100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Economie examenstof havo 4 & 5

Rating
3.9
(14)
Sold
44
Pages
37
Uploaded on
28-10-2018
Written in
2017/2018

Hierbij bied ik mijn economie samenvatting aan van de examenstof. Deze samenvatting is ook te gebruiken voor de toetsen in havo 4- en 5.

Level
Module











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Secondary school
Level
Module
School year
5

Document information

Uploaded on
October 28, 2018
File latest updated on
May 9, 2019
Number of pages
37
Written in
2017/2018
Type
Summary

Subjects

Content preview

Economie examen

Toegevoegde waarde (welvaart en groei)

Toegevoegde waarde  de waarde die wordt toegevoegd tijdens productie door de
productiemiddelen

Voorbeeld:

1. Cacaoplantages (verbouwt de cacao)
Stap 1: cacaoplantages verkopen cacao voor 20 cent per kilo
2. Cacaofabrikant (verwerkt de cacao)
Stap 2: cacaofabrikant verkoopt de cacao voor 80 cent per kilo
3. Nestlé (maakt chocoladerepen)
Stap 3: Nestlé verkoopt chocoladerepen voor 1 euro per reep
4. AH (verkoopt de repen)
Stap 4: AH verkoopt de chocoladerepen voor 1,50 per stuk
De AH voegt 0,50 cent toe aan 1 chocoladereep. De AH voegt waarde toe aan de repen,
omdat het de repen makkelijk beschikbaar stelt voor de consumenten.

Nestlé toegevoegde waarde:

 Grondstoffen
 Diensten van derden
o Transportbedrijven
o Beveiligingsbedrijven
 Arbeid (loon)  mensen die in de fabrieken werken betalen
 Kapitaal (machines)  de huur van de fabriek betalen
 Land (stukken grond)  de rente op de grond die wordt gebruikt betalen
 Ondernemerschap  werknemers die op het hoofdkantoor werken betalen

Dit is de toegevoegde waarde van 1 bedrijf.

Nationaal product  alle toegevoegde waarde van alle bedrijven in 1 land bij elkaar opgeteld
(bijvoorbeeld alle bedrijven in Nederland)
Alle primaire inkomsten (loon, pacht, rente en winst) in 1 land bij elkaar opgeteld.

Het nationaal product is gelijk aan het nationaal inkomen.

, Prijselasticiteit (concept markt)

Prijselasticiteit  hoe de vraag naar een product verandert na een prijsverhoging of prijsverlaging

De prijselasticiteit geeft dus aan hoe de gevraagde hoeveelheid van een product reageert op een
verandering in de prijs van datzelfde product

Dit verschilt per product. Een prijsverhoging van een pak melk zou bijvoorbeeld een minder sterke
reactie hebben op de gevraagde hoeveelheid melk, terwijl een prijsverhoging van een luxe auto een
sterke reactie heeft op de gevraagde hoeveelheid luxe auto’s.

Voorbeeld:

Hoeveel meer tv’s worden er verkocht als er 20% korting wordt gegeven?

Vraaglijnen  als we naar de vraaglijn kijken kunnen we zien hoe gevoel een product is voor een
prijsverhoging
Dit zie je aan hoe de vraaglijn loop, stijl of vlak.
Aan de linker kant is een stijle
vraaglijn te zien voor brood. Aan de
rechterkant is een wat vlakkere
vraaglijn te zien voor chocola. Er is in
beide gevallen een gelijke
prijsstijging. De vraag naar brood
verandert minder dan de vraag naar
chocoladerepen. Dit komt, omdat
brood meer een noodzakelijk product
is.




Dus: hoe stijler de vraaglijn, hoe minder gevoelig de vraag naar een product is na verandering in de
prijs.

% verandering hoeveelheid
Prijselasticiteit=
% verandering prijs

Nieuwe waarde−oude waarde
Procentuele verandering= x 100
oude waarde

Voorbeeld:

De prijs van een smartphone stijgt van 400,- naar 450,-. De vraag daalt van 600 naar 500.

