100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting - De globale economie (D0E10a)

Rating
4.3
(3)
Sold
26
Pages
84
Uploaded on
06-08-2024
Written in
2023/2024

samenvatting/ lesnotities gobale economie obv slides

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
August 6, 2024
Number of pages
84
Written in
2023/2024
Type
Summary

Subjects

Content preview

De globale economie
Hoofdstuk 16; Macro-economische analyse: wat en
waarom?
Micro. Vs Macro
- Gedrag van alle individuen samen (macro)
- Belangrijke rol van geld (bazookah v. Draghi)
o Wou eurozone uit elkaar doen vallen
Macro-economie ≠ optelsom v/d onderdelen v/d micro-economie
 Hoezo? 3 redenen (zie verder)
o Band tussen markten van finale goederen en markten van productiefactoren
(hebben invloed op elkaar) (1)
 Economische kringloop& Wet v. Say
o Gebruik van geld (2)
 Ontregeling van geldstroom kan reële goederen- en dienstenstroom
beïnvloeden (financiële crisis)
o Informatie- en coördinatieproblemen die impact hebben op economie (“animal
spirits”) (3)
1. De economische kringloop en de wet van Say




Onderzijde van kringloop: bestedingszijde:

- Bedrijven verkopen goederen en diensten aan gezinnen
- Totale opbrengst van deze verkopen:




- Bemerk: notatie aggregaten (i.p.v. pi en qi : P.Q zie H19 en H20)
Bovenzijde van kringloop: inkomenszijde
- Bedrijven kopen productiefactoren op factormarkten
- Arbeiders vergoed met loon
- Verschaffers van kapitaal interest en/of dividend



1

,  Bedrijven verkopen goederen& diensten (onderzijde); de totale opbrengst = PQ
 Deze opbrengst wordt gebruikt om productiefactoren te betalen (bovenzijde)

WET VAN SAY “E LK AANBOD CREËERT ZIJN EIGEN VRAAG ”
 Gaat ervan uit dat al het inkomen geconsumeerd wordt (geen sparen)

 Aanbod en vraag gaan tezamen
o Productie leidt vanzelf tot vraag naar goederen en diensten
o Dus nooit “vraagtekort”
 Maar: samenhang zorgt er ook voor
o Dat macro-economisch effect niet gelijk is aan optelsom van micro-economische
effecten
 Het “geheel” is groter (of anders) dan de “delen”
 Logica: Fallacy of composition
 Vb.: prijsstijging van àlle goederen en diensten ≠ daling vraag
o Dat er informatie- en coördinatieproblemen zijn

 Er wordt weldegelijk gespaard  er ontstaat een ‘lek’ => spaarlek
 Ook wordt een deel v/h inkomen besteed in het buitenland
 Potentiële bronnen voor macro-economische onevenwicht
2. Het belang van geld




 Dubbele kringloop:
o Kringloop van goederen en diensten
o Kringloop van geld
 Beide zelfde onderliggende realiteit& dus dezelfde waarde
 In micro: geld is neutraal (invoering €)
 In macro: geld is niet neutraal
o Geld heeft wel degelijk effect op reële grootheden
o Hét voorbeeld: financiële crisis 2008 => recessie 2009, corona, “QE”
Identiteit v. Fisher:




2

,  Nog een reden dat macro-economie ≠ som v. micro-economische gedragingen
Stel V daalt => meer sparen (M blijft ongewijzigd) => P of q zal moeten dalen

3. informatie- en coördinatieproblemen
Coördinatieproblemen zijn vaak te danken aan informatieproblemen.

3.1 voorbeeld 1: investeringen
De toekomst is onzeker& moeilijk in te schatten
 Bedrijven gaan ‘info’ zoeken bij elkaar
o Als bedrijf A investeert gaat B dat ook doen
= investeringsboom met zelfvoedend karakter
o Zelfvoedend karakter (stijgende investering=> stijgende productie)

 Keynes: animal spirits
o Vlagen v. optimisme en pessimisme
o Belang v. vertrouwen
3.2 voorbeeld 2: spaarparadox
Sparen= niet consumeren v/e deel v/h inkomen
 Meer sparen= minder consumptie/ vraag => minder productie => minder inkomen => minder
sparen
 ‘spaarparadox’: neiging om meer te sparen leidt tot minder sparen
o Falende coördinatie van gedrag van spaarders
o Individuele spaarder houdt geen rekening met collectief effect van zijn toegenomen
sparen
o Individuele rationaliteit kan leiden tot collectief ongunstig resultaat
4. Van Keynes naar de klassieken en terug
Klassieken
 Adam Smith, John Stuart Mill, Thomas Malthus, David Ricardo, ...
 Evenwichtsbenadering  evenwicht regelt zichzelf
 Wet van Say
 Flexibele lonen en prijzen

Grote Depressie in jaren dertig
 Daling productie 20%-40%, werkloosheid >25%
 Waarom geen evenwichtsherstel?

Keynesianen
 John Maynard Keynes, John Hicks, James Tobin, ...
 Onevenwichtsbenadering
o Marktimperfecties ⇒ gebrekkige vraag en onvrijwillig werkloosheid
 Vraag stimuleren door budgettair beleid (overheid)
 Keynes: The General Theory (1936) -> de vraag = het probleem
Weinig werkloosheid => loon stijgt => hoge inflatie
Veel werkloosheid => loon daalt=> lage inflatie

Hoogtijdagen van keynesianisme na WOII
 “We are all Keynesians now” (Nixon)
 Overheidsinterventie langs vraagzijde om markt bij te sturen

Stagflatie vanaf jaren 70
 Stagnerende economie & inflatie

3

,  Keynesiaanse analyse onder druk

Monetaristen
 Milton Friedman
 Keynesiaanse analyse naar prullemand
 Vraagbeleid is problematisch
o Beperkte informatie
o Timing
o Asymmetrisch toegepast: stijgende overheidsschuld en meer inflatie
o Keynes: anti-cyclisch interventies toepassen  politiek
 Monetair beleid effectiever dan budgettair
 Minder interventie, vooral geloof in flexibele prijzen  Keynes: ‘sticky prices’
 Geloof in markten (Hayek: of in elk geval meer dan in de overheid)

Vanaf jaren 90:
 “Nieuwe neoklassieke synthese”, “nieuw-keynesianen”
 Dynamische stochastische algemene evenwichtsmodellen (DSGE) (⇢ RBC)
... met rigide prijzen en imperfecte concurrentie (⇢ keynesiaans)

Na de crisis van 2008/2009
 Terug naar Keynes’ onevenwichtsdenken
 Mainstream macro-economische modellen uitbreiden/herzien
 Integratie van de financiële sector
 Gedragseconomie: inzichten uit psychologie en cognitiewetenschappen (beperkte
rationaliteit, leergedrag, etc.)
Langetermijngroei (versus conjunctuurcycli)




Hoofdstuk 17: De nationale rekeningen
19e eeuw: bewust v. economische schommelingen
 Geen denkkader
 Geen methodologie
1930: stroomversnelling
 Macro-economische theorie
o Statistisch apparaat voor meting economische activiteit
 Nationale boekhouding/rekeningen
Economische groei meten: omvang economie meten

4
$11.55
Get access to the full document:
Purchased by 26 students

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Reviews from verified buyers

Showing all 3 reviews
6 months ago

9 months ago

9 months ago

4.3

3 reviews

5
1
4
2
3
0
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
ellie2004 Katholieke Universiteit Leuven
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
80
Member since
1 year
Number of followers
3
Documents
22
Last sold
1 day ago

4.3

3 reviews

5
1
4
2
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions