publiekrecht
Prof. Nicolas Angelet
,algemene informatie - Algemeen
ALGEMENE INFORMATIE
WAT IS INTERNATIONAAL PUBLIEKRECHT?
WAT IS INTERNATIONAAL RECHT?
Recht van samenleving (coëxistentie)
- Soevereine staten die elkaar wantrouwen en die afspraken maken over hun vreedzaam
samenleven
- Bv. Recht van coëxistentie
Normen
Recht van internationale samenwerking (coöperatie)
- Bv. Oprichting van de verenigde naties
- Bv. Verdragen zoals het kaderverdrag van de verenigde naties over de
klimaatsveranderingen
- Recht op samenwerking wordt terug pertinent
Invloed op interne rechtsorde van staten!
Duidt niet op procedures, het wijst naar het feit dat het internationaal recht een proces is bij
Processen de ontwikkeling van het recht, maar ook bij de verwerkelijking van het recht
De opeenvolging van handelingen, die tot het gevolg hebben dat de gedraging van
internationale actoren wordt beïnvloed, of toch wordt bepaald
Internationaal recht is taal
- Belangrijk voor het recht van coëxistentie
- Gemeenschappelijk -> communicatie
o Om gemeenschappelijke dingen af te spreken
- Kwalificaties: een benoeming van de realiteit
Discours o Recht benoemt feiten
- Waarden
o Waarden die met de kwalificatie gepaard gaat, elke kwalificatie is gebonden aan een
norm van de samenleving
Argumentatie
- Kan voor een rechtbank, maar ook in de algemene vergadering van de VN
Politieke discours
Creatie en argumentatie
“Geen boogschieten maar biljartspel”
- Recht vergelijken met een sport
Techniek - Het internationaal recht kent geen GDW, er zijn normen, maar er is geen politie om deze
normen af te dwingen
Gericht op de toekomst
Bevordering van gewenste uitkomsten, uitbouw van alternatieven
Proberen het doel te bereiken d.m.v. de normen te gebruiken
DE DOELSTELLINGEN
- Kritische analyse actualiteit
- Kennis voor rechtspraktijk
- Legal Art & Craft: de trucjes van het beroep
Pagina 1 van 132
,algemene informatie - Algemeen
STUDIEMATERIAAL
- Slides + Lesopnames
- Hyperlinks, geen reader
- Codex + conventie VN over immuniteiten (staat niet in codex)
TER AANVULLING
Wouters/Ryngaert/Ruys/De Baere, International Law: a European Perspective
J. Crawford, Brownlie’s Principles of Public International Law
M. Forteau e.a., Droit international public
HET EXAMEN
- Meerkeuze: ca. 1/3 (Zonder giscorrectie of verhoogde cesuur) → hij geeft er een paar in de lessen
- Open vraag of vragen: ca. 1/3
o 2 vragen: je kiest een hoofd en nevenvraag en dan staat op de hoofdvraag 7 punten en op de
nevenvraag 3 punten.
- Casus: ca. 1/3
let op: bijna altijd staatsaansprakelijkheid op examen (arsiwa in codex)
Open vraag – Aansprakelijkheid: mooi kunnen linken aan elkaar
- Aansprakelijkheidsrecht
- Jurisdictie: aansprakelijkheid staat mensenrechten
- Milieurecht: verplichting te voorkomen
HET VERHAAL
Internationaal Zeerechttribunaal - Advies over klimaatsverandering en de oceanen (2023-2024)
- Adviesprocedure
- Pleidooien kan je online zien, af en toe gaan we hier uittreksels van bekijken
- Dit gaan we aan de les koppelen
- Internationale gerechtelijke procedure die vorig jaar is afgelopen
ACHTERGROND
Zeerechtverdrag
1982 - Gaat over de territoriale zee, maar er is ook een groot deel over milieubescherming
- Deel 12: bescherming van het marine milieu
Kaderconventie Klimaatverandering
1994
- Niet echt efficiënt geweest
Kleine eilandstaten creëren COSIS
2021
- COSIS: internationale organisatie
2022 Verzoek Zeerechttribunaal tot consultatief advies
VRAAGSTELLING
What are the specific obligations of State Parties to the United Nations Convention on the Law of the Sea (the
"UNCLOS"), including under Part XII:
- (a) to prevent, reduce and control pollution of the marine environment in relation to the deleterious effects
that result or are likely to result from climate change, including through ocean warming and sea level rise,
and ocean acidification, which are caused by anthropogenic greenhouse gas emissions into the
atmosphere?
