Samenvatting Diagnostiek en Assessment: Mastering Modern
psychological testing
Leerdoelen D&A
1. Uitleggen wat het assessment proces inhoudt met de verschillende stappen, aannames,
ethische aspecten en speciale voorzieningen.
2. Begrijpen wat testscores betekenen en hoe deze te interpreteren om adequate
besluitvorming te laten plaatsvinden.
3. Uitleggen wat betrouwbaarheid en validiteit van testscores zijn en hoe deze kunnen
samenhangen en verschillen.
4. Begrijpen hoe de kwaliteit van individuele items te analyseren is.
5. De kwaliteit van verschillende instrumenten beoordelen voor het meten van diverse
populaties.
College- en literatuuroverzicht
College 1: Introductie op assessment
- Ch1: Introduction to Psychological Assessment: Why we do it and what it is
- Ch11: Behavioral assessment
College 2: Assessment – in - Ontwikkeling
- Ch6: Item development
- Ch18: How to develop a psychological test: A practical approach
College 3: Betrouwbaarheid (+ inhoudelijke toelichting schrijfopdracht)
- Ch2: The basics of measurement
- Ch4: Reliability
College 4: Validiteit
- Ch5: Validity
- Ch15: The problem of bias in psychological assessment
College 5: Interpretatie & Besluitvorming
- Ch3: The meaning of test scores
College 6: IRT in Vogelvlucht
- Ch7: Item Analysis: Methods for fitting the right items to the right test
- Ch8: Achievement tests in the era of high-stakes assessment (p.244-252; 255-266; 269-274)
College 7: Speciale voorzieningen & Overzicht stof Literatuur
- Ch16: Assessment accommodations
,- Ch17: Best practices: legal and ethical issues
,College 1: Introductie op assessment
Ch1: Introduction to Psychological Assessment: Why we do it and what it is.
Ch11: Behavioral assessment
College-stof
Hoofdstuk 1: Introduction to Psychological Assessment: Why we do it and what it is.
Belangrijke begrippen
Test = manier om een “representatieve steekproef van gedrag” te krijgen van een individu
Measurement = set van regels om getallen(score) toe te kennen aan de gedragingen en/of
prestaties van een individu
Assessment = gehele proces van het verzamelen van informatie over een persoon door
middel van testen
Maximum performance test = test die het kennis- en vaardigheidsniveau in kaart brengt
Achievement test = test die het niveau na de instructie meet
Aptitude test = test die het niveau als gevolg van levenservaring meet
Speed = het aantal correcte items binnen afgebakende tijd
Power = het aantal correcte items bij oplopende moeilijkheidsgraad
Typical response test = test die gedrag- en persoonskenmerken in kaart brengt
Norm-referenced score interpretaties = score wordt geïnterpreteerd in vergelijking met
een relevante gestandaardiseerde steekproef
Criterion-referenced score interpretaties = vaststellen waar een deelnemer staat ten
opzichte van een duidelijk gedefinieerd educatief doel
10 basisassumpties = onderbouwing van waarom en wanneer wél (of niet) testen
Psychologie = studie van de geest
Psychologen = professionals die formele onderzoeken doen maar ook in de praktijk werken
Klinische psychologie = houdt zich bezig met afwijkend gedrag dat als ongewenst wordt
beschouwd door de patiënt of zijn/haar omgeving, psychopathologie
Counseling psychologie = houdt zich bezig met relatief kleine problemen in carrière of onderwijs
Onderwijs psychologie = houdt zich bezig met kinderen en volwassenen die problemen ervaren in
het onderwijs
Assessmentproces
1. Definiëren
2. Selecteren
3. Afnemen
4. Scoren
5. Interpreteren
6. Besluitvorming
2 typen testen
, 1. Maximum performance test = in kaart brengen van het kennis- en vaardigheidsniveau; je
bepaalt de bovengrenzen van iemand zijn kennis en vaardigheden
o Achievement test = test die het niveau na de instructie meet
o Aptitude test = test die het niveau als gevolg van levenservaring meet
o Speed = het aantal correcte items binnen afgebakende tijd
o Power = het aantal correcte items bij oplopende moeilijkheidsgraad
o Objectieve test = gebaseerd op feiten
o Subjectieve test = gebaseerd op meningen en vooroordelen
2. Typical response test = in kaart brengen van gedrag en persoonskenmerken
o Objectieve persoonlijkheidstest = vaste antwoordcategorieën (bijv. waar/niet waar)
o Projectieve persoonlijkheidstest = open vraag, geen goed/fout, verschillende
antwoorden, subjectieve scoring
Typen scores
1. Non-referenced score = persoon wordt op gebied van vaardigheden vergeleken met
andere mensen
2. Criterion-referenced score = persoon wordt met een vastgesteld niveau van prestatie
vergeleken
The standards for educational and psychological testing = richtlijnen voor het ontwikkelen en
gebruiken van psychologische en educatieve testen
Assumpties van psychologische assessments
Bij een psychologisch assessment worden aspecten van intelligentie, persoonlijkheid, drijfveren en
gedrag in kaart gebracht met testen, vragenlijsten, interviews, games, rollenspellen en
opdrachten. In de praktijk doen bedrijven dit vaak bij sollicitanten om op deze manier de best
passende sollicitant aan te kunnen nemen.
