Hoorcollege
1:
Intro
wetenschappelijk
onderzoek
1) Wetenschap
–
kennis
“wetenschappelijk”
tot
de
wetenschap
behorend
Kennis
kan
verworven
worden
op
verschillende
manieren
• Traditie
De
manier
waarop
men
het
altijd
al
gedaan
heeft
• Autoriteit
Informatiebron
gebaseerd
op
succes,
ervaring
of
reputatie
• Trial
and
error
Arbeidsintensief
• Logisch
redeneren
Deductie
vs
Inductie
(zie
verder)
• De
wetenschappelijke
methode
Deductie
vs
Inductie
A. Deductie
=
afleiding
van
algemene
tot
bijzondere
Syllogisme:
logische
redenering
bestaande
uit
2
stellingen
waaruit
men
een
conclusie
afleidt!
Voorbeeld:
1. Alles
wat
leeft
moet
sterven
(major
term
hoofdstelling)
2. Een
mens
leeft
(minor
term,
ondergeschikte
stelling)
3. Dus,
alle
mensen
moeten
sterven
(conclusie)
Beperking:
Bruikbaarheid
is
afhankelijk
van
de
waarheid
van
de
vooropgestelde
vragen.
Toepassing
in
wetenschappelijk
onderzoek:
Voorbeeld:
1. Lichaamsoefening
verbetert
de
posturale
stabiliteit
(Hypothese)
2. Bij
mensen
die
vallen
is
de
posturale
stabiliteit
verminderd
3. Daarom
zal
lichaamsoefening
de
valincidentie
doen
afnemen
(tastbare
hypothese)
, B. Inductie
=
ontwikkelen
van
generalisaties
uitgaande
van
specifieke
observaties
• (16e
E
Bacon)
nieuwe
kennis
vereist
observatie
van
de
natuur!
• Basis
voor
de
wetenschappelijke
benadering
van
‘problem
solving’
• Voorbeeld:
patiënten
die
trainen
vallen
niet,
diegene
die
niet
trainen
vallen
vaker.
Inductie:
Lichaamsoefening
verbetert
posturale
stabiliteit
Beperking:
kenniskwaliteit
is
afhankelijk
van
de
representativiteit
van
de
observaties!
(Praktische
haalbaarheid?)
Deductie
+
inductie
=
essentiële
component
wetenschappelijk
denken
2) Karakteristieken
van
wetenschappelijk
onderzoek
=
Een
systematisch
empirisch
gecontroleerd
en
kritisch
onderzoek
van
een
hypothese
omtrent
verbanden
tussen
natuurlijke
verschijnselen.
• Systematisch:
methodologische
aanpak
-‐>
onderzoeksdesign
• Empirisch:
Objectieve
data
verkregen
via
directe
observatie
• Gecontroleerd:
controle
van
zowel
interne
als
externe
factoren
• Kritisch:
bevindingen
worden
empirisch
getoetst,
nauwkeurig
toezicht,
kritische
blik
van
andere
wetenschappers.
Beperkingen:
Nooit
perfect,
vooral
niet
met
humaan
onderzoek
Complexiteit
van
diversiteit
in
de
natuur
Unieke
individuele
psychosociale
en
fysiologische
capaciteiten
Bewust
zijn
van
invloed
van
externe
factoren
en
individuele
variabiliteit
bij
de
interpretatie
en
generalisatie
van
bevindingen!
Kritisch
onderzoek
=>
Laboratoriumonderzoek
(volledige
controle
van
omgevingsfactoren,
zelfs
erfelijkheid)
3) Onderzoeksvormen
Verschillende
classificatiesystemen
op
basis
van
doelstellingen
v/h
onderzoek
Fundamenteel
versus
toegepast
(klinish)
onderzoek
Empirisch
versus
theoretisch
onderzoek
Kwantitatief
versus
kwalitatief
onderzoek
Experimenteel
versus
observationeel
onderzoek
,Fundamenteel
(zuiver)
vs
toegepast
onderzoek
Fundamenteel
zuiver
onderzoek
Toegepast
onderzoek
Vinden
van
oplossingen,
verklaringen,
• Vinden,
uitproberen
en
evalueren
van
beschrijving
etc.
