Koers van een organisatie
1. Missie en visie
Missie Visie
• Werkterrein: ‘What business are we in?’ • Omgevingsbeeld: ‘Hoe ziet de relevante omgeving er voor ons
• Bestaansrecht: ‘Wie zijn onze klanten en hun behoeften?’ bedrijf uit in de (verre) toekomst?
• Betekenis voor stakeholders: ‘Wat willen we betekenen voor • Gedroomde positie: ‘Waar willen we staan?’
wie?’ • Succesformule: ‘Hoe bereiken we onze gedroomde positie?’
• Normen, waarden en overtuigingen
Golden circle: why - how – what
• Wie zijn we
• Tijdloos • Wat willen we betekenen
• Geformuleerd vanuit verleden • Voor een bepaalde periode
• Blik op de toekomst
2. Organisatiecultuur
Organisatiecultuur Lagen in een organisatiecultuur
• Niet tastbaar • Waarden: houding/ attitude
• Gedeelde waarden, normen en gedragingen • Rituelen en tradities: gewoontes
• Belangrijke kenmerken • Helden en verhalen: voorbeeldgedrag
• Sfeer die bepaalt of je je ergens goed voelt en jezelf kan zijn • Symbolen: gebouw, dresscode, autobeleid, ...
Waarden Normen
• Wat je echt belangrijk vindt, idealen • Regels of richtlijnen over hoe je je moet gedragen
3. Strategische doelstellingen
USP Concurrentievoordelen
• Eigenschap die jou onderscheidt van je concurrenten • Productgebonden: langere levensduur, milieuvriendelijker, breder
• Kernboodschap meenemen in communicatie en missie assortiment
• 3 regels: • Servicegebonden: snellere reactietijd, dienst na verkoop
- Uniek • Zijn tijdelijk
- Duidelijk
- Verkoopbaar
, Strategie Strategische planning
• Manier waarop je de doelstellingen wil behalen ANTWOORD BIEDEN OP 4 VRAGEN:
• Strategisch management = proces • “Hoe staan we ervoor?” = analyse van de strategische situatie
1. Strategische intentie = missie, visie en doelen • “Welke strategische plannen moet ik ontwikkelen?”
2. Strategieontwikkeling = leidt o.b.v. analyse tot een • “Hoe ga ik de strategische plannen uitvoeren?”
strategisch plan, dat aangeeft welke stappen gezet moeten • “Wat moet bijgestuurd worden?”
worden om de doelen te realiseren
3. Implementatie = maakt dat alle organisatieonderdelen
(hoog naar laag) bijdragen aan de strategie en doelstellingen
v/e organisatie
4. Strategie evaluatie = periodieke strategie evaluatie vormt
noodzakelijk onderdeel v. dit managementproces
Volwaardige strategie Soorten doelstellingen
• Vertrekt vanuit een grondige analyse van de buitenwereld en de • Financiële doelstellingen: omzet, winst
eigen organisatie • Commerciële doelstellingen: marktaandeel, verhouding
• De analyse gebeurt bij voorkeur door enkele verschillende grote/kleine klanten
modellen met elkaar te combineren • Kwaliteitsdoelstellingen: uitval, certificering
• Inkoopdoelstellingen: leveranciersreductie, besparingen
• Organisatiedoelstellingen: centraliseren stafafdelingen, vergroten
ondernemerschap in business units
• Productiedoelstellingen: volume, kosten per eenheid
• HR-doelstellingen: opleidingen, doorstroom, kennisoverdracht
Concurrentieanalyse
• Commissies
• Aanbod
• Missie en visie
• USP
• Klanten/ doelgroep
• Sterktes en zwaktes
• Locatie/ bereikbaarheid
, 4. Strategische tools
7s-model Swot
• Wat zijn jouw sterktes en zwaktes: van uw dienst/product, van je
bedrijf, van jezelf en de medewerkers? ® Interne analyse
• Wat zijn de kansen en bedreigingen vanuit de markt, de
concurrentie, de klanten, de economie, politiek, wetgeving,
technologie ® externe analyse
Confrontatiematrix Proces strategievorming
• Sterktes+ bedreigingen= verdedigveld
• Kansen+ sterktes =groeiveld
• Bedreigingen+ zwaktes= problemenveld
• Zwaktes+ kansen= verbeterveld
Groeistrategie Ansoff Ansoff-matrix
1. Missie en visie
Missie Visie
• Werkterrein: ‘What business are we in?’ • Omgevingsbeeld: ‘Hoe ziet de relevante omgeving er voor ons
• Bestaansrecht: ‘Wie zijn onze klanten en hun behoeften?’ bedrijf uit in de (verre) toekomst?