- (b) to protect and preserve the marine environment in relation to climate change impacts, including ocean
warming and sea level rise, and ocean acidification?
Pagina 2 van 132
,algemene informatie - Algemeen
VIDEO Zeerechttribunaal, Hamburg, 11 september 2023
- Vice-Voorzitter van COSIS Gaston Brown (video 1, min. 12.30)
- Naime Te Maile Fifita (video 2, min. 41)
KLIMAATZAAK SHELL: ECLI:NL:GHDHA:2024:2099, Gerechtshof Den Haag, 200.302.332/01
INHOUD
algemene informatie ........................................................................................................................................ 1
1 Bronnen ......................................................................................................................................... 10
1.1 Algemeen ............................................................................................................................................. 10
1.1.1 Is er een hiërarchie tussen de bronnen? .............................................................................................. 10
1.1.1.1 Primaire/subsidiaire rechtsbronnen ............................................................................... 10
1.1.1.2 Rol algemene rechtsbeginselen ...................................................................................... 10
1.1.1.3 Jus cogens ....................................................................................................................... 10
1.1.1.4 primauteit die wordt toegekend aan het HVN ............................................................... 10
1.1.1.5 Verhouding tussen verdragen ......................................................................................... 11
1.1.2 Verhouding gewoonte/verdrag ............................................................................................................ 11
1.2 Gewoonte ............................................................................................................................................. 11
1.2.1 Praktijk ................................................................................................................................................. 11
1.2.1.1 Waar vindt men de praktijk?........................................................................................... 11
1.2.1.2 voorwaarden voor vaststelling van de gewoonte ........................................................... 12
1.2.2 Opinio iuris ........................................................................................................................................... 13
1.2.2.1 ICJ, Legality of the Threat or Use of Nuclear Weapons, §73 ........................................... 13
1.2.2.2 ICJ, Jurisdictional Immunities of the State, §55 .............................................................. 13
1.2.2.3 ICJ, Continental Shelf Between Nicaragua and Colombia, 2023 ..................................... 14
1.2.3 tegenstelbaarheid ................................................................................................................................ 15
1.2.4 Codificatie van gewoonten .................................................................................................................. 15
1.3 Algemene rechtsbeginselen ................................................................................................................. 16
1.3.1 zijn deze een Autonome bron van IR? ................................................................................................. 16
1.3.2 Estoppel-regel ...................................................................................................................................... 16
1.3.3 nemo auditur, procesrecht, … .............................................................................................................. 17
1.3.4 Wie identificeert ze, wie past ze toe? .................................................................................................. 17
1.4 verdragen ............................................................................................................................................. 18
1.4.1 Sluiten en inwerkingtreding ................................................................................................................. 18
1.4.1.1 Volmacht & bevestiging: art. 7-8 WVV ........................................................................... 18
1.4.1.2 Procedure tot instemming: art. 9-17 WVV ..................................................................... 19
1.4.1.3 Voorwerp en doel niet ongedaan maken na ondertekening: art. 18 WVV..................... 19
1.4.2 Voorbehouden en interpretatieve verklaringen art. 19 ev. WVV ........................................................ 20
1.4.2.1 Een voorbehoud .............................................................................................................. 20
1.4.2.2 Interpretatieve verklaringen ........................................................................................... 21
1.4.3 Naleving, toepassing en interpretatie .................................................................................................. 22
Pagina 3 van 132
,algemene informatie - Algemeen
1.4.3.1 Interpretatie: art. 31-34 .................................................................................................. 23
1.4.4 Verdragen en derde Staten .................................................................................................................. 24
1.4.5 Amendering van verdragen tussen enkele partijen: art. 41................................................................. 24
1.4.6 Ongeldigheid, beëindiging… ................................................................................................................. 25
1.5 Eenzijdige rechtshandelingen .............................................................................................................. 26
1.5.1 ILC Guiding Principles applicable to unilateral declarations of States ................................................. 26
1.5.2 rechtspraak .......................................................................................................................................... 26
1.6 Handelingen van international organisaties ........................................................................................ 27
1.7 Soft Law ................................................................................................................................................ 28
1.7.1 US State Department, Guidance on Non-Binding Documents ............................................................. 28
1.7.2 Soft ≠ Ineffectief ................................................................................................................................... 28
1.8 Verhouding tussen internationaal en intern recht ............................................................................... 28
2 Subjecten ....................................................................................................................................... 29
2.1 algemeen .............................................................................................................................................. 29
2.2 De staat ................................................................................................................................................ 29
2.2.1 Constitutieve bestanddelen van de staat............................................................................................. 29
2.2.2 Hoe ontstaan staten: Feitenkwestie of rechtskwestie? ....................................................................... 29
2.2.2.1 dekolonisatie ................................................................................................................... 31
