Naam: Marin Driessen
Klas: Minor Voeding - klas A
1
, Inhoudsopgave
Anamnese en onderzoek ___________________________________________________________ 3
Algemene gegevens______________________________________________________________ 3
Hulpvraag _____________________________________________________________________ 3
Antropometrische gegevens _______________________________________________________ 3
Energiebehoefte_________________________________________________________________ 4
Voedingsgewoontes______________________________________________________________ 5
Voedingsanalyse __________________________________________________________________ 5
Hulpvraag gerelateerde analyse ____________________________________________________ 8
Verdere analyse voedingsstoffen ____________________________________________________ 8
Conclusie ______________________________________________________________________ 9
Voedingsadvies __________________________________________________________________ 10
Voedingsadvies 1 _______________________________________________________________ 10
Voedingsadvies 2 _______________________________________________________________ 11
Voedingsadvies 3 _______________________________________________________________ 11
Evaluatie _______________________________________________________________________ 12
Literatuurlijst____________________________________________________________________ 14
Bijlagen ________________________________________________________________________ 15
2
, Anamnese en onderzoek
Algemene gegevens
De betrokken cliënt binnen deze voedingsanalyse is een 20-jarige man, woonachtig in Soest en
thuiswonend bij zijn ouders. De cliënt lijdt aan een coronair aneurysma. Hiervoor neemt hij dagelijks
de volgende medicatie: Rivaroxaban 20 mg (bloedverdunner) en Ascal 80 mg (antisamenklontering).
Zijn aandoening is onder controle en hij geeft aan dat er met betrekking tot voeding geen risico’s aan
verbonden zijn.
De cliënt is redelijk actief via stage. Hier staat hij drie dagen in de week zo’n 8 uur/dag op de afdeling
Radiologie. Daarnaast zet hij zo’n 8000-20000 stappen per dag wanneer hij zich van de ene afdeling
naar de andere afdeling verplaatst. De variatie in stappen is afhankelijk van de afdeling waarop hij
ingedeeld staat. Verder gaat hij een dag per week naar school waar hij een half uurtje naartoe loopt
en doet daarbovenop ieder weekend licht intensieve krachttraining van ongeveer een half uurtje op
zaterdag of zondag. Ook fietst hij weleens. Dit is gemiddeld ongeveer 20-30 minuten per week.
Volgens de Beweegrichtlijnen voldoet de cliënt aan de aanbevolen dagelijkse beweging, zie figuur 1
(Kenniscentrum Sport & Bewegen, z.d.).
Figuur 1 – Beweegrichtlijnen testuitslag van cliënt
(Kenniscentrum Sport & Bewegen, z.d.).
Hulpvraag
De cliënt meldt dat hij het lastig vindt om te achterhalen of hij wel aan de benodigde energiebehoefte
komt die hij met zijn voeding binnen hoort te krijgen, zeker op dagen dat hij stage gelopen heeft. Hij
wil heel graag actief blijven via stage en andere bewegingsmomenten, zonder af te vallen.
Hij is bang dat wanneer hij niet aan de energiebehoefte komt via zijn voeding, hij zal gaan afvallen.
Omdat hij dit graag wil voorkomen, wilt hij de juiste energie-inname behalen zodat hij op gezond
gewicht blijft en in zijn dagelijkse leven de energie kan gebruiken die hij nodig heeft.
Zijn doel is dan ook om naast het voorkomen van gewichtsverlies, ook voldoende energie uit zijn
voeding te halen, zodat hij de dag energiek doorkomt zonder vermoeidheidsklachten. Deze klachten
ervaart de cliënt dagelijks, maar vooral na lange stagedagen. Hij hoopt dat goede voeding een deel van
deze vermoeidheidsklachten weg kan nemen.
Antropometrische gegevens
De cliënt is 1,81 meter lang en 65 kilo zwaar. Via de gemeten waarden komt de berekende BMI uit op
19.8. Hiermee zit de cliënt in het groene (goede) gedeelte van de BMI-meter die reikt van 18.5-25
(Voedingscentrum, z.d.-a). Dit betekent dat hij geen over- of ondergewicht heeft.
Met een middelomtrek van 78 centimeter valt de cliënt ook hier buiten het (verhoogd) risicogebied,
omdat deze zich onder de 94 centimeter bevindt (Voedingscentrum, z.d.-a). Een middelomtrek groter
3