Chemie oefeningen hoofdstuk 12
1. Rangschik volgende drie stoffen van grote naar kleine oplosbaarheid in pentaan (C 5H12): 1,5
Pentanediol (C5H12O2), KBr, en Toluene (C7H6)
KBr
Oplossing:
2. Amfetamines in urine kunnen gevonden worden door massa spectroscopie bij een concentratie
van 500 ng/ml. De urine dichtheid is 1.025 g/ml. Wat is de concentratie in ppm?
Oplossing:
Massa component
Ppm = * 106
Massatotale oplossing
Stel 100 ml, dan 102.5 g totale massa, en 50 000 ng (5 * 10-5) urine
5∗10−5
Ppm = * 106 = 0.488 ppm
102.5 g
3. Cocaïne, C17H21NO4, kan in urine worden teruggevonden bij een concentratie van 150 ng/ml. De
dichtheid van urine is 1.025 g/mL, wat is deze concentratie uitgedrukt in molaliteit?
Oplossing:
Mol opgeloste stof
m= = 4.824 * 10-7 m
Massa solvent ( ¿ kg )
Stel 100 ml, dan cocaïne: 1.5 * 10-5 g, n = m/M = 4.945 * 10-8 mol
Stel 100 ml, dan m urine = 102.5 g = 0.1025 kg
4. Wat is de molfractie van ethanol in een oplossing van 21.9 g ethanol (C 2H5OH) opgelost in 53.6 g
H2O?
Oplossing:
Aantalmol component
Molfractie: = 0..4311 = 0.133
totaal aantal mol oplossing
21 g ethanol: n = m/M = 0.4558 mol
53.6 g H2O: n = 2.9753 mol
, 5. 17.75 g zwavelzuur wordt opgelost in genoeg water om exact 100 ml oplossing te bekomen. Als de
dichtheid van de oplossing 1.1094 g/ml is, wat is dan het massa percent H 2SO4 in de oplossing?
Oplossing:
massa component
Massapercentage: * 100% = 17.75g / 110.94g * 100% = 16%
totale massa oplossing
Massa component = 17.75 totale massa oplossing = 110.94 g
6. Natriumhydroxide wordt commercieel verkocht als een 50.0 massa% in waterige oplossing. De
dichtheid van de oplossing is 1.53 g/ml. Bereken de molariteit van deze oplossing.
Oplossing:
Mol opgeloste stof
Molariteit: = 1..01 = 19.1 M
volume van de oplossing ∈l
Stel 100 ml (=0.1 l) , dan: 153 g, n = m/M = 3.8258 mol maar 50% dus: /2 = 1.19 mol
7. Een oplossing van LiCl in water is 9 massapercent LiCl, wat is de molfractie van LiCl?
Oplossing:
Mol component
Molfractie= : = 0..299 = 0.04006
totaal aantal mol oplossing
massa component
Massapercentage: * 100% = 9
totale massa oplossing
Stel totale massa oplossing = 100 g dan massa LiCl = 9 g
n = m/M = .394 = 0.212 mol
n totale oplossing: 92 g H2O / M = 5.1 + 0.212 mol = 5.299 mol
8. Het limiet voor blootstelling aan koolstofmonoxide in een werkplaats is 35 ppm, de dichtheid van
lucht is 1.3 g/l. Hoeveel g CO zit er in 1L lucht bij de maximaal toegelaten concentratie ?
Oplossing:
Massa component
Ppm = * 106 = 35 ppm
Massatotale oplossing
1.3 g is de m van de totale oplossing, massa component = x
= x / 1.3 x = ( ) * 1.3 = 4.6 * 10-5 g
9. Een 0.335M oplossing van lactose (C12H22O11) in water heeft een dichtheid van 1.0432 g/ml bij 20°C.
Wat is de concentratie in volgende eenheden? A. molfractie B. massapercentage C. molaliteit
1. Rangschik volgende drie stoffen van grote naar kleine oplosbaarheid in pentaan (C 5H12): 1,5
Pentanediol (C5H12O2), KBr, en Toluene (C7H6)
KBr
Oplossing:
2. Amfetamines in urine kunnen gevonden worden door massa spectroscopie bij een concentratie
van 500 ng/ml. De urine dichtheid is 1.025 g/ml. Wat is de concentratie in ppm?
Oplossing:
Massa component
Ppm = * 106
Massatotale oplossing
Stel 100 ml, dan 102.5 g totale massa, en 50 000 ng (5 * 10-5) urine
5∗10−5
Ppm = * 106 = 0.488 ppm
102.5 g
3. Cocaïne, C17H21NO4, kan in urine worden teruggevonden bij een concentratie van 150 ng/ml. De
dichtheid van urine is 1.025 g/mL, wat is deze concentratie uitgedrukt in molaliteit?
Oplossing:
Mol opgeloste stof
m= = 4.824 * 10-7 m
Massa solvent ( ¿ kg )
Stel 100 ml, dan cocaïne: 1.5 * 10-5 g, n = m/M = 4.945 * 10-8 mol
Stel 100 ml, dan m urine = 102.5 g = 0.1025 kg
4. Wat is de molfractie van ethanol in een oplossing van 21.9 g ethanol (C 2H5OH) opgelost in 53.6 g
H2O?
Oplossing:
Aantalmol component
Molfractie: = 0..4311 = 0.133
totaal aantal mol oplossing
21 g ethanol: n = m/M = 0.4558 mol
53.6 g H2O: n = 2.9753 mol
, 5. 17.75 g zwavelzuur wordt opgelost in genoeg water om exact 100 ml oplossing te bekomen. Als de
dichtheid van de oplossing 1.1094 g/ml is, wat is dan het massa percent H 2SO4 in de oplossing?
Oplossing:
massa component
Massapercentage: * 100% = 17.75g / 110.94g * 100% = 16%
totale massa oplossing
Massa component = 17.75 totale massa oplossing = 110.94 g
6. Natriumhydroxide wordt commercieel verkocht als een 50.0 massa% in waterige oplossing. De
dichtheid van de oplossing is 1.53 g/ml. Bereken de molariteit van deze oplossing.
Oplossing:
Mol opgeloste stof
Molariteit: = 1..01 = 19.1 M
volume van de oplossing ∈l
Stel 100 ml (=0.1 l) , dan: 153 g, n = m/M = 3.8258 mol maar 50% dus: /2 = 1.19 mol
7. Een oplossing van LiCl in water is 9 massapercent LiCl, wat is de molfractie van LiCl?
Oplossing:
Mol component
Molfractie= : = 0..299 = 0.04006
totaal aantal mol oplossing
massa component
Massapercentage: * 100% = 9
totale massa oplossing
Stel totale massa oplossing = 100 g dan massa LiCl = 9 g
n = m/M = .394 = 0.212 mol
n totale oplossing: 92 g H2O / M = 5.1 + 0.212 mol = 5.299 mol
8. Het limiet voor blootstelling aan koolstofmonoxide in een werkplaats is 35 ppm, de dichtheid van
lucht is 1.3 g/l. Hoeveel g CO zit er in 1L lucht bij de maximaal toegelaten concentratie ?
Oplossing:
Massa component
Ppm = * 106 = 35 ppm
Massatotale oplossing
1.3 g is de m van de totale oplossing, massa component = x
= x / 1.3 x = ( ) * 1.3 = 4.6 * 10-5 g
9. Een 0.335M oplossing van lactose (C12H22O11) in water heeft een dichtheid van 1.0432 g/ml bij 20°C.
Wat is de concentratie in volgende eenheden? A. molfractie B. massapercentage C. molaliteit