2.2.2.2 Ius cogens........................................................................................................................ 32
2.2.2.3 Statenopvolging .............................................................................................................. 32
2.2.2.4 Soevereiniteit .................................................................................................................. 32
2.3 Internationale organisaties .................................................................................................................. 33
2.3.1 Definitie ................................................................................................................................................ 33
2.3.2 Van Wereldorganisatie tot ‘special purpose vehicle’ ........................................................................... 33
2.3.3 Impliciete bevoegdheden ..................................................................................................................... 34
2.3.4 Delegatie en controle ........................................................................................................................... 34
2.3.5 Verantwoordelijkheid (accountability)................................................................................................. 34
2.3.6 Formele en informele organisaties ...................................................................................................... 34
2.4 Volkeren & individuen .......................................................................................................................... 35
2.4.1 Volkeren ............................................................................................................................................... 35
2.4.2 Inheemse volkeren ............................................................................................................................... 35
2.4.3 Mensenrechten .................................................................................................................................... 36
2.4.4 Internationaal strafrecht ...................................................................................................................... 36
2.4.5 ‘Vertegenwoordigers van de mensheid’ .............................................................................................. 36
2.5 niet-gouvernementele organisaties, bedrijven .................................................................................... 37
2.5.1 Bedrijven en mensenrechten ............................................................................................................... 37
2.5.2 Vertegenwoordiging bij internationale organisaties (IOS) ................................................................... 37
2.6 Representativiteit ................................................................................................................................. 37
2.6.1 Vertegenwoordiging van de Staten ...................................................................................................... 37
2.6.2 Vertegenwoordiging door de Staten? .................................................................................................. 38
Pagina 4 van 132
,algemene informatie - Algemeen
2.6.3 Deelname aan besluitvormingsproces ................................................................................................. 38
2.6.3.1 Overlappende deelnames van Staten, NGOs, bedrijven ................................................. 38
2.6.3.2 Experten .......................................................................................................................... 38
2.6.3.3 Vrouwen, minderheden .................................................................................................. 38
3 Aansprakelijkheid .......................................................................................................................... 40
3.1 Wat? ..................................................................................................................................................... 40
3.2 staatsaansprakelijkheid (!!) .................................................................................................................. 40
3.2.1 Onrechtmatige gedraging .................................................................................................................... 40
3.2.2 Toerekening ......................................................................................................................................... 40
3.2.2.1 Orgaan van de Staat? art. 4 ............................................................................................ 40
3.2.2.2 Wie onderdelen van overheidsgezag uitoefent art. 5 .................................................... 41
3.2.2.3 Terbeschikkingstelling art. 6 ........................................................................................... 41
3.2.2.4 Bevoegdheidsoverschrijding art. 7.................................................................................. 41
3.2.2.5 Gedraging gedirigeerd/gecontroleerd door een Staat art. 7 .......................................... 41
3.2.2.6 Gedraging in afwezigheid of gebreke van officiële overheden art. 9 ............................. 42
3.2.2.7 Opstandsbewegingen art. 10 .......................................................................................... 42
3.2.3 Schending ............................................................................................................................................. 42
3.2.3.1 Preventieverplichting art. 14.3 ....................................................................................... 42
3.2.4 aansprakelijkheid voor gedraging van andere Staat ............................................................................ 42
3.2.5 Verschoningsgronden .......................................................................................................................... 42
3.2.5.1 Instemming art. 20 .......................................................................................................... 42
3.2.5.2 Zelfverdediging art. 21 .................................................................................................... 42
3.2.5.3 Tegenmaatregelen art. 22............................................................................................... 43
3.2.5.4 Force majeure/overmacht art. 23 ................................................................................... 43
3.2.5.5 Distress art. 24 ................................................................................................................ 43
3.2.5.6 Necessity art. 25.............................................................................................................. 43
3.2.5.7 Peremptory norms art. 26 .............................................................................................. 44
3.2.5.8 Gevolgen van het inroepen van een verschoningsgrond art. 27 .................................... 44
3.2.6 Gevolgen .............................................................................................................................................. 44
3.2.7 Inroepen van aansprakelijkheid ........................................................................................................... 44
3.2.7.1 Verschillende aansprakelijke Staten art. 47 .................................................................... 45
3.2.7.2 Inroepen door een andere Staat dan het slachtoffer art. 48 .......................................... 45
3.2.8 Tegenmaatregelen ............................................................................................................................... 45
