrijzetting acetylcholine
Psychologische en gedragsveranderingen
• Vermoeidheid, spierzwakte en bedlegerigheid
Conclusie
Doel anesthesie: stress respons onderdrukken om weerslag op lichaam te beperken
Anesthesieplan telkens aanpassen aan individu en ingreep
, Anesthesie 2024-2025
Hoofdstuk 3: De Pre-Operatieve Oppuntstelling
Inleiding
Iedere patiënt die een heelkundige of diagnostische ingreep onder anesthesie moet
ondergaan, dient preoperatief te worden geëvalueerd. Het doel van deze evaluatie is:
• Risico- en morbiditeitsbepaling: Evalueren en waar mogelijk verlagen van
risico's.
• Efficiëntie verhogen en kosten verlagen.
• Medische en psychologische voorbereiding
Een volledig beeld van de patiënt wordt verkregen door:
• Anamnese: Verzamelen van medische geschiedenis.
• Klinisch onderzoek: Objectieve evaluatie.
• Technische onderzoeken: Indien nodig aanvullende diagnostiek.
Individuele aanpassingen in medicatie of specialistische consultatie kunnen het
risicoprofiel verbeteren. Samen met de patiënt wordt een geschikte anesthesietechniek
bepaald.
1. De Anamnese
Methode
• Primaire anamnese: Directe informatie van de patiënt.
• Heteroanamnese: Bij onmogelijkheid tot directe communicatie, informatie van
familie of verzorgers.
Aandachtspunten
1. Huidige ziektegeschiedenis:
o Reden voor de ingreep.
o Klachten, symptomen en afwijkingen.
2. Allergieën:
o Allergieën voor antibiotica, anesthetica, latex, contrastmiddelen en
kleefmateriaal.
o Geen allergieën, maar intolerantie aan bepaalde geneesmiddelen:
prikkelhoest bij ACE-inhibitoren…