5.1 Gevaarlijke zouten
In zouten kunnen metaalionen voorkomen die tot de zware metalen behoren. Zware
metalen zijn bijvoorbeeld lood, cadmium, kwik en barium. Deze metaalionen zijn giftig
en mogen dus niet in het milieu komen.
5.2 Neerslag reacties
Oplosbaarheidstabel: Binas tabel 45A
De combinaties die een slecht oplosbaar zout vormen, hebben de letter s.
1. Als je het zout in water brengt, lost het niet op.
2. De ionen van het zout kunnen niet samen in één oplossing voorkomen. Breng
je beide ionsoorten bij elkaar dan reageren ze onmiddellijk tot een vaste stof.
Neerslagreactie: is een reactie tussen ionen die niet naast elkaar in een oplossing
kunnen voorkomen. Je noemt de gevormde vaste stof een neerslag.
Deeltjes die niet reageren noem je tribune-ionen die noteer je dus ook niet in de
neerslagvergelijking.
Neerslagvergelijking:
De vergelijking die de reactie tussen de ionen weergeeft. In deze vergelijking staan
allen de ionen die de vaste stof vormen.
, 5.3 Rekenen aan reacties
Rekenen aan reacties:
De coëfficiënten in een reactie geven de stoichiometrische verhouding = ook wel
molverhouding, aan waarin de beginstoffen verdwijnen en de reactieproducten
ontstaan.
Overmaat: Als van één van de beginstoffen meer aanwezig is dan voor de reactie
nodig is. Na de reactie is een van de beginstoffen nog aanwezig, deze stof is dus in
overmaat aanwezig geweest.
Stappenplan rekenen aan reacties:
1. Stel de reactievergelijking op
2. Reken de massa of het volume van de gegeven stof om naar het aantal mol,
let op soms heb je hier de molaire massa voor nodig.
3. Leid de mol verhouding af
4. Bereken het aantal mol gevraagde stof
5. Reken het aantal mol stof om naar de gevraagde eenheid.
Rekenvoorbeeld 1: Ga door berekening na dat er bij de omzetting van 2,0 g
koper(II)oxide 1,6 g koper ontstaat.
1: De reactievergelijking: 4CuO(s) +CH4(G) → 4Cu(s) +CO2 (g) + 2H2O (l)
2. Bereken hoeveel mol CuO overeenkomt met 2,0 gram. De molaire massa is
79,55
Mol 1,00 x
Gram 79,55 2,0
X = 0,02514 mol CuO
3. De molverhouding CuO: Cu = 4: 4 = 1: 1
4. Er ontstaat dus ook 0,02514 mol Cu
5. Reken het aantal mol koper om naar gram. De molaire massa van Cu is 63,55 g
mol-1
Mol 1,00 x
Gram 79,55 2,0
X = 1,6 g Cu
Uit 2,0 g koper(||)oxide is 1,6 gram koper te maken. De berekende hoeveelheid
komt overeen met de experimenteel bepaalde hoeveelheid.
In zouten kunnen metaalionen voorkomen die tot de zware metalen behoren. Zware
metalen zijn bijvoorbeeld lood, cadmium, kwik en barium. Deze metaalionen zijn giftig
en mogen dus niet in het milieu komen.
5.2 Neerslag reacties
Oplosbaarheidstabel: Binas tabel 45A
De combinaties die een slecht oplosbaar zout vormen, hebben de letter s.
1. Als je het zout in water brengt, lost het niet op.
2. De ionen van het zout kunnen niet samen in één oplossing voorkomen. Breng
je beide ionsoorten bij elkaar dan reageren ze onmiddellijk tot een vaste stof.
Neerslagreactie: is een reactie tussen ionen die niet naast elkaar in een oplossing
kunnen voorkomen. Je noemt de gevormde vaste stof een neerslag.
Deeltjes die niet reageren noem je tribune-ionen die noteer je dus ook niet in de
neerslagvergelijking.
Neerslagvergelijking:
De vergelijking die de reactie tussen de ionen weergeeft. In deze vergelijking staan
allen de ionen die de vaste stof vormen.
, 5.3 Rekenen aan reacties
Rekenen aan reacties:
De coëfficiënten in een reactie geven de stoichiometrische verhouding = ook wel
molverhouding, aan waarin de beginstoffen verdwijnen en de reactieproducten
ontstaan.
Overmaat: Als van één van de beginstoffen meer aanwezig is dan voor de reactie
nodig is. Na de reactie is een van de beginstoffen nog aanwezig, deze stof is dus in
overmaat aanwezig geweest.
Stappenplan rekenen aan reacties:
1. Stel de reactievergelijking op
2. Reken de massa of het volume van de gegeven stof om naar het aantal mol,
let op soms heb je hier de molaire massa voor nodig.
3. Leid de mol verhouding af
4. Bereken het aantal mol gevraagde stof
5. Reken het aantal mol stof om naar de gevraagde eenheid.
Rekenvoorbeeld 1: Ga door berekening na dat er bij de omzetting van 2,0 g
koper(II)oxide 1,6 g koper ontstaat.
1: De reactievergelijking: 4CuO(s) +CH4(G) → 4Cu(s) +CO2 (g) + 2H2O (l)
2. Bereken hoeveel mol CuO overeenkomt met 2,0 gram. De molaire massa is
79,55
Mol 1,00 x
Gram 79,55 2,0
X = 0,02514 mol CuO
3. De molverhouding CuO: Cu = 4: 4 = 1: 1
4. Er ontstaat dus ook 0,02514 mol Cu
5. Reken het aantal mol koper om naar gram. De molaire massa van Cu is 63,55 g
mol-1
Mol 1,00 x
Gram 79,55 2,0
X = 1,6 g Cu
Uit 2,0 g koper(||)oxide is 1,6 gram koper te maken. De berekende hoeveelheid
komt overeen met de experimenteel bepaalde hoeveelheid.
