Aardrijkskunde 3.1 havo 2 buitenland

Paragraaf 3.1 water in beweging
Het water gaat via de bergen naar de zee en die brengt dan onderweg sediment mee.



Welke vormen kan water aannemen

 Vloeistof
 Gas
Vloeistof

Warme gebieden

 Vloeistof
 Gas

Kleine water kringloop hebben mensen niks aan




Vloeibaar zoet water kun je indelen in

 Oppervlaktewater
 Grondwater

Zoet water komt ook voor in vaste vorm. Water zit dan opgeslagen in:

 Gletsjers
 Landijs

Nederland heeft veel zoet water door veel neerslag en
aanvoeren van rivieren.

Bereikbaar zoet water is schaar hoed je moet er dus zuinig
mee omgaan.

Toch stroomt veel neerslag ‘ongebruikt’ terug naar de zee
omdat:

 Veel neerslag in dunbevolkte gebieden.
 Veel neerslag valt slecht in een korte periode.
 Veel neerslag valt in de winter als hey koud is om
aan akkerbouw te doen (einde groeiseizoen).