Recht – Ondernemingsrecht en Intellectueel Eigendomsrecht – Leerjaar 3, periode 3 Saxion
ONDERNEMINGSRECHT
Rechtsvormen
1) Eenmanszaak
2) Samenwerkingsovereenkomst
A. Maatschap
B. VOF
C. CV
Voordat je weer wie er aansprakelijk is & welk stappenplan je volgen moet – moet je dus eerst weten
met welke rechtsvorm je te maken hebt.
3) Rechtspersonen
De personen achter deze rechtspersonen zijn niet aansprakelijk met hun privé vermogen
A. Vereniging
B. Stichting
C. BV
D. NV
2A) Maatschap (Art. 7A:1655 BW)
Het is een maatschap als:
o Er een OVK is
o Iedereen iets heeft ingebracht
o Het doel een winstdeling is (ook kosten besparen)
Þ Winst afspraken moeten zijn opgenomen in de MaatschapOVK – Echter, niet alle afspraken
mogen (Art. 7A:1672 BW)
Þ Wanneer er niets is afgesproken – dan geldt (Art. 7A:1670 BW) – Alles wordt dan naar rato (naar
inbreng) verdeeld.
GEVOLG
Verantwoordelijkheid bij een Maatschap – Hoofdregel = (Art. 7A:1681 BW) – Alléén de maat die de
handeling verricht die tot een verbinding leidt – bindt alleen zichzelf en is 100% aansprakelijk – de
andere maten niet.
Tenzij:
1) Andere maten een volmacht hebben gegeven (Art. 7A:1681 BW)
2) Bij ‘dagelijkse’/ gebruikelijke zaken = beheersdaden – dit geeft namelijk een vermoeden van
volmacht (Art. 7A:1676 BW)
3) Het is in voordeel voor de maatschap (Art. 7A:1681 BW)
4) De anderen achteraf een volmacht afgeven = bekrachtiging (Art. 3:69 BW)
à Dan is elke maat voor een gelijk deel aansprakelijk
Visualisatie Maatschap
A B C
,2B) VOF Vennootschap Onder Firma (Art. 16 WvK) (Een maatschap +)
Het is een vennootschap als:
o Het een maatschap is (Dus: ovk, inbreng, winstdeling - Art. 7A:1655 BW)
o Het tot uitoefening van een bedrijf is (de vrije beroepen vallen hier dus niet onder)
o Er een gemeenschappelijke naam is
GEVOLG
Verantwoordelijkheid bij een VOF – Hoofdregel = (Art. 18 WvK) – elke vennoot is 100% hoofdelijk
aansprakelijk
(Dit is waarom banken en geldschieters voorstander zijn van een VOF)
Visualisatie VOF
A B C
AAfgescheiden
B vermogen
C = verplicht à Schuldeisers ‘eten’ eerst dit vermogen op
Daarna is elke vennoot hoofdelijk aansprakelijk
OPLOSSING
Men kan in het oprichtingscontract het doel van de VOF omschrijven OF de
vertegenwoordigingsbevoegdheid beperken > Dit kan door het inschrijven in het Handelsregister (Art.
29 WvK) Want zolang de VOF niet is ingeschreven – zal het worden gezien als “algemeen voor alle
zaken” en mogen alle vennoten namens de VOF handelen en tekenen.
2C) CV Commanditaire Vennootschap (Art. 19 WvK) (Een VOF +)
Het is een vennootschap als:
o Het een maatschap is (Dus: ovk, inbreng, winstdeling - Art. 7A:1655 BW)
o Het een VOF is (Dus: maatschap, tot uitoefening bedrijf, naam - Art. 16 WvK)
o Er ook externe geldschieters participeren = stille vennoten (Art. 20 WkV)
Visualisatie CV
A B C D
AAfgescheiden
B vermogen
C = verplicht à Schuldeisers ‘eten’ eerst dit vermogen op
Daarna is elke vennoot hoofdelijk aansprakelijk
D legt geld in voor het afgescheiden vermogen en dit deel kan hij kwijtraken – maar mocht dit
vermogen niet voldoende zijn voor de schuldeisers – D is niet hoofdelijk aansprakelijk.
GEVOLG
(Art. 19 WvK) – elke vennoot is 100% hoofdelijk aansprakelijk (Art. 20 lid 3 Wvk) - elke stille vennoot
uitsluitend voor het bedrag van zijn inbreng. Let op: (Art. 20 lid 1 en 2 Wvk) – wanneer een stille
vennoot toch meewerkt (telefoon opnemen of mailen met eigen naam bvb) (Art. 21 WvK) - dan ziet
de wet hem of haar als ‘normale’ vennoot en is hij 100% hoofdelijk aansprakelijk.