3.2.8.1 Voorwerp en grenzen art. 49 .......................................................................................... 45
3.2.8.2 Verboden tegenmaatregelen art. 50 .............................................................................. 46
3.2.8.3 Proportionaliteit.............................................................................................................. 46
3.2.8.4 Voorwaarden .................................................................................................................. 46
3.2.8.5 Door derde Staten ........................................................................................................... 46
3.2.8.6 Lex specialis ..................................................................................................................... 46
3.3 Aansprakelijkheid van internationale organisaties .............................................................................. 47
Pagina 5 van 132
,algemene informatie - Algemeen
3.3.1 IOs en Lidstaten .................................................................................................................................... 47
3.4 Casus: toerekening en controle ........................................................................................................... 49
3.4.1 1/ effectieve controle ........................................................................................................................... 49
3.4.2 2/ Algemene controle .......................................................................................................................... 50
3.5 Casus: Israël, Palestina ......................................................................................................................... 50
3.5.1 Internationaal gerechtshof................................................................................................................... 50
3.5.2 Declaration Judge Dire Tladi ................................................................................................................ 51
3.5.3 Opvolging door de Algemene Vergadering .......................................................................................... 52
3.6 Casus: klimaatsverandering (!!) Bewijs van het causaal verband ........................................................ 52
3.6.1 Verzoek consultatief advies IGH........................................................................................................... 53
3.6.2 Schending: Due diligence (no-harm rule) ............................................................................................. 53
3.6.3 Causaal verband ................................................................................................................................... 53
3.6.3.1 algemeen ........................................................................................................................ 53
3.6.3.2 rechtspraak IGH .............................................................................................................. 54
3.6.3.3 art. 47 ARSIWA ................................................................................................................ 54
4 Jurisdictie en immuniteiten ............................................................................................................ 55
4.1 Jurisdictie ............................................................................................................................................. 55
4.1.1 algemeen .............................................................................................................................................. 55
4.1.1.1 Basisregel ........................................................................................................................ 55
4.1.2 afbakening van jurisdictie .................................................................................................................... 57
4.1.2.1 Kwaliteit van aanknopingsfactor ..................................................................................... 57
4.1.2.2 Proportionaliteit t.a.v. andere Staten ............................................................................. 57
4.1.2.3 De invloed van andere rechtsregimes ............................................................................ 57
4.1.3 toepassingen ........................................................................................................................................ 58
4.1.3.1 Kwaliteit van de aanknopingsfactor ................................................................................ 58
4.1.3.2 Afbakening van concurrerende jurisdicties .................................................................... 63
4.1.3.3 Invloed van andere rechtsregimes – ’doelgerichte’ aanknopingsfactoren ..................... 63
4.2 immuniteiten ........................................................................................................................................ 65
4.2.1 Algemeen ............................................................................................................................................. 65
4.2.2 1/ Staatsimmuniteit ............................................................................................................................. 66
4.2.2.1 Algemeen ........................................................................................................................ 66
4.2.2.2 Bronnen .......................................................................................................................... 66
4.2.2.3 “Staat” ............................................................................................................................. 67
4.2.2.4 Uitoefening van jurisdictie .............................................................................................. 67
4.2.2.5 1/ Jurisdictionele immuniteit .......................................................................................... 68
4.2.2.6 2/ uitvoeringsimmuniteit ................................................................................................ 69
4.2.3 2/ diplomatieke immuniteit ................................................................................................................. 70
4.2.3.1 Begrippen ........................................................................................................................ 70
4.2.3.2 Voor welke personen? .................................................................................................... 71
4.2.3.3 Welke bescherming? ....................................................................................................... 71
Pagina 6 van 132
,algemene informatie - Algemeen
4.2.3.4 Voor welke goederen? .................................................................................................... 72
4.2.3.5 Toepassingen .................................................................................................................. 73
4.2.4 de triade ............................................................................................................................................... 74
4.2.5 international organisaties .................................................................................................................... 74
4.2.5.1 Doorgaans absolute immuniteit ..................................................................................... 74
4.2.6 immuniteiten en internationale misdaden .......................................................................................... 75
5 Geschillenbeslechting .................................................................................................................... 77
