Samenvatting Thorax II

THEMA 6 THORAX II

T6 AFP Tractus respiratorius fysiologie en anatomie




Thorax  borst
Abdomen  buik
Pelvis  bekken




Benige begrenzing  begrenzing die bestaat uit botten
Diafragma  middenrif
Midden thorax  mediastinum

Mediastinum
Ruimte tussen beide longen
• Hart
• Luchtpijp
• Slokdarm
• Grote vaten

,Tractus respiratorius essentieel! Verplaatsen van lucht het lichaam in en uit

Functies
• Verplaatsen van lucht van en naar het gaswisselingsoppervlak
• Oppervlak voor de gaswisseling
• Bescherming gaswisseling
• Vorming van geluid
• Reukzin bevorderen




Cavum nasi  neusholte (cavum  holte)
• Geleiding van lucht
conchae nasalis superior (bovenste neusschelp)
conchae nasalis media (middelste neusschelp)
conchae nasalis inferior (onderste neusschelp)


Pharynx  keelholte
• Geleiding van lucht
nasopharynx (neuskeelholte)
oropharynx (keelholte achterin de mondholte)
laryngopharynx (keelholte achter/onder strottenhoofd)


Larynx  strottenhoofd
• Geleiding van lucht
strotklepje  epiglottis

,Trachea  luchtpijp
• Geleiding van lucht
• Slokdarm  oesophagus
Trilhaar epitheel  slijm  bacteriën blijven plakken
en wij hoesten het weer naar buiten
Primaire bronchi
Secundaire bronchi
Tertiare bronchi



Pulmones  longen
pulmo dexter  rechterlong
pulmo sinister  linker long

• Rechter long heeft 3 kwabben, linker long 2
omdat hier het hart meer links ligt
Lobus superior, medius, inferior
140 m2  2 longen



Bronchi
• Geleiding van lucht
• Luchtwegvertakking (tussen trachea en broncholi)
Bronchi is meervoud van bronchus



Bronchioli
• Bronchi vertakken zich verder in de bronchioli
• Kleinste vertakking van de luchtpijptakken


Alveoli (longblaasjes)
• Gaswisseling!
• Geen kraakbeen in de longblaasjes omdat daar de uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide
plaats vindt.
- Alveoli is meervoud van alveolus
ductuli alveolares
alveolaire macrofagen
pneumocyten
surfactant  oppervlakte vergroting  blaasjes wijdt open gaan
staan  wisseling zuurstof en koolstofdioxide

, Pleura
Viscerale pleura  pleura visceralis
Pariëtale pleura  pleura parietalis
Visceralis zit altijd aan het orgaan, parietalis zit daar achter

- Hilum  poort  alle structuren gaan orgaan in en uit
- Pleura  vliezen om je longen (spreekt uit als pluira)




Longventilatie
 de verplaatsing van lucht tussen buitenlucht en longen –
gaat gepaard met drukveranderingen en spierbewegingen
• Veranderingen van het volume van de borstholte
zijn het gevolg van bewegingen van het diafragma en de borstkas




Kleine bloedsomloop  rechter kamer/boezem naar longen terug
Grote bloedsomloop  linker kamer/boezem rest van lichaam organen terug via aders

Vena  terug naar het hart (ader)
Arterie  van het hart af (slagader)