, VERTEGENWOORDIGING
Wanneer B namens A een OVK tekens met C.
3 ELEMENTEN:
1. B verricht de rechtshandeling (OVK/ deal)
2. In de naam van A
3. B moet bevoegd zijn
HOE WORDT B BEVOEGD?
> Op grond van de wet
a. Als A handelingsonbekwaam is (kind of gek Art. 3:32 ev BW) & B de ouder of curator
b. Als A failliet is & B de deurwaarder of curator
c. Als A rechtspersoon is (BV, NV, stichting of vereniging) & B de directie
d. Als A een VOF of CV is
> Vrijwillig – obv van een OVK = volmacht
(Art. 3.60 BW) volmacht - Ontstaan (Art. 3.61 lid1 BW)
a. Stilzwijgend (middels arbeidsovereenkomst)
b. Uitdrukkelijk
> Losse volmacht = B heeft niet de plicht om te vertegenwoordigen
> Lastgeving (Art. 7.414 BW) = B heeft de plicht om te vertegenwoordigen
GEVOLG – (Art. 3.66 lid1 BW)
Als B de bevoegdheid van A krijgt om te vertegenwoordigen – en “binnen het boekje” handelt – dan
treffen de juridische gevolgen A (want de OVK ontstaat tussen A & C)
(Art. 3.68 BW) “Selbtseuntritt” (zelftoegang)
B mag niet zelf partij C zijn – als er sprake is van botsende belangen
WANNEER B “BUITEN HET BOEKJE” HANDELT
(Art. 3.66 BW) – De juridische gevolgen treffen A niet – want B handelt “buiten het boekje”
Echter, C krijgt in 2 gevallen toch het voordeel:
1) (Art. 3.69 BW) Als er sprake is van Bekrachtiging = achteraf akkoord.
2) (Art. 3.61 lid2 BW) Er ontstaat tóch een OVK tussen A & C als C erop mocht vertrouwen dat
B bevoegd was. Dit vertrouwen moet zijn veroorzaakt door A.
ONDERNEMINGSRECHT
Rechtsvormen
1) Eenmanszaak
2) Samenwerkingsovereenkomst
A. Maatschap
B. VOF
C. CV
Voordat je weer wie er aansprakelijk is & welk stappenplan je volgen moet – moet je dus eerst weten
met welke rechtsvorm je te maken hebt.
3) Rechtspersonen
De personen achter deze rechtspersonen zijn niet aansprakelijk met hun privé vermogen
A. Vereniging
B. Stichting
C. BV
D. NV
2A) Maatschap (Art. 7A:1655 BW)
Het is een maatschap als:
o Er een OVK is
o Iedereen iets heeft ingebracht
o Het doel een winstdeling is (ook kosten besparen)
Þ Winst afspraken moeten zijn opgenomen in de MaatschapOVK – Echter, niet alle afspraken
mogen (Art. 7A:1672 BW)
Þ Wanneer er niets is afgesproken – dan geldt (Art. 7A:1670 BW) – Alles wordt dan naar rato (naar
inbreng) verdeeld.
GEVOLG
Verantwoordelijkheid bij een Maatschap – Hoofdregel = (Art. 7A:1681 BW) – Alléén de maat die de
handeling verricht die tot een verbinding leidt – bindt alleen zichzelf en is 100% aansprakelijk – de
andere maten niet.
Tenzij:
1) Andere maten een volmacht hebben gegeven (Art. 7A:1681 BW)
2) Bij ‘dagelijkse’/ gebruikelijke zaken = beheersdaden – dit geeft namelijk een vermoeden van
volmacht (Art. 7A:1676 BW)
3) Het is in voordeel voor de maatschap (Art. 7A:1681 BW)
4) De anderen achteraf een volmacht afgeven = bekrachtiging (Art. 3:69 BW)
à Dan is elke maat voor een gelijk deel aansprakelijk
Visualisatie Maatschap
A B C
,2B) VOF Vennootschap Onder Firma (Art. 16 WvK) (Een maatschap +)
Het is een vennootschap als:
o Het een maatschap is (Dus: ovk, inbreng, winstdeling - Art. 7A:1655 BW)
o Het tot uitoefening van een bedrijf is (de vrije beroepen vallen hier dus niet onder)
o Er een gemeenschappelijke naam is
GEVOLG
Verantwoordelijkheid bij een VOF – Hoofdregel = (Art. 18 WvK) – elke vennoot is 100% hoofdelijk
aansprakelijk
(Dit is waarom banken en geldschieters voorstander zijn van een VOF)
Visualisatie VOF
A B C
AAfgescheiden
B vermogen
C = verplicht à Schuldeisers ‘eten’ eerst dit vermogen op
Daarna is elke vennoot hoofdelijk aansprakelijk
OPLOSSING
Men kan in het oprichtingscontract het doel van de VOF omschrijven OF de
vertegenwoordigingsbevoegdheid beperken > Dit kan door het inschrijven in het Handelsregister (Art.