• Betekenis voor stakeholders: ‘Wat willen we betekenen voor • Gedroomde positie: ‘Waar willen we staan?’
wie?’ • Succesformule: ‘Hoe bereiken we onze gedroomde positie?’
• Normen, waarden en overtuigingen
Golden circle: why - how – what
• Wie zijn we
• Tijdloos • Wat willen we betekenen
• Geformuleerd vanuit verleden • Voor een bepaalde periode
• Blik op de toekomst
2. Organisatiecultuur
Organisatiecultuur Lagen in een organisatiecultuur
• Niet tastbaar • Waarden: houding/ attitude
• Gedeelde waarden, normen en gedragingen • Rituelen en tradities: gewoontes
• Belangrijke kenmerken • Helden en verhalen: voorbeeldgedrag
• Sfeer die bepaalt of je je ergens goed voelt en jezelf kan zijn • Symbolen: gebouw, dresscode, autobeleid, ...
Waarden Normen
• Wat je echt belangrijk vindt, idealen • Regels of richtlijnen over hoe je je moet gedragen
3. Strategische doelstellingen
USP Concurrentievoordelen
• Eigenschap die jou onderscheidt van je concurrenten • Productgebonden: langere levensduur, milieuvriendelijker, breder
• Kernboodschap meenemen in communicatie en missie assortiment
• 3 regels: • Servicegebonden: snellere reactietijd, dienst na verkoop
- Uniek • Zijn tijdelijk
- Duidelijk
- Verkoopbaar
, Strategie Strategische planning
• Manier waarop je de doelstellingen wil behalen ANTWOORD BIEDEN OP 4 VRAGEN:
• Strategisch management = proces • “Hoe staan we ervoor?” = analyse van de strategische situatie
1. Strategische intentie = missie, visie en doelen • “Welke strategische plannen moet ik ontwikkelen?”
2. Strategieontwikkeling = leidt o.b.v. analyse tot een • “Hoe ga ik de strategische plannen uitvoeren?”
strategisch plan, dat aangeeft welke stappen gezet moeten • “Wat moet bijgestuurd worden?”
worden om de doelen te realiseren
3. Implementatie = maakt dat alle organisatieonderdelen
(hoog naar laag) bijdragen aan de strategie en doelstellingen
v/e organisatie
4. Strategie evaluatie = periodieke strategie evaluatie vormt
noodzakelijk onderdeel v. dit managementproces
Volwaardige strategie Soorten doelstellingen
• Vertrekt vanuit een grondige analyse van de buitenwereld en de • Financiële doelstellingen: omzet, winst
eigen organisatie • Commerciële doelstellingen: marktaandeel, verhouding
• De analyse gebeurt bij voorkeur door enkele verschillende grote/kleine klanten
modellen met elkaar te combineren • Kwaliteitsdoelstellingen: uitval, certificering
• Inkoopdoelstellingen: leveranciersreductie, besparingen
• Organisatiedoelstellingen: centraliseren stafafdelingen, vergroten
ondernemerschap in business units
• Productiedoelstellingen: volume, kosten per eenheid
• HR-doelstellingen: opleidingen, doorstroom, kennisoverdracht
Concurrentieanalyse
• Commissies
• Aanbod
• Missie en visie
• USP
• Klanten/ doelgroep
• Sterktes en zwaktes
• Locatie/ bereikbaarheid
, 4. Strategische tools
7s-model Swot
• Wat zijn jouw sterktes en zwaktes: van uw dienst/product, van je
bedrijf, van jezelf en de medewerkers? ® Interne analyse
• Wat zijn de kansen en bedreigingen vanuit de markt, de
concurrentie, de klanten, de economie, politiek, wetgeving,
technologie ® externe analyse
Confrontatiematrix Proces strategievorming
• Sterktes+ bedreigingen= verdedigveld
• Kansen+ sterktes =groeiveld
• Bedreigingen+ zwaktes= problemenveld
• Zwaktes+ kansen= verbeterveld
Groeistrategie Ansoff Ansoff-matrix