LP9: Thorax
1. Begrippen en grenzen
- Botten (12 wervels, 12 ribparen, sternum)
- Spieren (mm intercostales, diafragma)
- 3 compartimenten: 2 pleurale ruimtes + mediastinum
- Midclaviculaire lijn: apex hart hierop links
- Voorste-mid en posterieure axillaire lijn
- Apertura thoracicus superior:
visceraal en vasculair compartiment: hals mediastinum
- Apertura thoracicus inferior: proc xiphoideus – kraakbeen rib 7-10 – dist einde rib
11 – rib 12 – corpus vertebrae 12
- Diafragma
Wat gaat erdoor?
o Vena cava inferior T8
o Oesofagus T1O + nervi vagi
o Aorta T12 + ductus thoracicus + vv azygos & hemiazygos
o Orthosympathicus
o Nn splanchnici
Bloedvaten?
Arterieel: a thoracica interna, aa intercostale + a phrenica superior + a
phrenica inferior
Veneus: v azygos, vv brachiocephalica, vv surrenales + vena cava inferior
Innervatie?
N phrenicus (C3-C5)
- Ademhaling: sternum superior en anterior
2. Thoraxwand
SPIEREN
a. M Pectoralis major
O: crista van tuberculum majus (humerus)
I: mediale helft clavicula + sternum + kraakbeen van eerste 7 ribben
N: n pectoralis
F: fixeert bovenste lidmaat aan thoraxwand
+ borstklier ligt op de fascia van m pectoralis major
F: flexie schouder, adductie, mediale rotatie arm
b. M Pectoralis minor
O: processus coracoideus (os scapulae)
I: kraakbeen rib 3-4-5
, N:
F: protractie schouder
c. M subclavius
O: middenste 1/3e clavicula
I: kraakbeen rib 1
N:
F:
BORSTKLIER/GLANDULA MAMMARIA
= op fascia van m pectoralis major + uitloper naar axillair
Bebloed door zijtakken van:
- A thoracica interna
- A axillaris
Drainage naar:
- Axillair/lateraal/superieur pectorale, laterale, centrale en apicale axillaire LN
truncus subclavius
- Mediaal parasternale LN
Thoraxwand
- intercostale spieren (3 lagen)
- telkens onder de rib lopen vene, arterie en
zenuw
arteriën
- A intercostales anterior < a thoracica interna < a
subclavia
- a intercostales posterior < aorta
o ! behalve eerste 2 komen uit costocervicale
truncus
venen
- Anterieure intercostale vv > vena thoracica interna
- Posterieure intercostale vv > azygos-systeem (vena
azygos rechts en vena hemiazygos links)
Zenuwen
= nn intercostales = anterieure rami T1
( anterieure rami van T12: onder rib 12 = N subcostalis)
F: motorisch: spieren thoraxwand
Sensorisch: huid thoraxwand (dermatomen)
+ pariëtale pleura
1. Begrippen en grenzen
- Botten (12 wervels, 12 ribparen, sternum)
- Spieren (mm intercostales, diafragma)
- 3 compartimenten: 2 pleurale ruimtes + mediastinum
- Midclaviculaire lijn: apex hart hierop links
- Voorste-mid en posterieure axillaire lijn
- Apertura thoracicus superior:
visceraal en vasculair compartiment: hals mediastinum
- Apertura thoracicus inferior: proc xiphoideus – kraakbeen rib 7-10 – dist einde rib
11 – rib 12 – corpus vertebrae 12
- Diafragma
Wat gaat erdoor?
o Vena cava inferior T8
o Oesofagus T1O + nervi vagi
o Aorta T12 + ductus thoracicus + vv azygos & hemiazygos
o Orthosympathicus
o Nn splanchnici
Bloedvaten?
Arterieel: a thoracica interna, aa intercostale + a phrenica superior + a
phrenica inferior
Veneus: v azygos, vv brachiocephalica, vv surrenales + vena cava inferior
Innervatie?
N phrenicus (C3-C5)
- Ademhaling: sternum superior en anterior
2. Thoraxwand
SPIEREN
a. M Pectoralis major
O: crista van tuberculum majus (humerus)
I: mediale helft clavicula + sternum + kraakbeen van eerste 7 ribben
N: n pectoralis
F: fixeert bovenste lidmaat aan thoraxwand
+ borstklier ligt op de fascia van m pectoralis major
F: flexie schouder, adductie, mediale rotatie arm
b. M Pectoralis minor
O: processus coracoideus (os scapulae)
I: kraakbeen rib 3-4-5
, N:
F: protractie schouder
c. M subclavius
O: middenste 1/3e clavicula
I: kraakbeen rib 1
N:
F:
BORSTKLIER/GLANDULA MAMMARIA
= op fascia van m pectoralis major + uitloper naar axillair
Bebloed door zijtakken van:
- A thoracica interna
- A axillaris
Drainage naar:
- Axillair/lateraal/superieur pectorale, laterale, centrale en apicale axillaire LN
truncus subclavius
- Mediaal parasternale LN
Thoraxwand
- intercostale spieren (3 lagen)
- telkens onder de rib lopen vene, arterie en
zenuw
arteriën
- A intercostales anterior < a thoracica interna < a
subclavia
- a intercostales posterior < aorta
o ! behalve eerste 2 komen uit costocervicale
truncus
venen
- Anterieure intercostale vv > vena thoracica interna
- Posterieure intercostale vv > azygos-systeem (vena
azygos rechts en vena hemiazygos links)
Zenuwen
= nn intercostales = anterieure rami T1
( anterieure rami van T12: onder rib 12 = N subcostalis)
F: motorisch: spieren thoraxwand
Sensorisch: huid thoraxwand (dermatomen)
+ pariëtale pleura