5.1 “Vreedzame” regeling van geschillen................................................................................................... 77
5.2 1/ Niet-jurisdictionele regeling ............................................................................................................ 77
5.2.1 Onderhandelingen en tussenkomst van derden .................................................................................. 77
5.2.1.1 Onderhandelingen .......................................................................................................... 77
5.2.1.2 In twee gevallen kan een derde tussenkomen ............................................................... 78
5.2.2 Fact-finding/feitenonderzoek .............................................................................................................. 78
5.3 2/ Jurisdictionele regeling .................................................................................................................... 79
5.3.1 Functies rechter ................................................................................................................................... 79
5.3.2 Aard van internationale rechtbanken .................................................................................................. 79
5.3.3 Fundamentele voorwaarde: instemming ............................................................................................. 80
5.3.3.1 Arbitrage ......................................................................................................................... 80
5.3.3.2 Internationaal Gerechtshof ............................................................................................. 81
5.3.3.3 Andere tribunalen ........................................................................................................... 84
5.4 Praktijkcasussen ................................................................................................................................... 84
5.4.1 casus ITLOS, COSIS Advisory Opinion ................................................................................................... 84
5.4.2 casus de internationale rechter en de vrede ....................................................................................... 85
5.4.2.1 Obstakels......................................................................................................................... 85
5.4.2.2 Bijdragen ......................................................................................................................... 85
5.4.2.3 IGH, Policies and Practices of Israel … ............................................................................. 86
6 internationale vrede en veiligheid ................................................................................................. 87
6.1 horizontaal: Verbod van gebruik van gewapend geweld ..................................................................... 87
6.1.1 Uitzonderingen ..................................................................................................................................... 88
6.1.2 Ius cogens ............................................................................................................................................. 89
6.2 verticaal: Collectieve veiligheid ............................................................................................................ 89
6.2.1 Veiligheidsraad ..................................................................................................................................... 89
6.2.1.1 Hfdst. V HVN ................................................................................................................... 89
6.2.1.2 Hfdst. VI HVN .................................................................................................................. 90
6.2.1.3 Tussen VI & VII: Blauwmutsen, blauwhelmen ................................................................ 90
6.2.1.4 Hfdst. VII HVN ................................................................................................................. 90
6.2.2 Algemene Vergadering ......................................................................................................................... 92
7 Bescherming van individu .............................................................................................................. 93
7.1 Algemeen ............................................................................................................................................. 93
Pagina 7 van 132
,algemene informatie - Algemeen
7.2 Mensenrechten .................................................................................................................................... 93
7.2.1 Bronnen ................................................................................................................................................ 93
7.2.2 Universele verklaring voor de rechten van de mens ............................................................................ 93
7.2.3 VN-verdrag burgerlijke en politieke rechten (BUPO) .......................................................................... 93
7.2.3.1 Human Rights Committee ............................................................................................... 94
7.2.3.2 Deelname aan het BUPO ................................................................................................. 95
7.2.4 VN-verdrag economische, sociale en culturele rechten (ECOSOC) ..................................................... 96
7.2.5 Specifieke categorieën en problematieken .......................................................................................... 97
7.2.6 Institutioneel ........................................................................................................................................ 98
7.3 Internationaal Arbeidsrecht ................................................................................................................. 98
7.3.1 Internationale Arbeidsorganisatie ....................................................................................................... 98
7.3.2 IAO-conventies ..................................................................................................................................... 98
7.4 Internationaal humanitair recht ........................................................................................................... 99
7.4.1 Algemeen ............................................................................................................................................. 99
7.4.2 Fundamentale beginselen .................................................................................................................... 99
7.4.3 Internationale conflicten ...................................................................................................................... 99
7.4.3.1 onderscheidingsbeginsel - Men moet discrimineren in het oorlogsrecht ..................... 99
7.4.3.2 Principes van noodzaak, voorzorg, proportionaliteit .................................................... 100
7.4.4 Speciale bescherming + uitzonderingen ............................................................................................ 100
7.4.5 Interne conflicten ............................................................................................................................... 101
7.4.6 Controle.............................................................................................................................................. 101
7.5 Internationaal strafrecht .................................................................................................................... 102
7.5.1 Internationale misdaden art. 5 statuut rome .................................................................................... 102