voor
kennisproblemen
praktische
oplossingen
voor
praktische
problemen
• Toepassingsgericht
onderzoek
• Vaak
multidisciplinair
Fundamenteel
versus
klinisch
onderzoek
(Translationeel)
=
Rechtstreekse
vertaling
van
fundamentele
kennis
naar
effectieve
maatregelen
voor
de
patiënt
Empirisch
onderzoek
Theoretisch
onderzoek
Systematische
waarnemingen
van
objecten
en
• Ontwikkeling
van
theorieën
let
als
doel
verschijnselen
(proefondervindelijk
onderzoek),
bepaalde
verschijnselen
te
kunnen
niet
louter
om
te
beschrijven
maar
ook
om
verklaren,
voorspellen
theoriën
te
ontwikkelen
en
te
toetsen
• Geen
objectieven
waarnemingen
• Voorbeeld:
literatuuronderzoek
Kwantitatief
onderzoek
versus
kwalitatief
onderzoek
Kwantitatief
Kwalitatief
• Meting
van
outcome
via
numerieke
data
• Doelstelling:
beschrijven
van
stand
van
onder
gestandaardiseerde
condities
zaken,
exploreren
van
mogelijke
• Voordeel:
statistische
data
analyse
verbanden,
formuleren
van
theorie
of
• Ontwikkeling
van
meetinstrumenten
hypothese
Fysieke/fysiologische
parameters
• “meten”
op
basis
van
open
vragen,
Objectiveren
van
subjectieve
info
interviews,
observaties
Experimenteel
versus
observationeel
onderzoek
Experimenteel
Observationeel
• Manipulatie
en
controle
van
variabelen
• Observatie
van
variabelen
• Blootleggen
van
oorzaak
–
effect
relaties
• Eerder
beschrijvend
(descriptief)
of
exploratief
• Geen
directe
controle
over
de
bestudeerde
variabelen
, A
continuüm
of
research
(cfr.
Portney)
Descriptief
Exploratief
Experimenteel
Verschillende
doelstellingen
Verschillende
onderzoeksstrategieën
4) Belang
van
wetenschappelijk
onderzoek
in
de
gezondheidszorg
• Evidence
based
medicine
(EBM)
De
integratie
van:
De
beste
wetenschappelijke
evidentie
Eigen
klinische
expertise
Specifieke
omstandigheden
en
specifieke
omstandigheden
en
specifieke
kenmerken
van
de
patiënt
• Evidence
based
practice
(EBP)
• Best
pratice
5) Communicatie
onderzoeksresultaten
1:
Intro
wetenschappelijk
onderzoek
1) Wetenschap
–
kennis
“wetenschappelijk”
tot
de
wetenschap
behorend
Kennis
kan
verworven
worden
op
verschillende
manieren
• Traditie
De
manier
waarop
men
het
altijd
al
gedaan
heeft
• Autoriteit
Informatiebron
gebaseerd
op
succes,
ervaring
of
reputatie
• Trial
and
error
Arbeidsintensief
• Logisch
redeneren
Deductie
vs
Inductie
(zie
verder)
• De
wetenschappelijke
methode
Deductie
vs
Inductie
A. Deductie
=
afleiding
van
algemene
tot
bijzondere
Syllogisme:
logische
redenering
bestaande
uit
2
stellingen
waaruit
men
een
conclusie
afleidt!
Voorbeeld:
1. Alles
wat
leeft
moet
sterven
(major
term
hoofdstelling)
2. Een
mens
leeft
(minor
term,
ondergeschikte
stelling)
3. Dus,
alle
mensen
moeten
sterven
(conclusie)
Beperking:
Bruikbaarheid
is
afhankelijk
van
de
waarheid
van
de
vooropgestelde
vragen.
Toepassing
in
wetenschappelijk
onderzoek:
Voorbeeld:
1. Lichaamsoefening
verbetert
de
posturale
stabiliteit
(Hypothese)
2. Bij
mensen
die
vallen
is
de
posturale
stabiliteit
verminderd
3. Daarom
zal
lichaamsoefening
de
valincidentie
doen
afnemen
(tastbare
hypothese)
, B. Inductie
=
ontwikkelen
van
generalisaties
uitgaande
van
specifieke
observaties
• (16e
E
Bacon)
nieuwe
kennis
vereist
observatie
van
de
natuur!
• Basis
voor
de
wetenschappelijke
benadering
van
‘problem
solving’
• Voorbeeld:
patiënten
die
trainen
vallen
niet,
diegene
die
niet
trainen
vallen
vaker.
Inductie:
Lichaamsoefening
verbetert
posturale
stabiliteit
Beperking:
kenniskwaliteit
is
afhankelijk
van
de
representativiteit
van
de
observaties!
(Praktische
haalbaarheid?)