Met een psychologisch assessment kun je iemands functioneren voorspellen. Een psychologisch
assessment geeft inzicht in iemands sterke en zwakke kanten doordat er veel verschillende
eigenschappen worden gemeten. Zowel gedrag als vaardigheden kunnen worden gemeten.
De verschillende eigenschappen die gemeten worden, heten constructen.
Deze constructen kunnen op verschillende manieren gemeten worden, bijvoorbeeld door te
observeren of een interview af te nemen. Alle soorten metingen hebben voor- en nadelen.
In de psychologie helpen psychologische assessments psychologen om een goed besluit te maken
t.a.v. de behandeling van de cliënt. Het is wel van belang dat de psycholoog hierbij gebruik maakt
van meerdere bronnen informatie. De uitkomsten op een test kunnen gegeneraliseerd worden
naar andere situaties. Daarnaast moet het assessment wel op een betrouwbare en valide manier
uitgevoerd worden.
Praktische toepassingen van psychologische assessments
Plannen van specifieke behandeling
Meten effectiviteit
Diagnosticeren van de eigenschappen en eventuele stoornis van een cliënt
psychological testing
Leerdoelen D&A
1. Uitleggen wat het assessment proces inhoudt met de verschillende stappen, aannames,
ethische aspecten en speciale voorzieningen.
2. Begrijpen wat testscores betekenen en hoe deze te interpreteren om adequate
besluitvorming te laten plaatsvinden.
3. Uitleggen wat betrouwbaarheid en validiteit van testscores zijn en hoe deze kunnen
samenhangen en verschillen.
4. Begrijpen hoe de kwaliteit van individuele items te analyseren is.
5. De kwaliteit van verschillende instrumenten beoordelen voor het meten van diverse
populaties.
College- en literatuuroverzicht
College 1: Introductie op assessment
- Ch1: Introduction to Psychological Assessment: Why we do it and what it is
- Ch11: Behavioral assessment
College 2: Assessment – in - Ontwikkeling
- Ch6: Item development
- Ch18: How to develop a psychological test: A practical approach
College 3: Betrouwbaarheid (+ inhoudelijke toelichting schrijfopdracht)
- Ch2: The basics of measurement
- Ch4: Reliability
College 4: Validiteit
- Ch5: Validity
- Ch15: The problem of bias in psychological assessment
College 5: Interpretatie & Besluitvorming
- Ch3: The meaning of test scores
College 6: IRT in Vogelvlucht
- Ch7: Item Analysis: Methods for fitting the right items to the right test
- Ch8: Achievement tests in the era of high-stakes assessment (p.244-252; 255-266; 269-274)
College 7: Speciale voorzieningen & Overzicht stof Literatuur
- Ch16: Assessment accommodations
,- Ch17: Best practices: legal and ethical issues
,College 1: Introductie op assessment
Ch1: Introduction to Psychological Assessment: Why we do it and what it is.
Ch11: Behavioral assessment
College-stof
Hoofdstuk 1: Introduction to Psychological Assessment: Why we do it and what it is.