7.5.1.1 1/ Oorlogsmisdaden art. 8 statuut rome ...................................................................... 102
7.5.1.2 2/ Misdaden tegen de mensheid (crimes against humanity) art. 7 statuut rome ........ 102
7.5.1.3 3/ Genocide art. 6 statuut rome + genocideverdrag .................................................... 104
7.5.1.4 4/ Aggressie art. 8bis statuut rome............................................................................... 105
7.5.1.5 5/ andere: Apartheid, foltering, gedwongen verdwijningen, corruptie … .................... 105
7.5.2 Afdwinging ......................................................................................................................................... 107
7.5.2.1 Internationaal Gerechtshof ........................................................................................... 107
7.5.2.2 nationale strafrechtbanken .......................................................................................... 107
7.5.2.3 Internationale strafrechtbanken ................................................................................... 107
7.5.2.4 Gemengde tribunalen ................................................................................................... 107
7.5.2.5 Internationaal Strafhof.................................................................................................. 108
8 Milieubescherming ...................................................................................................................... 112
8.1 Internationale gewoonte ................................................................................................................... 112
8.1.1 Due diligence ...................................................................................................................................... 112
8.1.1.1 Due diligence & global commons.................................................................................. 112
8.1.1.2 Due diligence: procedurele verplichtingen ................................................................... 112
8.1.1.3 Due diligence & aansprakelijkheidsrecht ...................................................................... 113
Pagina 8 van 132
, algemene informatie - Algemeen
8.1.1.4 Due diligence: bewijs .................................................................................................... 114
8.1.1.5 Due diligence & causaliteit............................................................................................ 114
8.2 Conventionele regimes ...................................................................................................................... 115
8.2.1 Conferentie van Rio, 1992 .................................................................................................................. 115
8.2.2 Internationaal klimaatrecht ............................................................................................................... 115
8.2.2.1 VN-kaderconventie over klimaatsveranderingen (“UNFCCC”) → oud!! ....................... 115
8.2.2.2 Protocol van Kyoto, 1997 .............................................................................................. 117
8.2.2.3 Akkoord van Parijs, 2015............................................................................................... 117
8.3 Institutioneel ...................................................................................................................................... 118
8.3.1 Geen gespecialiseerde instelling van de VN ....................................................................................... 118
8.3.2 UNEP (“UN Environment”) ................................................................................................................. 118
8.3.3 Verdragssecretariaten, COPs.............................................................................................................. 118
8.4 Conclusie ............................................................................................................................................ 118
9 Internationale economische betrekkingen ................................................................................... 119
9.1 Algemeen ........................................................................................................................................... 119
9.1.1 IEL: beginselen.................................................................................................................................... 119
9.1.1.1 1/ Economische betrekkingen beheerst door het recht ............................................... 119
9.1.1.2 2/ Bestrijding van protectionnisme en ’falende’ staatsinstellingen ............................. 120
9.1.1.3 3/ Bevordering van ontwikkeling .................................................................................. 121
9.1.1.4 4/ Bescherming van soevereine keuzes ? ..................................................................... 121
9.2 Investeringen...................................................................................................................................... 122
9.2.1 Investeringen: materieel recht ........................................................................................................... 122
9.2.2 Investeringen : geschillenbeslechting (procedureel) - icsid ............................................................... 124
9.2.2.1 Bevoegdheid – IIAs – ‘without privity’ .......................................................................... 124
9.2.2.2 Effect van uitspraken .................................................................................................... 124
9.3 Internationale handel ......................................................................................................................... 125
9.3.1 Historiek ............................................................................................................................................. 125
9.3.2 De Wereldhandelsorganisatie (WTO/WHO) ...................................................................................... 125
9.3.2.1 geschillenbeslechting .................................................................................................... 125
9.3.2.2 GATT .............................................................................................................................. 126
9.3.2.3 2 nieuwe akkoorden: GATS en TRIPS ............................................................................ 127
9.4 Ontwikkeling, armoede ...................................................................................................................... 128
9.4.1 Multilaterale ontwikkelingsinstellingen ............................................................................................. 128
9.4.1.1 Wereldbankgroep ......................................................................................................... 128
9.4.1.2 Andere multilaterale onwikkelingsinstellingen ............................................................. 129
9.4.2 Armoede............................................................................................................................................. 130
9.4.2.1 Absolute en relatieve armoede..................................................................................... 130
9.4.2.2 Recht en armoede ......................................................................................................... 130
9.4.2.3 Internationaal (economisch) recht, ontwikkeling, en armoede.................................... 130
9.4.2.4 Armoede en internationale mensenrechten ................................................................ 130
Pagina 9 van 132