29 WvK) Want zolang de VOF niet is ingeschreven – zal het worden gezien als “algemeen voor alle
zaken” en mogen alle vennoten namens de VOF handelen en tekenen.
2C) CV Commanditaire Vennootschap (Art. 19 WvK) (Een VOF +)
Het is een vennootschap als:
o Het een maatschap is (Dus: ovk, inbreng, winstdeling - Art. 7A:1655 BW)
o Het een VOF is (Dus: maatschap, tot uitoefening bedrijf, naam - Art. 16 WvK)
o Er ook externe geldschieters participeren = stille vennoten (Art. 20 WkV)
Visualisatie CV
A B C D
AAfgescheiden
B vermogen
C = verplicht à Schuldeisers ‘eten’ eerst dit vermogen op
Daarna is elke vennoot hoofdelijk aansprakelijk
D legt geld in voor het afgescheiden vermogen en dit deel kan hij kwijtraken – maar mocht dit
vermogen niet voldoende zijn voor de schuldeisers – D is niet hoofdelijk aansprakelijk.
GEVOLG
(Art. 19 WvK) – elke vennoot is 100% hoofdelijk aansprakelijk (Art. 20 lid 3 Wvk) - elke stille vennoot
uitsluitend voor het bedrag van zijn inbreng. Let op: (Art. 20 lid 1 en 2 Wvk) – wanneer een stille
vennoot toch meewerkt (telefoon opnemen of mailen met eigen naam bvb) (Art. 21 WvK) - dan ziet
de wet hem of haar als ‘normale’ vennoot en is hij 100% hoofdelijk aansprakelijk.
, VERTEGENWOORDIGING
Wanneer B namens A een OVK tekens met C.
3 ELEMENTEN:
1. B verricht de rechtshandeling (OVK/ deal)
2. In de naam van A
3. B moet bevoegd zijn
HOE WORDT B BEVOEGD?
> Op grond van de wet
a. Als A handelingsonbekwaam is (kind of gek Art. 3:32 ev BW) & B de ouder of curator
b. Als A failliet is & B de deurwaarder of curator
c. Als A rechtspersoon is (BV, NV, stichting of vereniging) & B de directie
d. Als A een VOF of CV is
> Vrijwillig – obv van een OVK = volmacht
(Art. 3.60 BW) volmacht - Ontstaan (Art. 3.61 lid1 BW)
a. Stilzwijgend (middels arbeidsovereenkomst)
b. Uitdrukkelijk
> Losse volmacht = B heeft niet de plicht om te vertegenwoordigen
> Lastgeving (Art. 7.414 BW) = B heeft de plicht om te vertegenwoordigen
GEVOLG – (Art. 3.66 lid1 BW)
Als B de bevoegdheid van A krijgt om te vertegenwoordigen – en “binnen het boekje” handelt – dan
treffen de juridische gevolgen A (want de OVK ontstaat tussen A & C)
(Art. 3.68 BW) “Selbtseuntritt” (zelftoegang)
B mag niet zelf partij C zijn – als er sprake is van botsende belangen
WANNEER B “BUITEN HET BOEKJE” HANDELT
(Art. 3.66 BW) – De juridische gevolgen treffen A niet – want B handelt “buiten het boekje”
Echter, C krijgt in 2 gevallen toch het voordeel:
1) (Art. 3.69 BW) Als er sprake is van Bekrachtiging = achteraf akkoord.
2) (Art. 3.61 lid2 BW) Er ontstaat tóch een OVK tussen A & C als C erop mocht vertrouwen dat
B bevoegd was. Dit vertrouwen moet zijn veroorzaakt door A.
