100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting vraag en aanbod economie $8.24   Add to cart

Summary

samenvatting vraag en aanbod economie

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Samenvatting van 6 pagina's voor het vak Economie aan de VWO / Gymnasium (handig!)

Preview 2 out of 6  pages

  • May 13, 2024
  • 6
  • 2023/2024
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Samenvatting economie vraag en aanbod 4.1 t/m 4.3

4.1
Concrete markt  vragers en aanbieders ontmoeten elkaar fysiek op een fysieke locatie.
Abstracte markt  vragers en aanbieders ontmoeten elkaar virtueel op een virtuele locatie.

De omzet  de totale opbrengst die een bedrijf binnenkrijgt door het verkopen van bepaalde
producten in een bepaalde periode.
De afzet  het aantal verkochte eenheden van een product in een bepaalde periode.

Markten brengen vragers en aanbieders van producten bij elkaar. Daarnaast komt op een markt een
bepaalde prijs tot stand.

De vraag naar een product wordt bepaald door:
- de prijs van een product
- de betalingsbereidheid: wat iemand maximaal voor een product wil betalen
- andere factoren: prijs van andere producten, smaak, inkomen, aantal vragers, etc.

De vraag naar een product (Qv) wordt uitgedrukt in een individuele vraagfunctie:
Qv = -0,05P + 6

Omzet berekenen:
omzet = prijs × afzet

Marge  het verschil tussen de verkoopprijs en de kostprijs, dus de winst per product.

In een krimpende markt staan de (verkoop)prijzen onder druk, terwijl de kosten stijgen. Dit kan tot
gevolg hebben dat de marges dalen.

De individuele vraagfunctie kun je ook tekenen in een grafiek: de vraaglijn.
Als de prijs verandert, koopt een persoon meer/minder.
Bij een verandering van de prijs, is er sprake van een verschuiving over of langs de vraaglijn.
Bij een verandering van inkomen/smaak, dan is er sprake van een verschuiving van de vraaglijn.

Collectieve vraagfunctie berekenen:
Qvcol = Qv1 + Qv2
2 curves voor Qvc
-
-
dus:

Je spreekt van een negatief verband tussen de prijs en de vraag als P stijgt, en Qv vervolgens daalt. Of
als P daalt en Qv vervolgens stijgt. (Qv reageert dan steeds tegengesteld op P.)

4.2
Ceteris paribus  alle andere factoren die invloed hebben, blijven gelijk.

Substitutiegoederen  goederen die elkaar kunnen vervangen.
Complementaire goederen  goederen die elkaar aanvullen.

Prijselasticiteit van de vraag (Ev)  geeft aan hoe sterk de vraag reageert op verandering van prijs.

, Prijselasticiteit van de vraag (Ev) berekenen:

procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid
Ev =
procentuele verandering van de prijs

Procentuele verandering bereken je door te doen: (nieuw – oud)/oud × 100%

Als de prijselasticiteit een negatief getal is, dan spreken we ook wel van een tegengesteld verband:
als P stijgt, dan daalt Qv. Als P daalt, dan stijgt Qv. Je krijgt dus altijd een negatieve uitkomst.

Bij een sterke reactie is het getal Ev groter dan 1.
Bij een zwakke reactie is het getal Ev kleiner dan 1.
Hierbij kijk je naar de absolute waarde van de elasticiteit, dus los van het min/plusteken.

Als |Ev| > 1 = de vraag is elastisch
De procentuele vraagverandering is hier groter dan de procentuele prijsverandering.

Als |Ev| < 1 = de vraag is inelastisch
De procentuele vraagverandering is hier kleiner dan de procentuele prijsverandering.

Als |Ev| = 0 = de vraag is volkomen inelastisch
De gevraagde hoeveelheid verandert helemaal niet als de prijs verandert.

Als een product moeilijk door een ander product te vervangen is, zal de vraag relatief prijsinelastisch
zijn.




De waarde van de prijselasticiteit wordt ook bepaald door de aard van een goed.

Primaire goederen  noodzakelijk voor levensonderhoud. |Ev| < 1
Luxe goederen  niet noodzakelijk voor levensonderhoud. |Ev| > 1

Kruiselingse prijselasticiteit van de vraag (Ek)  geeft weer hoe sterk de vraag naar het ene goed
reageert op een prijsverandering van een ander goed.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 106854N. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.24. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72964 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.24
  • (0)
  Add to cart