HC1 (1 april 2019) – Wetenschap in tijden van ‘alternatieve feiten’ en politieke correctheid
Literatuur: boek p. 11-14, Watt & Van den Berg
Het huidige probleem met feiten: is alles mogelijk?
Alternative facts: we lijken niet meer te weten wat de feiten zijn.
Waarom zijn ze belangrijk?
Keuzes maken
Beslissingen nemen
Beleid maken
Wetenschap: kroonjuweel van het menselijk denkvermogen (natuur- en sociale wetenschappen).
Mensen weten niet meer wat goede en wat slechte kennis is.
Voorbeeld: vaccinatiecartoon
Twee manieren waarop naar de wetenschap wordt gekeken vanuit de filosofie (doorlopend debat):
Sciëntisme – “Wetenschap is verreweg superieur aan alle andere pogingen om kennis te borgen:
wetenschappelijke wetten bieden zekerheid.” (boek p. 11)
Tijdperk van zekerheid; wetenschap is de waarheid; rationaliteit; modernisme/moderniteit (=
modern denken, rationeel-seculier, denk zelf na, gebruik alleen de rede); wetenschappelijke
methode is de enige methode om feiten en waarheid te verkrijgen.
Scepticisme – “Wetenschap geeft geen zekerheid, het is gelijk aan andere vormen van kennis,
wetenschap is een geloof.” (boek p. 12-13)
Kritisch denken over wetenschap, methodes en grenzen van wetenschap, pluralistische opvatting
over rationaliteit en kennis; postmodernisme (ook seculier maar verschillende individuele en
emotionele expressive staat centraal); kennis en waarheid zijn sociale constructies die
‘deconstructie nodig hebben’; relativisme; ‘anything goes’; onze geest is een gebroken spiegel, we
weten niets en zullen ook nooit iets weten. Waarheid is tijdsafhankelijk. Icoon: Feyerabend.
Voorbeeld: liedje ‘Anything Goes’
Sciëntisme vs. scepticisme in de filosofie: als een familieruzie tussen filosofen.
Filosofisch scepticisme is kritisch denken over wetenschap binnen de grenzen van de filosofie.
Sciëntisme vs. scepticisme in de samenleving: een relativistische, radicale interpretative van interpretation
of filosofisch scepticisme is als een uitslaande brand in de samenleving terechtgekomen. Maatschappelijk
debat over ‘alternatieve feiten’, ‘feiten vrije politiek’, nepnieuws, ‘post-truth’ tijdperk, politieke correctheid,
identiteitspolitiek, vrijheid en conformisme.
In CW-termen: misinformatie of desinformatie
,Maatschappelijke debatten over issues in de wetenschap: vaccinatie, klimaat, homoseksualiteit, geloof
wetenschap (sciëntisme) in botsing met scepticisme.
‘There’s no such thing as truth, everyone has their own truth’ (film ‘I, Tonya’)
Overzicht van de cursus
Filo = liefde, sofie = wijsheid wijsheid beredeneren, achter de waarheid komen
Wetenschapsfilosofie heeft als voornaamste taak om de onderzoeksmethoden van de wetenschappen te
analyseren. Metatheorie = theorie over theorie.
Wat is kennis, en wat zijn bronnen van kennis?
Wat is wetenschap, en wat is het verschil met niet-wetenschap?
Hoe gaan we momenteel om met kennis en wetenschap?
Wat is rationeel, wat is de waarheid en wat is echt, de realiteit?
De Verlichting (18e eeuw): verhaal van ‘toen het licht aanging’ in de menselijke geest, een van de
beste intellectuele projecten in de geschiedenis van de mensheid.
Benadrukt rede en individualisme in plaats van traditie(s).
Wetenschappelijke revolutie (16e eeuw)
Nieuwe onderzoeksmethoden
Nieuwe filosofie over kennis en de wereld
Politieke verlichting (eind 17e en 18e eeuw, tijdperk van de rede)
Industriële revolutie (19e eeuw)
Grote versnelling (Great Acceleration, 20e eeuw, globalisering, communicatie, media en
specialisatie van kennis)
Morele vooruitgang: we worden steeds verlichter. Enorme vooruitgang en ontwikkeling, materieel en
moreel. Antropoceen? (antro = mens, ceen = nieuw)
Centrale rol voor de rede brengt risico’s, uitdagingen, nadelen en verantwoordelijkheden.
Mensen op verkenningstocht: hoe verkennen wij de wereld?
Mensen zijn onderzoekende wezens: nieuwsgierigheid definieert het menselijk bewustzijn.
Observaties geven ons bewijzen voor onze verklaringen.
Voorbeeld: cartoon luchthaven
Twee basale onderzoeksstijlen:
Naïef onderzoek – Niet-geformaliseerde, niet systematische en niet gecontroleerde vorm van het
verzamelen en samenvatten van informatie tot naïeve theorieën.
Ook bekend als common sense, pre-modern denken (religieus denken), niet-geavanceerde
manieren van kennis van de werkelijkheid (‘fixed belief’); speculatie, theorie is hypothese
, Methoden van kennen:
1. Method of tenacity (vasthoudendheid): wat algemeen als waar wordt gezien, vasthouden aan
eigen standpunt
2. Method of authority (authoriteit): mensen met een hoge status spreken de waarheid
3. Method of a-priori (redelijke mens): rede en logische consistentie zijn belangrijk
Voorbeelden: religie, astrologie, bijgeloof, complottheorie
Wetenschappelijke methode – Zeer hoog geformaliseerde, systematische en gecontroleerde vorm
van onderzoek, bewust van observaties en redeneringen zijn foutgevoelig (error prone).
“Wetenschap verschuift de locatie van de waarheid van individuen naar groepen, door een aantal
regels te stellen die kunnen rekenen op wederzijdse instemming.”
Ook bekend als modern denken, analytisch-empirische benadering. Interne beliefs horen
ondersteund te worden met extern bewijs (waarnemingen), methodologisch strak en modelmatig.
Waarheid is objectieve werkelijkheid ‘buiten de mens’, onze ideeën veranderen de realiteit niet. We
ontwikkelen theorieën die waar zijn.
Voorbeelden: empirische cyclus, multilevel model, wetenschappelijk tijdschrift
Theorie is de kern van wetenschap: voorspellen en verklaren van verschijnselen.
HC2 (3 april 2019) – Rationalisme en empirisme in de oudheid
Literatuur: boek p. 19-37
Belangrijke definities:
Epistemologie = kennisleer (epistèmè = kennis)
o Wat is kennis?
o Wat kan ik weten?
o Hoe wordt kennis vergaard?
Ontologie = zijnsleer (on = zijn)
o Wat is de aard van het object?
o Wat is de zijnsrealiteit?
Metafysica = uitstijgend (meta) boven de natuur (fysica)
Wat je niet direct kunt onderzoeken, wat is het wezen van de werkelijkheid?
Het beantwoorden van ontologische vraagstukken
Voorbeeld: wat weten baby’s echt? Hoe kom je daar achter? Hebben ze kennis? Kan je taal hebben zonder
dat je kennis hebt, en andersom?
Wat is kennis, en hoe weten we dat we kennis hebben?
Empirisme: zintuiglijke waarneming is de bron van kennis; onze zintuigen zijn de basis. Empirie =
de waarneembare wereld.
Rationalisme (reasoning): ratio staat centraal; ons denk- of redeneervermogen is de bron van
kennis. Kennis verkrijg je door na te denken.