Deductie
+
inductie
=
essentiële
component
wetenschappelijk
denken
2) Karakteristieken
van
wetenschappelijk
onderzoek
=
Een
systematisch
empirisch
gecontroleerd
en
kritisch
onderzoek
van
een
hypothese
omtrent
verbanden
tussen
natuurlijke
verschijnselen.
• Systematisch:
methodologische
aanpak
-‐>
onderzoeksdesign
• Empirisch:
Objectieve
data
verkregen
via
directe
observatie
• Gecontroleerd:
controle
van
zowel
interne
als
externe
factoren
• Kritisch:
bevindingen
worden
empirisch
getoetst,
nauwkeurig
toezicht,
kritische
blik
van
andere
wetenschappers.
Beperkingen:
Nooit
perfect,
vooral
niet
met
humaan
onderzoek
Complexiteit
van
diversiteit
in
de
natuur
Unieke
individuele
psychosociale
en
fysiologische
capaciteiten
Bewust
zijn
van
invloed
van
externe
factoren
en
individuele
variabiliteit
bij
de
interpretatie
en
generalisatie
van
bevindingen!
Kritisch
onderzoek
=>
Laboratoriumonderzoek
(volledige
controle
van
omgevingsfactoren,
zelfs
erfelijkheid)
3) Onderzoeksvormen
Verschillende
classificatiesystemen
op
basis
van
doelstellingen
v/h
onderzoek
Fundamenteel
versus
toegepast
(klinish)
onderzoek
Empirisch
versus
theoretisch
onderzoek
Kwantitatief
versus
kwalitatief
onderzoek
Experimenteel
versus
observationeel
onderzoek
,Fundamenteel
(zuiver)
vs
toegepast
onderzoek
Fundamenteel
zuiver
onderzoek
Toegepast
onderzoek
Vinden
van
oplossingen,
verklaringen,
• Vinden,
uitproberen
en
evalueren
van
beschrijving
etc.
voor
kennisproblemen
praktische
oplossingen
voor
praktische
problemen
• Toepassingsgericht
onderzoek
• Vaak
multidisciplinair
Fundamenteel
versus
klinisch
onderzoek
(Translationeel)
=
Rechtstreekse
vertaling
van
fundamentele
kennis
naar
effectieve
maatregelen
voor
de
patiënt
Empirisch
onderzoek
Theoretisch
onderzoek
Systematische
waarnemingen
van
objecten
en
• Ontwikkeling
van
theorieën
let
als
doel
verschijnselen
(proefondervindelijk
onderzoek),
bepaalde
verschijnselen
te
kunnen
niet
louter
om
te
beschrijven
maar
ook
om
verklaren,
voorspellen
theoriën
te
ontwikkelen
en
te
toetsen
• Geen
objectieven
waarnemingen
• Voorbeeld:
literatuuronderzoek
Kwantitatief
onderzoek
versus
kwalitatief
onderzoek
Kwantitatief
Kwalitatief
• Meting
van
outcome
via
numerieke
data
• Doelstelling:
beschrijven
van
stand
van
onder
gestandaardiseerde
condities
zaken,
exploreren
van
mogelijke
• Voordeel:
statistische
data
analyse
verbanden,
formuleren
van
theorie
of
• Ontwikkeling
van
meetinstrumenten
hypothese
Fysieke/fysiologische
parameters
• “meten”
op
basis
van
open
vragen,
Objectiveren
van
subjectieve
info
interviews,
observaties
Experimenteel
versus
observationeel
onderzoek
Experimenteel
Observationeel
• Manipulatie
en
controle
van
variabelen
• Observatie
van
variabelen
• Blootleggen
van
oorzaak
–
effect
relaties
• Eerder
beschrijvend
(descriptief)
of
exploratief
• Geen
directe
controle
over
de
bestudeerde
variabelen
, A
continuüm
of
research
(cfr.
Portney)
Descriptief
Exploratief
Experimenteel
Verschillende
doelstellingen
Verschillende
onderzoeksstrategieën
4) Belang
van
wetenschappelijk
onderzoek
in
de
gezondheidszorg
• Evidence
based
medicine
(EBM)
De
integratie
van:
De
beste
wetenschappelijke
evidentie
Eigen
klinische
expertise
Specifieke
omstandigheden
en
specifieke
omstandigheden
en
specifieke
kenmerken
van
de
patiënt
• Evidence
based
practice
(EBP)
• Best
pratice
5) Communicatie
onderzoeksresultaten