100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Analysing Text and Talk - Versie behorend bij Text

Rating
-
Sold
5
Pages
9
Uploaded on
19-03-2018
Written in
2017/2018

Samenvatting van het component Text behorend bij het vak Analysing Text and Talk Deze samenvatting bestaat uit: - Hoey - text as a site for interaction - Michael Hoey (2001). Culturally popular patterns of text organization. In: Textual interaction: An introduction to written discourse analysis. - Anne Barron (2006). Understanding spam: A macro-textual analysis. Journal of pragmatics, 38, pp 880-904. (DOI: 10.1016/j.pragma.2005.04.009) - Paul Simpson (2001). 'Reason' and 'tickle' as pragmatic constructs in the discourse of advertising. Journal of Pragmatics, 33, pp 589-607. - Santa Ana, Otto. 1999. ‘Like an animal I was treated’: Anti-immigrant metaphor in US public discourse. Discourse and Society 10(2): 191-224. - Ken Hyland (2005). Stance and engagement: a model of interaction in academic discourse. Discourse Studies, 7 (2), pp.173-192. - Ken Hyland (2000). Hedges, boosters and lexical invisibility: noticing modifiers in academic texts. Language Awareness, 9 (4), pp. 179-197. Aan de hand van deze samenvatting heb ik een 8,5 voor het tentamen gehaald!

Show more Read less
Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
March 19, 2018
Number of pages
9
Written in
2017/2018
Type
Summary

Subjects

Content preview

Analysing Text and Talk
Text
Week 1
Er bestaan grote verschillen tussen geschreven en gesproken taal:
Geschreven taal Gesproken taal
Vaak gepland Vaak niet gepland
Permanent Niet permanent
Niet interactief Interactief
 Geschreven tekst is meestal meer formeel, expliciet en zit syntactisch
moeilijker in elkaar (denk aan bijzinnen bijv.).
 Maar de grenzen tussen gesproken en geschreven taal zijn niet strak. Bijv.
tweets of speeches.

Gesproken en geschreven taal zijn het beste te zien op een schaal van:
Meest gepland / minst interactief ------------------------------------------------- minst
gepland / meest interactief.

Wat is een tekst?
Hoey (2001): Het visuele bewijs van een opzichzelfstaande doelmatige interactie
tussen één of meer schrijvers en één of meer lezers, waarin de schrijver(s) de
interactie bepalen en het meest van vaak alle taal produceren.
Er zijn 3 belangrijke doelen:
 Informeren
 Instrueren
 Overtuigen

Bij teksten is de interactie vooral tussen:
- Author: issuing /authorizing the text (Bijv. een organisatie).
- Writer: producing the text
- Audience: intended (ideal) readers
- Reader: actual readers of the text
 Hiertussen bestaat een complexe relatie.
 Interactie is doelbewust. Ideale situatie: de writer en reader hebben
hetzelfde doel bij het produceren en lezen van een bepaalde tekst.  Leidt
niet meteen tot succesvolle communicatie. Bijv. het geven van een recept
zonder stap voor stap instructie.  De schrijver moet een volgorde van
informatie aanhouden die de lezer verwacht.

Opdracht van het recept vs iPod instructie laat zien dat teksten met dezelfde
doelen (instrueren) kunnen verschillen in de tekstuele manier waarop ze
proberen dat doel te bereiken.
 Recept heeft veel imperatieven (je moet..).
 iPod handleiding heeft veel pronouns.

Week 2
Lezers brengen vaak 2 soorten kennis mee bij het lezen van een tekst:
- Specifieke kennis die wordt beschreven in schema’s en scripts.
- Algemene set van verwachtingen die gedeeld worden binnen een range
van teksten.

, Hoey (2001): de gedeelde verwachtingen in teksten wordt tekstueel gerealiseerd
d.m.v. ‘culturally popular patterns of organisation (CPPO).
 Patterns of organisation: er zijn informatievolgordes die de voorkeur
krijgen, maar er is geen onmogelijke informatievolgorde. Daarom
‘patterns’.
 Culturally popular: bepaalde patronen kunnen wel voorkomen in bepaalde
culturen, maar in andere niet.
 Popular: er zijn patronen die heel uniek zijn, maar ook anderen die juist
heel vaak voorkomen.

Kenmerken van CPPO:
- Ze kunnen lokaal voorkomen (in 1 paragraaf), maar ook in de gehele tekst.
- Ze kunnen vaak geïdentificeerd worden door lexicale signalen zoals ‘more
specifically’.
- Ook door bepaalde vragen te stellen kan een CPPO geïdentificeerd worden.
Bijvoorbeeld:
Schrijver: ‘Het lijkt een goed idee om geld te sparen’ (hypothese).
Lezer: ‘Maar blijkbaar is dat niet zo, waarom niet?
Schrijver: ‘Maar je kunt het beter uitgeven, aan.. (real).

Voorbeelden van CPPO:
 Hypothetical-real pattern: de schrijver brengt de lezer van een hypothese
naar een daadwerkelijke situatie.  Komt veel voor in onderzoeksartikelen.
Bijv. ‘Artikel X zegt dit … Echter, onze onderzoeksdata bewijst het
tegendeel.
 General-particular pattern: de schrijver brengt de lezer van een algemene
naar een specifieke situatie.  Vaak gebruikt om moeilijke dingen uit te
leggen.

Problem-solution pattern
= het meest voorkomende patroon. Er is een problem-solution pattern als er
sprake is van:
o Één of meerdere lexicale signalen die wijzen op een bepaald probleem =
Aspect of Situation Requiring a Response (ASRR)  Hoey (2001).
o Als de tekst weergeven in een dialoog een bepaalde reactie laat zien.
Schrijver: ‘Kinderen zitten te vaak op hun iPads tegenwoordig’ (ASRR).
Lezer: Wat gaan we/jij eraan doen?
Schrijver: ‘Ze moeten buiten gaan spelen’ (response)

Er zijn soms lexicale signalen in een tekst die wijzen op een ASRR:
- Inscribed lexical signals: woorden die van zichzelf negatief zijn. Bijv.
problem of war.
- Evoking lexical signals: woorden die van zichzelf niet negatief zijn, maar in
combinatie met andere woorden negatief worden. Bijv. the baby was
drinking vodka.
 Context is heel belangrijk bij het bepalen van het soort lexical signal. Bijv.
‘War is over’.  Het is inscribed, maar duidt niet op een ASRR.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
lisanness Vrije Universiteit Amsterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
131
Member since
8 year
Number of followers
93
Documents
18
Last sold
11 months ago

3.7

29 reviews

5
5
4
13
3
8
2
2
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions