Hallo, fijn dat je deze
samenvatting hebt
gekocht. Ik raad je aan
deze samenvatting 3
Natuurkunde samenvatting keer goed door te lezen
per dag, Herhaal dit 2
Par. 2.1 Frequentie en trillingstijd t/m 5 keer. Succes met
het zich
Geluid bestaat uit trillingen van de lucht. Een trilling herhaalt leren.steeds
rondom de evenwichtsstand.
De evenwichtsstand in de stand waarin een trillend voorwerp na enige tijd
tot stilstand komt. De amplitude is van een trilling is de afstand van de
evenwichtsstand tot een omkeerpunt.
Bij een geluidstrilling geld: hoe groter de amplitude, hoe harder het geluid
klinkt.
De frequentie van een toon is het aantal geluidstrillingen per seconde en
geeft dus aan hoe snel iets trilt. De frequentie wordt uitgedrukt in hertz
(Hz).
Bij frequentie geld: hoe groter de frequentie, hoe hoger de toon.
De trillingstijd is de tijd die voor één volledige trilling nodig is. De
trillingstijd zegt óók iets over de snelheid waarmee iets trilt.
Voorbeeld: De tijd van 10 hele trillingen is 5 seconden.
Eén trilling duurt dus 5/10 = ½ s.
De trillingstijd is dus ½ s.
En in 1 seconde worden dus 2 trillingen uitgevoerd, dus de frequentie is 2
Hz.
Dus de trillingstijd is ½ s.
De frequentie is 2 Hz.
Formule: f = 1/T of T = 1/f
f = de frequentie in hertz (Hz).
T = de trillingstijd in seconde (s).
Par. 2.2 Meetrillen
Als je praat maken je stembanden trillingen die zich verspreiden door de
lucht. Als deze trillingen bij het trommelvlies komen, gaat het trommelvlies
meetrillen, dit is een voorbeeld van resonantie. Als iets gaat meetrillen het
dus resonantie. Het meetrillen van voorwerpen/stoffen kan gewenst of
ongewenst zijn.
Resonantie = Resonantie is het vanzelf gaan meetrillen met een
andere trilling.
samenvatting hebt
gekocht. Ik raad je aan
deze samenvatting 3
Natuurkunde samenvatting keer goed door te lezen
per dag, Herhaal dit 2
Par. 2.1 Frequentie en trillingstijd t/m 5 keer. Succes met
het zich
Geluid bestaat uit trillingen van de lucht. Een trilling herhaalt leren.steeds
rondom de evenwichtsstand.
De evenwichtsstand in de stand waarin een trillend voorwerp na enige tijd
tot stilstand komt. De amplitude is van een trilling is de afstand van de
evenwichtsstand tot een omkeerpunt.
Bij een geluidstrilling geld: hoe groter de amplitude, hoe harder het geluid
klinkt.
De frequentie van een toon is het aantal geluidstrillingen per seconde en
geeft dus aan hoe snel iets trilt. De frequentie wordt uitgedrukt in hertz
(Hz).
Bij frequentie geld: hoe groter de frequentie, hoe hoger de toon.
De trillingstijd is de tijd die voor één volledige trilling nodig is. De
trillingstijd zegt óók iets over de snelheid waarmee iets trilt.
Voorbeeld: De tijd van 10 hele trillingen is 5 seconden.
Eén trilling duurt dus 5/10 = ½ s.
De trillingstijd is dus ½ s.
En in 1 seconde worden dus 2 trillingen uitgevoerd, dus de frequentie is 2
Hz.
Dus de trillingstijd is ½ s.
De frequentie is 2 Hz.
Formule: f = 1/T of T = 1/f
f = de frequentie in hertz (Hz).
T = de trillingstijd in seconde (s).
Par. 2.2 Meetrillen
Als je praat maken je stembanden trillingen die zich verspreiden door de
lucht. Als deze trillingen bij het trommelvlies komen, gaat het trommelvlies
meetrillen, dit is een voorbeeld van resonantie. Als iets gaat meetrillen het
dus resonantie. Het meetrillen van voorwerpen/stoffen kan gewenst of
ongewenst zijn.
Resonantie = Resonantie is het vanzelf gaan meetrillen met een
andere trilling.
