Samenvatting Hoorcollege MB beroepssituatie 9, week 4: Hart- en vaatwandpathologie

MB hoorcollege week 4: Hart- en vaatwand pathologie

Hypertensie
Meerdere malen een bloeddruk systolisch boven de 140 en diastolisch
boven de 90 mmHg
Zie tabel in PowerPoint voor verschillende gradaties

Symptomen:
- Graad 3: acute klachten
- Over het algemeen heb je bij hypertensie geen klachten
- Graad 2 tot graad 3: hoofdpijn, vermoeidheid, kortademigheid

Gevolgen:
- Linkerventrikelhypertrofie: linker ventrikel moet continu werken om
bloed door bloedvaten heen te stuwen  dikker worden van de
hartspier
- Atheroslecore
- Hypertensieve nefro- en retinopathie
- CVA
- Hartinfarct

Oorzaken:
- Essentiële (primaire) hypertensie (oorzaak onbekend)
o 90%
o Erfelijkheid
o Roken
o Alcohol
o Weinig beweging
o Zout
- Secundaire hypertensie
o 10%
o Nierziektes
 Bloeddruk in nieren te laag  productie renine 
bloeddruk omhoog
 Nierarteriestenose: minder bloed kan naar de nieren 
lage bloeddruk in de nier  productie renine 
angiotensine 1 & 2  vaatwanden knijpen samen
(vasoconstrictie)  aldosteron afgifte  bloeddruk
omhoog
o Bijnierziektes
 Ziekte van cushing

,  Feochromocytoom (tumor): adrenaline wordt
geproduceerd  verhoging bloeddruk
o OSAS

Behandeling:
- Aanpakken van de oorzaak
- Leefstijlveranderingen
o Weinig zout
o Verminderd alcohol
o Bewegen
o Niet roken
- Medicamenteus
o Bètablokkers: remmen onze adrenerge receptoren
(receptoren waarop onze stresshormonen van invloed zijn 
onderdrukking stress  verminderde inspanning hart 
lagere bloeddruk)
o Diuretica
 Reabsorptie van water en zouten wordt geblokkeerd 
water en zouten worden uitgescheiden  minder
volume in ons vaatbed  lagere bloeddruk
o ACE-remmers/ARB’s:
 RAAS-systeem
 Te lage bloeddruk in de nieren  productie renine 
renine komt in de bloedbaan  renine zet
angiotensinogeen om in angiotensine I  in longen
wordt het ACE-enzym aangemaakt, deze zet
angiotensine I om in angiotensine II  angiotensine II
zorgt ervoor dat onze vaten samentrekken
(vasoconstrictie)  verhoging bloeddruk + aldosteron
wordt vrijgegeven uit de bijnier  bloeddruk weer
omhoog
 Blokkering van dit mechanisme
 ACE-remmer zorgt ervoor dat angiotensine I niet
verminderd wordt omgezet in angiotensine II
 Kijk voor duidelijkheid dit stukje nog in de PowerPoint
HC
o Calciumantagonisten
 Remmen de calciuminstroom van onze gladde spieren
in onze vaatwand  gladde spieren trekken minder