Sociaalzekerheidsrecht:
examenvragen
Inhoudsopgave
1. INLEIDING.................................................................................................................................................. 2
2. GENEESKUNDIGE VERZORGING EN UITKERINGEN.......................................................................................7
3. ARBEIDSONGEVALLEN EN BEROEPSZIEKTEN............................................................................................... 9
4. WERKLOOSHEID....................................................................................................................................... 14
5. PENSIOENSVERZEKERINGEN..................................................................................................................... 16
6. SOCIALEVERZEKERINGSSYSTEMEN (EN BIJDRAGEREGELING).....................................................................20
7. SOCIALE BIJSTAND.................................................................................................................................... 23
8. ADMINISTRATIEVE EN GERECHTELIJKE PROCEDURE..................................................................................29
9. GEZINSBIJSLAGEN (GASTCOLLEGE)............................................................................................................ 31
1
, 1. Inleiding
1. Het Belgische socialezekerheidsrecht bedient zich grotendeels van twee technieken met het oog op
het verlenen van socialezekerheidsprestaties.
A. Leg uit wat onder elk van beide technieken wordt verstaan.
De twee belangrijkste technieken met het oog op het verlenen van
socialezekerheidsprestaties zijn sociale verzekering en sociale bijstand.
Sociale verzekering is gebaseerd op het principe van verzekering, waarbij
het risico wordt gedeeld door een groep die bijdragen betaalt, zelfs als
sommige leden niet direct worden bedreigd. Dit omvat diverse takken
zoals de ziekte- en invaliditeitsverzekering, de pensioenverzekering,… Het
recht op prestaties in sociale verzekering is niet uitsluitend gebaseerd op
bijdragen, maar ook op wetgeving, waardoor sommige verzekerden
prestaties kunnen ontvangen zonder volledige bijdragen. Het sociale
aspect van sociale verzekering richt zich op bescherming tegen menselijke
schade en verschilt van commerciële verzekeringen door een afwijking van
het traditionele risicoconcept.
Horizontale solidariteit binnen sociale verzekering betreft het delen van
risico tussen degenen die minder bedreigd zijn en degenen die meer
blootstaan aan bepaalde risico's.
Verticale solidariteit omvat een breuk met de directe relatie tussen
bijdragen en uitkering, waarbij personen met hogere inkomens
bijdragen aan degenen voor wie het betalen van sociale
verzekeringsbijdragen moeilijker is.
Sociale bijstand verleent geen gunst, maar erkent een subjectief recht op
sociale zekerheidsprestaties voor degenen die voldoen aan wettelijke
voorwaarden, en dit recht kan door de rechter worden bevestigd. In
tegenstelling tot socialezekerheidsregelingen vereist sociale bijstand geen
bijdragen; de financiering komt van de overheid. Uitkeringen worden
toegekend aan behoeftige personen zonder voldoende bestaansmiddelen
na een grondig onderzoek van hun financiële situatie.
Sociale bijstand voorziet in diverse prestaties, zoals minimuminkomen,
aanvullingsinkomen, materiële en psychologische hulp.
Klassieke sociale bijstandsregelingen vereisen vaak een bijkomende
kenmerkende eigenschap van de gerechtigde, vergelijkbaar met het
sociaal risico in sociale verzekeringen, zoals een handicap of pensionering.
(categoriale benadering)
B. Vergelijk beide technieken met elkaar en met de andere in de syllabus besproken
socialezekerheidstechnieken.
Vergelijking van sociale verzekering en sociale bijstand:
Sociale verzekering Sociale bijstand
Bijdrageregeling Men betaalt bijdragen en Men betaalt geen
verzekert zich zo voor bijdrage, toekenning
wanneer zich een sociaal wanneer men aan de
risico voordoet. wettelijke voorwaarden
voldoet.
