Biologie Voortplanting:
Mitose: (kerndeling) Maken van nieuwe cellen die precies hetzelfde zijn als de cel waarmee
je begint
● DNA replicatie = DNA kopiëren
Mitose fases: PMAT
1: Profase: 2N = 4
- Chromosomen worden zichtbaar
- Chromosomen krijgen vorm
- Condenseren / spiralisatie: lange draag word bolletje wol
2: Metafase: 2N = 4
- Kernmembraan verdwijnt
- Chromosomen gaan in het midden liggen / op het equatoriaal vlak
- Ontstaan poollichaampjes en trekdraden
3: Anafase: 2N = 4
- Trekdraad wordt korter
- Chromatiden gaan uit elkaar
4: Telofase: 2N = 4
- Ontstaan 2 nieuwe kernen met hetzelfde DNA
5: Celdeling: 2N = 4
- Cel word door de helft geknipt
- Je hebt 2 identieke cellen
Mitose formule:
2n = 2n + 2n
● Haploïd = N
● Diploïd = 2n
- Mitose is altijd Diploid
2N = 4 → Er heeft al een replicatie plaatsgevonden
Mens → 2n = 46
2n = van alle chromosomen zijn er 2
Hoe heet de plaats waar de chromatiden aan elkaar vast zitten?
- Centromeer
Formules: Uit je hoofd leren
2n = 2n + 2n → Mitose
2n = n + n → Meiose 1
N = n + n → Meiose 2
N + N = 2n → Bevruchting
, Meiose 1: Vind een recombinatie plaats
Splits DNA van een 1 cel op en verdeel je dat over 2 dochtercellen
Profase: 2N = 4
- Chromosomen worden zichtbaar
- Chromosomen krijgen vorm
Metafase: 2N = 4
- Chromosomen gaan in het midden liggen / op het equatoriaal vlak
- Ontstaan poollichaampjes en trekdraden
- Kernmembraan verdwijnt
Anafase: N=2
- Trekdraad wordt korter
- Chromosomen gaan uit elkaar
Telofase: N=2 : N=2
- Ontstaan 2 nieuwe dochtercellen die beide Haploid zijn.
Meiose 2:
Profase: N= 2
Metafase: N=2
Anafase: N=2
Telofase: Uit 1 Haploïde cel ontstaan 2 identieke haploïde cellen.
● Mitose→ Uit 1 cel ontstaan 2 identieke cellen
● Meiose 1 → Uit 1 moedercel ontstaan 2 dochtercellen - die beide Haploid zijn (N= 2)
● Meiose 2→ Uit 1 Haploïde cel ontstaan 2 identieke Haploïde cellen - Chromatiden
worden gesplitst
Primaire geslachtskenmerken: Kenmerken vanaf de geboorte
Secundaire geslachtskenmerken: Kenmerken die je later krijg - meestal tijdens puberteit
Seksuele dimorfie: je kan mannen en vrouwen van de buitenkant zien dat ze duidelijke
verschillen hebben.
Meiose:
Vrouw: Vind plaats in eierstok
Man: Vind plaats in teelbal
Mitose: (kerndeling) Maken van nieuwe cellen die precies hetzelfde zijn als de cel waarmee
je begint
● DNA replicatie = DNA kopiëren
Mitose fases: PMAT
1: Profase: 2N = 4
- Chromosomen worden zichtbaar
- Chromosomen krijgen vorm
- Condenseren / spiralisatie: lange draag word bolletje wol
2: Metafase: 2N = 4
- Kernmembraan verdwijnt
- Chromosomen gaan in het midden liggen / op het equatoriaal vlak
- Ontstaan poollichaampjes en trekdraden
3: Anafase: 2N = 4
- Trekdraad wordt korter
- Chromatiden gaan uit elkaar
4: Telofase: 2N = 4
- Ontstaan 2 nieuwe kernen met hetzelfde DNA
5: Celdeling: 2N = 4
- Cel word door de helft geknipt
- Je hebt 2 identieke cellen
Mitose formule:
2n = 2n + 2n
● Haploïd = N
● Diploïd = 2n
- Mitose is altijd Diploid
2N = 4 → Er heeft al een replicatie plaatsgevonden
Mens → 2n = 46
2n = van alle chromosomen zijn er 2
Hoe heet de plaats waar de chromatiden aan elkaar vast zitten?
- Centromeer
Formules: Uit je hoofd leren
2n = 2n + 2n → Mitose
2n = n + n → Meiose 1
N = n + n → Meiose 2
N + N = 2n → Bevruchting
, Meiose 1: Vind een recombinatie plaats
Splits DNA van een 1 cel op en verdeel je dat over 2 dochtercellen
Profase: 2N = 4
- Chromosomen worden zichtbaar
- Chromosomen krijgen vorm
Metafase: 2N = 4
- Chromosomen gaan in het midden liggen / op het equatoriaal vlak
- Ontstaan poollichaampjes en trekdraden
- Kernmembraan verdwijnt
Anafase: N=2
- Trekdraad wordt korter
- Chromosomen gaan uit elkaar
Telofase: N=2 : N=2
- Ontstaan 2 nieuwe dochtercellen die beide Haploid zijn.
Meiose 2:
Profase: N= 2
Metafase: N=2
Anafase: N=2
Telofase: Uit 1 Haploïde cel ontstaan 2 identieke haploïde cellen.
● Mitose→ Uit 1 cel ontstaan 2 identieke cellen
● Meiose 1 → Uit 1 moedercel ontstaan 2 dochtercellen - die beide Haploid zijn (N= 2)
● Meiose 2→ Uit 1 Haploïde cel ontstaan 2 identieke Haploïde cellen - Chromatiden
worden gesplitst
Primaire geslachtskenmerken: Kenmerken vanaf de geboorte
Secundaire geslachtskenmerken: Kenmerken die je later krijg - meestal tijdens puberteit
Seksuele dimorfie: je kan mannen en vrouwen van de buitenkant zien dat ze duidelijke
verschillen hebben.
Meiose:
Vrouw: Vind plaats in eierstok
Man: Vind plaats in teelbal