Vraag 1 (1 punt) (volledig)
U krijgt volgende vraag om inlichtingen:
“Een BTW belastingplichtige cliënt heeft een officiële erkenning als veevoederbedrijf. Het
bedrijf werkt echter 100% in onderaanneming (maakloon) voor een ander bedrijf, dat alle
grondstoffen aanlevert. Mijn cliënt voert dus enkel de verwerking uit van die grondstoffen tot
een additief voor veevoeders( soort antibiotica vervangend medicament), en factureert dan
de dienst voor het maken van het afgewerkt product aan het bedrijf dat de grondstoffen
levert. De commercialisering en verdeling is volledig in handen van het andere bedrijf, mijn
cliënt produceert dus alleen.
Mijn cliënt factureerde tot op heden steeds aan 21%, maar zijn afnemer stelt nu dat dit
krachtens artikel 38 par. 4 WBTW aan 6% moet zijn omdat het om een veevoeder gaat. Is
dit correct? naar mijn mening factureert mijn cliënt correct met 21% BTW omdat zij een
dienst verricht (productie)?”
Is de maakloon dienst onderworpen aan 6% indien dit het btw-tarief is van toepassing op de
verkoop van veevoeders?
JA/NEE
Antwoord: artikel 38-4: iedere handeling die bijdraagt tot het vervaardigen, het bouwen, het
monteren of het omvormen van een ander goed dan een uit zijn aard onroerend goed, is
aan de belasting onderworpen van het tarief op het goed beschouwd in de staat na
behandeling.
Bijgevolg is de handeling aan het % van veevoeders onderworpen en dat is 6 %.
Vraag 2 (1 punt): (volledig)
Welke van volgende 4 beweringen is fout?
1- De belastingplichtige die failliet werd verklaard, verliest hierdoor de hoedanigheid van
belastingplichtige.
2- Een minderjarige die geregeld en zelfstandig goederen verkoopt op een markt is een
belastingplichtige
3- Een imker die geregeld honing verkoopt en geopteerd heeft voor de vrijstellingsregeling
voor kleine ondernemingen is een belastingplichtige.
4- Een onderneming die enkele handeling inzake financieringshuur verricht is een
belastingplichtige.
(notities: artikel 4 WBTW)
Antwoord: 1