Belangrijke begrippen
Test = manier om een “representatieve steekproef van gedrag” te krijgen van een individu
Measurement = set van regels om getallen(score) toe te kennen aan de gedragingen en/of
prestaties van een individu
Assessment = gehele proces van het verzamelen van informatie over een persoon door
middel van testen
Maximum performance test = test die het kennis- en vaardigheidsniveau in kaart brengt
Achievement test = test die het niveau na de instructie meet
Aptitude test = test die het niveau als gevolg van levenservaring meet
Speed = het aantal correcte items binnen afgebakende tijd
Power = het aantal correcte items bij oplopende moeilijkheidsgraad
Typical response test = test die gedrag- en persoonskenmerken in kaart brengt
Norm-referenced score interpretaties = score wordt geïnterpreteerd in vergelijking met
een relevante gestandaardiseerde steekproef
Criterion-referenced score interpretaties = vaststellen waar een deelnemer staat ten
opzichte van een duidelijk gedefinieerd educatief doel
10 basisassumpties = onderbouwing van waarom en wanneer wél (of niet) testen
Psychologie = studie van de geest
Psychologen = professionals die formele onderzoeken doen maar ook in de praktijk werken
Klinische psychologie = houdt zich bezig met afwijkend gedrag dat als ongewenst wordt
beschouwd door de patiënt of zijn/haar omgeving, psychopathologie
Counseling psychologie = houdt zich bezig met relatief kleine problemen in carrière of onderwijs
Onderwijs psychologie = houdt zich bezig met kinderen en volwassenen die problemen ervaren in
het onderwijs
Assessmentproces
1. Definiëren
2. Selecteren
3. Afnemen
4. Scoren
5. Interpreteren
6. Besluitvorming
2 typen testen
, 1. Maximum performance test = in kaart brengen van het kennis- en vaardigheidsniveau; je
bepaalt de bovengrenzen van iemand zijn kennis en vaardigheden
o Achievement test = test die het niveau na de instructie meet
o Aptitude test = test die het niveau als gevolg van levenservaring meet
o Speed = het aantal correcte items binnen afgebakende tijd
o Power = het aantal correcte items bij oplopende moeilijkheidsgraad
o Objectieve test = gebaseerd op feiten
o Subjectieve test = gebaseerd op meningen en vooroordelen
2. Typical response test = in kaart brengen van gedrag en persoonskenmerken
o Objectieve persoonlijkheidstest = vaste antwoordcategorieën (bijv. waar/niet waar)
o Projectieve persoonlijkheidstest = open vraag, geen goed/fout, verschillende
antwoorden, subjectieve scoring
Typen scores
1. Non-referenced score = persoon wordt op gebied van vaardigheden vergeleken met
andere mensen
2. Criterion-referenced score = persoon wordt met een vastgesteld niveau van prestatie
vergeleken
The standards for educational and psychological testing = richtlijnen voor het ontwikkelen en
gebruiken van psychologische en educatieve testen
Assumpties van psychologische assessments
Bij een psychologisch assessment worden aspecten van intelligentie, persoonlijkheid, drijfveren en
gedrag in kaart gebracht met testen, vragenlijsten, interviews, games, rollenspellen en
opdrachten. In de praktijk doen bedrijven dit vaak bij sollicitanten om op deze manier de best
passende sollicitant aan te kunnen nemen.
Met een psychologisch assessment kun je iemands functioneren voorspellen. Een psychologisch
assessment geeft inzicht in iemands sterke en zwakke kanten doordat er veel verschillende
eigenschappen worden gemeten. Zowel gedrag als vaardigheden kunnen worden gemeten.
De verschillende eigenschappen die gemeten worden, heten constructen.
Deze constructen kunnen op verschillende manieren gemeten worden, bijvoorbeeld door te
observeren of een interview af te nemen. Alle soorten metingen hebben voor- en nadelen.
In de psychologie helpen psychologische assessments psychologen om een goed besluit te maken
t.a.v. de behandeling van de cliënt. Het is wel van belang dat de psycholoog hierbij gebruik maakt
van meerdere bronnen informatie. De uitkomsten op een test kunnen gegeneraliseerd worden
naar andere situaties. Daarnaast moet het assessment wel op een betrouwbare en valide manier
uitgevoerd worden.
Praktische toepassingen van psychologische assessments
Plannen van specifieke behandeling
Meten effectiviteit
Diagnosticeren van de eigenschappen en eventuele stoornis van een cliënt