Bescherming tegen risico
Bestaansmiddele Er vindt geen bestaans- Financiëring met
n-onderzoek middelenonderzoek algemene middelen van
2
examenvragen
Inhoudsopgave
1. INLEIDING.................................................................................................................................................. 2
2. GENEESKUNDIGE VERZORGING EN UITKERINGEN.......................................................................................7
3. ARBEIDSONGEVALLEN EN BEROEPSZIEKTEN............................................................................................... 9
4. WERKLOOSHEID....................................................................................................................................... 14
5. PENSIOENSVERZEKERINGEN..................................................................................................................... 16
6. SOCIALEVERZEKERINGSSYSTEMEN (EN BIJDRAGEREGELING).....................................................................20
7. SOCIALE BIJSTAND.................................................................................................................................... 23
8. ADMINISTRATIEVE EN GERECHTELIJKE PROCEDURE..................................................................................29
9. GEZINSBIJSLAGEN (GASTCOLLEGE)............................................................................................................ 31
1
, 1. Inleiding
1. Het Belgische socialezekerheidsrecht bedient zich grotendeels van twee technieken met het oog op
het verlenen van socialezekerheidsprestaties.
A. Leg uit wat onder elk van beide technieken wordt verstaan.
De twee belangrijkste technieken met het oog op het verlenen van
socialezekerheidsprestaties zijn sociale verzekering en sociale bijstand.
Sociale verzekering is gebaseerd op het principe van verzekering, waarbij
het risico wordt gedeeld door een groep die bijdragen betaalt, zelfs als
sommige leden niet direct worden bedreigd. Dit omvat diverse takken
zoals de ziekte- en invaliditeitsverzekering, de pensioenverzekering,… Het
recht op prestaties in sociale verzekering is niet uitsluitend gebaseerd op
bijdragen, maar ook op wetgeving, waardoor sommige verzekerden
prestaties kunnen ontvangen zonder volledige bijdragen. Het sociale
aspect van sociale verzekering richt zich op bescherming tegen menselijke
schade en verschilt van commerciële verzekeringen door een afwijking van
het traditionele risicoconcept.
Horizontale solidariteit binnen sociale verzekering betreft het delen van
risico tussen degenen die minder bedreigd zijn en degenen die meer
blootstaan aan bepaalde risico's.
Verticale solidariteit omvat een breuk met de directe relatie tussen
bijdragen en uitkering, waarbij personen met hogere inkomens
bijdragen aan degenen voor wie het betalen van sociale
verzekeringsbijdragen moeilijker is.
Sociale bijstand verleent geen gunst, maar erkent een subjectief recht op
sociale zekerheidsprestaties voor degenen die voldoen aan wettelijke
voorwaarden, en dit recht kan door de rechter worden bevestigd. In
tegenstelling tot socialezekerheidsregelingen vereist sociale bijstand geen
bijdragen; de financiering komt van de overheid. Uitkeringen worden
toegekend aan behoeftige personen zonder voldoende bestaansmiddelen
na een grondig onderzoek van hun financiële situatie.
Sociale bijstand voorziet in diverse prestaties, zoals minimuminkomen,
aanvullingsinkomen, materiële en psychologische hulp.
Klassieke sociale bijstandsregelingen vereisen vaak een bijkomende
kenmerkende eigenschap van de gerechtigde, vergelijkbaar met het
sociaal risico in sociale verzekeringen, zoals een handicap of pensionering.
(categoriale benadering)
B. Vergelijk beide technieken met elkaar en met de andere in de syllabus besproken
socialezekerheidstechnieken.
Vergelijking van sociale verzekering en sociale bijstand:
Sociale verzekering Sociale bijstand
Bijdrageregeling Men betaalt bijdragen en Men betaalt geen
verzekert zich zo voor bijdrage, toekenning
wanneer zich een sociaal wanneer men aan de
risico voordoet. wettelijke voorwaarden
voldoet.
Bescherming tegen risico
Bestaansmiddele Er vindt geen bestaans- Financiëring met
n-onderzoek middelenonderzoek algemene middelen van
2