450−400
Procentuele verandering prijs= x 100= 12,5%
400

500−600
Procentuele verandering hoeveelheid= x 100= -16,67%
600

−16,67
Prijselasticiteit= = -1,33 Prijsinelastisch
12.5 Waarde tussen de -1 en 0

Vraag naar een product reageerde
niet zo sterk van een prijsverhoging
of prijsverlaging.

 Noodzakelijke producten

,Prijselastisch
Waarde kleiner dan -1

Vraag naar een product reageerde sterk van een prijsverhoging

 Luxeproduct
Invloed op omzet

Omzet= verkoopprijs x afzet

Verkoopprijs=12,5%
Afzet= -16,7%

We zien dus dat de producent liever niet de verkoopprijs verhoogt, omdat de daling van de afzet
groter is dan het effect van de verkoopprijs verhoging. Dit heeft namelijk slechte gevolgen voor de
omzet.

Break-even punt (concept markt)

Break-even punt  de productieomvang waarbij de totale kosten gelijk staan aan de totale opbrengst

Productieomvang  het aantal producten dat geproduceerd wordt

Op dit punt wordt er geen winst of verlies gemaakt!

Voorbeeld:

Het aantal geproduceerde producten q:
0, 500, 1000, 1500

Formule voor de totale opbrengst TO:
TO= 500 x q

q TO
0 0
500 25000
1000 50000
1500 75000


Formule voor de totale kosten TK:
TK= 25 x q + 25000
25000=constante vaste kosten
25 x q= variabele kosten

q TK
0 25000
500 37500
1000 50000
1500 62500


Totale winst= totale opbrengst – totale kosten

, Voorbeeld:

De producent van laptops wil het break-even punt weten.
Prijs 1 laptop= 625,-

Formule totale kosten:
TK= 75 x q + 1100.000

Formule totale opbrengst:
TO=625 x q

TO=TK
625 x q = 75 x q + 1100.000
(herleiden)
q=2000

Break-even punt is bij 2000 laptops


Moreel wangedrag, averechtse selectie en asymmetrische informatie

Moreel wangedrag  risico veroorzaken door oneerlijk en onverantwoordelijk gedrag

Oplossing:

Eigen risico  dit zorgt ervoor dat je een bedrag eerst zelf moet betalen voordat de
verzekeraar iets uitkeert
Bonus-malussysteem  korting op je premie krijgen als je goed gedrag vertoond

Averechtse selectie

Slechte risico’s  mensen die roekeloos zijn
Goede risico’s  mensen die voorzichtig zijn

Dit betekent als de goede risico’s vinden dat zij te veel premie betalen door het roekeloze
gedrag van de slechte risico’s zij waarschijnlijk naar een andere verzekeringsmaatschappij
zullen overstappen. Dit betekent dat de eerste verzekeraar met alle slechte risico’s komt te
zitten. Hierdoor worden de kosten voor de verzekeraar hoger. Hierdoor zullen de premie’s van
de eigenaren ook omhoog gaan. Dit kan er voor zorgen dat meer eigenaren overstappen naar
een andere verzekeraar. De verzekeraar kan hierdoor failliet gaan.

Averechtse selectie  slechte risico’s blijven in de verzekering en goede risico’s vertrekken,
omdat ze de premie te hoog vinden.

Asymmetrische informatie  één partij heeft een informatienadeel

Oplossing:

Zorgen dat je achter extra informatie komt om dit nadeel op te heffen
$6.62
Get access to the full document:
Purchased by 44 students

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Reviews from verified buyers

Showing 7 of 14 reviews
2 year ago

5 year ago

5 year ago

6 year ago

6 year ago

5 year ago

6 year ago

3.9

14 reviews

5
5
4
6
3
1
2
1
1
1
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
laurawindesheim Hogeschool Windesheim
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
146
Member since
7 year
Number of followers
129
Documents
27
Last sold
8 months ago

3.9

38 reviews

5
9
4
19
3
7
2
2
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions