Leerdoelen probleem 3
1. Wat zijn grondrechten en welke soorten zijn er?
Grondrechten zijn rechten van fundamentele aard die aan ieder mens toekomen. Zij zijn
nodig om een menswaardig bestaan te kunnen genieten en worden gekenmerkt als de
uitdrukking van kernwaarden als menselijke waardigheid, autonomie, vrijheid, gelijkheid,
integriteit, democratie en rechtvaardigheid. Dit hangt allemaal samen met het bepalen van
de grenzen van de macht van de overheid, en over aanspraken die individuen hebben op
bescherming van hun individuele belangen.
Klassieke grondrechten: ook wel vrijheidsrechten genoemd, zijn primair gericht op
overheidsonthouding. Het draait daarbij veelal over de privésfeer van de burger waar
de overheid geen inbreuk op mag maken. Het betreffen subjectieve rechten die de
burger kan afdwingen bij de rechter.
Sociale grondrechten: gaat vrijwel steeds om taakstellingen van de overheid:
bijvoorbeeld om voldoende werkgelegenheid of de volksgezondheid te bevorderen.
Hierbij wordt de overheid dus een opdracht gegeven. De aanspraken die voortvloeien
uit sociale grondrechten zijn niet rechtstreeks af te dwingen bij de rechter. Het gaat
slechts om aansporingen om het overheidsbeleid op bepaalde doeleinden te richten,
waarbij de overheid behoorlijk vrij is om af te wegen hoe dat moet geschieden.
, 2. Hoe en waar worden grondrechten opgenomen?
Indeling grondrechten
1. Klassieke vs. Sociale grondrechten
o Art 1-17 + deel 23 = Klassiek = subjectie rechten die de overheid verplicht zich
te onthouden van inmenging creëren van een staatsvrije sfeer
o Art. 18- 22 + deel 23 = Sociaal = actieve houding van de overheid,
grondrechten die de overheid door middel van handelen moet verwezenlijken
kun je als burger geen rechten aan ontlenen
art. 19 lid 1 Gw
- Problematische indeling want in recente jp komt ook naar voren dat in het heden ook
klassieke grondrechten door actieve overheidsbemoeienis verwezenlijkt moet
worden
2. Specifiekere indeling 2 (volgens Belinfante)
a. Gelijkheidsrechten: 1-4 Gw
b. Vrijheidsrechten: 5, 7, 8, 9, 15 Gw + 5, 10, 11 EVRM
3. Specifiekere indeling 3
a. Privacyrechten: 10-13 Gw + 8 EVRM
b. Godsdienst, levensovertuiging, onderwijsvrijheid: 6, 23 Gw, 9 EVRM
4. Specifiekere indeling 4
a. Rechtsplegingsrechten: 15, 16, 17 Gw + 6 EVRM
b. Overig: 14, 18-22 Gw + ESH & IVESCR
1. Wat zijn grondrechten en welke soorten zijn er?
Grondrechten zijn rechten van fundamentele aard die aan ieder mens toekomen. Zij zijn
nodig om een menswaardig bestaan te kunnen genieten en worden gekenmerkt als de
uitdrukking van kernwaarden als menselijke waardigheid, autonomie, vrijheid, gelijkheid,
integriteit, democratie en rechtvaardigheid. Dit hangt allemaal samen met het bepalen van
de grenzen van de macht van de overheid, en over aanspraken die individuen hebben op
bescherming van hun individuele belangen.
Klassieke grondrechten: ook wel vrijheidsrechten genoemd, zijn primair gericht op
overheidsonthouding. Het draait daarbij veelal over de privésfeer van de burger waar
de overheid geen inbreuk op mag maken. Het betreffen subjectieve rechten die de
burger kan afdwingen bij de rechter.
Sociale grondrechten: gaat vrijwel steeds om taakstellingen van de overheid:
bijvoorbeeld om voldoende werkgelegenheid of de volksgezondheid te bevorderen.
Hierbij wordt de overheid dus een opdracht gegeven. De aanspraken die voortvloeien
uit sociale grondrechten zijn niet rechtstreeks af te dwingen bij de rechter. Het gaat
slechts om aansporingen om het overheidsbeleid op bepaalde doeleinden te richten,
waarbij de overheid behoorlijk vrij is om af te wegen hoe dat moet geschieden.
, 2. Hoe en waar worden grondrechten opgenomen?
Indeling grondrechten
1. Klassieke vs. Sociale grondrechten
o Art 1-17 + deel 23 = Klassiek = subjectie rechten die de overheid verplicht zich
te onthouden van inmenging creëren van een staatsvrije sfeer
o Art. 18- 22 + deel 23 = Sociaal = actieve houding van de overheid,
grondrechten die de overheid door middel van handelen moet verwezenlijken
kun je als burger geen rechten aan ontlenen
art. 19 lid 1 Gw
- Problematische indeling want in recente jp komt ook naar voren dat in het heden ook
klassieke grondrechten door actieve overheidsbemoeienis verwezenlijkt moet
worden
2. Specifiekere indeling 2 (volgens Belinfante)
a. Gelijkheidsrechten: 1-4 Gw
b. Vrijheidsrechten: 5, 7, 8, 9, 15 Gw + 5, 10, 11 EVRM
3. Specifiekere indeling 3
a. Privacyrechten: 10-13 Gw + 8 EVRM
b. Godsdienst, levensovertuiging, onderwijsvrijheid: 6, 23 Gw, 9 EVRM
4. Specifiekere indeling 4
a. Rechtsplegingsrechten: 15, 16, 17 Gw + 6 EVRM
b. Overig: 14, 18-22 Gw + ESH & IVESCR