100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Consumentengedrag de basis - Samenvatting

Rating
-
Sold
-
Pages
18
Uploaded on
27-05-2024
Written in
2023/2024

In deze samenvatting is consumentengedrag de basis samengevat. Alle informatie die mogelijk op een tentamen wordt behandeld is hier kort maar duidelijk omschreven. Zo is het makkelijk leren, zonder al te veel moeite, zodat je je tentamen kan halen!

Show more Read less
Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
May 27, 2024
Number of pages
18
Written in
2023/2024
Type
Summary

Subjects

Content preview

1.2 Inzoomen op consumentengedrag
In gedrag consument drie categorieën:
- Communicatiegedrag  opnemen, verwerken, doorgeven informatie.
- Koopgedrag  handel onderweg naar en op plaats van aankoop.
- Gebruiksgedrag  wat men doet met zijn aankoop.
- Afdankgedrag  wat doet consument met product nadat het niet meer nodig is.

1.4 Nut van de studie van consumentengedrag
Studeren consumentengedrag nuttig voor nuttig voor:
- Overheid  maatregelen voor bijv. afdankgedrag
- Consumentenorganisaties  gaat marketing niet te ver?
- Marketing  betere marketingbeslissingen

1.6 Het wiel van consumentengedrag




2.2 Levensstijl
Levensstijl  gedragskeuzes en smaakuitingen
VALS  values and lifestyles
Acht groepen consumenten, drie oriëntaties.

2.3 Motivatie en consumentengedrag
Motivatie kan twee dingen doen:
- Activeren tot gedrag
- Handelen van individu richten op doel
Activerende effect van motivatie:
Motivatieproces kan in gang worden gezet door interne en externe prikkels.
Interne prikkels: fysiologisch, emotioneel of cognitief, komt voort uit individu.
Externe prikkels: bijv. reclame, een kennis of iets in de etalage, komt voort uit omgeving.

Doelgerichte effect van motivatie:
Abstract-psychologische doelen: status, macht, vriendschap

,Door gedrag probeert men dan deze doeleinden te bereiken. Producten/merken zijn het middel om
dit doel te bereiken. Bijv. kopen van bepaalde auto voor status.

Approach-approach-conflict
Een consument heeft twee alternatieven, en wil eigenlijk beide nastreven maar kan slechts één
kiezen.
Approach-avoidance-conflict
Consument wil iets, maar tegelijkertijd ook niet, ik wil wel een auto, maar ik wil niet het hoge bedrag
ervoor moeten betalen.
Avoidance-avoidance-conflict
Iemand wil geen van beide opties, ik wil niet naar school, en ook niet werken. Ik zal een of geen
moeten kiezen met alle gevolgen van dien.

2.4 Behoeftehiërarchie van Maslow
Behoeftecategorieën afgeleid van Maslow:
Overlevingsbehoeften: fysiologisch en veiligheid
Sociale behoeften: sociale veiligheid en erkenning
Groeibehoeften: behoefte aan groei, erkenning, zelfontplooiing.

2.5 Negatieve en positieve motivatie
Negatieve motivatie  opheffen of ontwijken van probleem.
Positieve motivatie  situatie nog beter maken dan hij al is.




2.6 Motivatie en waardeoriëntatie
Eindwaarden  gewenste doeleinden, geluk, liefde, veiligheid
Instrumentele waarden  ideeën van manieren waarop
einddoelen kunnen worden behaald.

Soorten kennis van product:
Concrete kennis van eigenschappen  consument weet
hoe product eruitziet/wat erin zit.
Abstracte productkennis  consument heeft een idee van de
kwaliteit of comfort bijv.

3.1 Het informatieverwerkingsproces
Perceptieproces  prikkels selecteren en interpreteren.
Geheugenproces  tijdelijk of permanent opslaan van wat
men waarneemt.
Informatieverwerkingsproces wordt beïnvloed door:
kenmerken consument, kenmerken stimuli en omgeving van
stimuli.

, Actieve exposure  je gaat zelf op zoek.
Passieve exposure  wordt geconfronteerd met.
Forced exposure  je wordt bijna verplicht om waar te nemen (bijv. reclame bios).
Absolute drempel  niveau waarbij stimulus wordt opgemerkt, niveau waarin 50% waargenomen.
Relatieve drempel  hoe sterk twee stimuli in intensiteit moeten verschillen.
Weberfractie  verschil differentiële drempel en beginintensiteit.

3.3 Aandacht
Persoonlijke factoren: behoefte, motivatie, interesse, attitudes, waarden, gewenning.
Stimulusfactoren: kleur, grootte, intensiteit, positie, nieuwheid, contrast, beweging, (fysieke
eigenschappen).
Cognitieve eigenschappen  stellen ons voor probleem, weten niet precies de betekenis.
Emotionele eigenschappen  samenstellen van beelden, humoristisch, verdrietig om aandacht te
trekken.

3.4 Begrip
Gestaltpsychologie  mensen nemen eerder hele objecten en patronen op dan elementen daarvan.
- Principe van nabijheid: elementen die overeenkomsten bezitten worden bij elkaar geplaatst.
- Principe van volledigheid: mensen maken onafgemaakte figuren en beelden vaak in hun
hoofd volledig.
- Principe van gelijkheid: elementen met overeenkomsten lijk in waarneming een eenheid.
Bijv. zelfde kleuren en vormen van winkels die bij een keten horen.
- Figuur-achtergrondprincipe: stimuli waarin men figuur ziet komt naar voorgrond en de rest
blijft achter op de achtergrond.

Kennisstructuur  beeld en kennis dat consument al heeft van een merk/product.
Afleidingen  idee dat consument zelf schetst over product.
Halo-effect  op grond van waarneming idee schetsen over hele merk/product.
Factoren van invloed op interpretatie: behoeften, wensen, verlangen, verwachtingen, attitudes,
waarden.

3.5 Onthouden
Sensorisch geheugen  kortetermijngeheugen  langetermijngeheugen.

3.6 Neuromarketing
Neuromarketing wordt vaak gebruikt voor: verpakkingen, advertenties, commercials en campagnes.
Twee hersengebieden: belonings- en pijnsysteem.
Als beloning meer wordt geactiveerd dan pijn is consument geneigd tot aankoop.
Technieken neuromarketing:
- MRI-scan
- Elektro-encefalografie (EEG)
- Eyetracking

4.1 Aangeleerd gedrag
Om van leren of leereffecten te spreken moeten drie basiselementen aanwezig zijn:
- Motivatie en informatie  marketing wil hun product koppelen aan bepaalde behoefte,
zodat mensen ‘leren’ dat dit merk voor hen is. Zonder motivatie zullen mensen niet op zoek
gaan naar informatie en zullen ze niks leren.
- Aanknopingspunten  geeft informatie en activeert motivatie over product dat gekocht
moet worden.
$8.68
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
mgrootveld2005

Get to know the seller

Seller avatar
mgrootveld2005 Hogeschool Windesheim
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
1
Member since
1 year
Number of followers
0
Documents
7
Last sold
8 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions