DUURZAAM DENKEN EN
HANDELEN :
INFECTIEBEHEERSING
Infectiebeheersing
= alle handelingen in een zorginstelling die ervoor zorgen dat de
opgenomen patiënten geen infecties oplopen tijdens hun verblijf.
Aangezien zorginstelling = veel zieke mensen = hoog risico op besmetting
MICROBIOTA VAN DE HUID
= een verzameling van diverse micro – organismen zoals bacteriën,
virussen, schimmels en parasieten. De bacteriën zijn voornamelijk gram+ .
Micro – biota = flora van de huid. Er zijn 2 grote groepen :
Residente microbiota (paarse bolletjes)
o Commensalen
o Resideren op ons huid
o Bij gezonde mens geen schade
o Laag virulent karakter
o Gramnegatieve op warme plekken zoals oksels
Transiënte microbiota
o Tijdelijk aanwezig op huid
o Bevat micro – organismen uit de omgeving
o Hoofdoorzaak van kruisinfecties
o Niet permanent, kan verwijderd worden door handhygiëne
o Bevindt zich op de oppervlakkige epitheellaag
BEGRIPPEN
Besmetting (contaminatie)
= het overgaan van een micro – organisme naar iets of iemand. Dit is
niet noodzakelijk ziekmakend
Kolonisatie
= het overleven en vermenigvuldigen van een micro – organisme. Dit is
niet noodzakelijk ziekmakend
Infectie
= er zijn ziekteverschijnselen
Roodheid rubor
Warmte calor
Pijn dolor
1
, Zwelling tumor
Kruisinfectie = besmetting van de ZV met een MO1 uit zijn omgeving
SOORTEN INFECTIE
Endogene infectie (auto – infectie)
o MO zijn al aanwezig bij de patiënt bij opname
o Verminderde weerstand MO veroorzaakt een infectie
o Actie : selectieve decontanimatie (bijvoorbeeld antibiotica geven
voor een operatie)
o Voorbeeld staphylococcus aureus veroorzaakt infectie bij een
prothese.
o Preventie : weerstand beschermen en/of versterken
Exogene infectie (kruisinfectie)
o Besmetting van de zorgvrager met MO uit het zorgmilieu (andere
patiënten, zorgverleners, voorwerpen).
o Infectie na 48 uur opname = zorginfectie.
o Kruisinfectie = besmetting uit de zorgsetting.
o Preventie: besmette zorgvrager afzonderen, handen wassen,
handschoenen dragen, algemene voorzorgsmaatregelen toepassen.
de besmettingscyclus
Bijvoorbeeld :
Kiem = corona Kiemen
Besmettingsbron = persoon
met corona
Overdrachtswegen = Besmettin
aërogeen (via kleine Gastheer
gs-
droplets),.. bronnen
Ingangspoorten : mond,
neus en slijmvliezen
Ingangspoort Overdrachtweg
Gastheer : persoon die in
en en door handen
contact zijn gekomen met
of materiaal
besmettingsbron
KIEMEN
1
MO = micro – organisme
2
HANDELEN :
INFECTIEBEHEERSING
Infectiebeheersing
= alle handelingen in een zorginstelling die ervoor zorgen dat de
opgenomen patiënten geen infecties oplopen tijdens hun verblijf.
Aangezien zorginstelling = veel zieke mensen = hoog risico op besmetting
MICROBIOTA VAN DE HUID
= een verzameling van diverse micro – organismen zoals bacteriën,
virussen, schimmels en parasieten. De bacteriën zijn voornamelijk gram+ .
Micro – biota = flora van de huid. Er zijn 2 grote groepen :
Residente microbiota (paarse bolletjes)
o Commensalen
o Resideren op ons huid
o Bij gezonde mens geen schade
o Laag virulent karakter
o Gramnegatieve op warme plekken zoals oksels
Transiënte microbiota
o Tijdelijk aanwezig op huid
o Bevat micro – organismen uit de omgeving
o Hoofdoorzaak van kruisinfecties
o Niet permanent, kan verwijderd worden door handhygiëne
o Bevindt zich op de oppervlakkige epitheellaag
BEGRIPPEN
Besmetting (contaminatie)
= het overgaan van een micro – organisme naar iets of iemand. Dit is
niet noodzakelijk ziekmakend
Kolonisatie
= het overleven en vermenigvuldigen van een micro – organisme. Dit is
niet noodzakelijk ziekmakend
Infectie
= er zijn ziekteverschijnselen
Roodheid rubor
Warmte calor
Pijn dolor
1
, Zwelling tumor
Kruisinfectie = besmetting van de ZV met een MO1 uit zijn omgeving
SOORTEN INFECTIE
Endogene infectie (auto – infectie)
o MO zijn al aanwezig bij de patiënt bij opname
o Verminderde weerstand MO veroorzaakt een infectie
o Actie : selectieve decontanimatie (bijvoorbeeld antibiotica geven
voor een operatie)
o Voorbeeld staphylococcus aureus veroorzaakt infectie bij een
prothese.
o Preventie : weerstand beschermen en/of versterken
Exogene infectie (kruisinfectie)
o Besmetting van de zorgvrager met MO uit het zorgmilieu (andere
patiënten, zorgverleners, voorwerpen).
o Infectie na 48 uur opname = zorginfectie.
o Kruisinfectie = besmetting uit de zorgsetting.
o Preventie: besmette zorgvrager afzonderen, handen wassen,
handschoenen dragen, algemene voorzorgsmaatregelen toepassen.
de besmettingscyclus
Bijvoorbeeld :
Kiem = corona Kiemen
Besmettingsbron = persoon
met corona
Overdrachtswegen = Besmettin
aërogeen (via kleine Gastheer
gs-
droplets),.. bronnen
Ingangspoorten : mond,
neus en slijmvliezen
Ingangspoort Overdrachtweg
Gastheer : persoon die in
en en door handen
contact zijn gekomen met
of materiaal
besmettingsbron
KIEMEN
1
MO = micro – organisme
2