Neerhofdieren
De pauw in een notendop:
o NL: Pauw, pauwhaan, hen, kuiken
o E: Peafowl or peacock, peacock, peahen, peachick
o F : Paon, paon, paonne, paonneau
o Gewicht: 4-6 kg, 2,3 m lang (incl start)
o Voeding: omnivoor
o Levensverwachting: 40-50 jaar
o Staart pas volgroeid op 3 jaar bij haan, 200 vederen in staart
o Polygaam
o Broedtijd: 27-30 dagen (maart – augustus)
o 4-12 eieren (6 gemiddeld) : nestvlieders
o Sporen bij hanen
o Kunnen niet ver vliegen
o Witte variant bestaat (geen albinisme maar leucisme)
Eendvogels of Anseriformes
– Tamme gans (Anser anser domesticus)
– Tamme eend (Anas platyrhynchos domesticus)
Gans Eend
Groter Kleiner
Gespecialiseerd in grazen (zaagbek)
Aangepast aan leven op land (lopen en Meer behoefte aan water: aquatische
stappen) vogels, bepaalde wilde soorten ook in zout
water.
Ze waggelen en
kunnen meestal niet zo goed stappen
Kortere nek
Geen seksueel dimorfisme (vrouwtje Woerd heeft vaak mooier verenkleed (bij
grotere hangbuik) wilde eend)
Beide soorten eendvogels hebben zwemvliezen.
Mannelijke gans wordt ganzerik of gent genoemd, mannelijke eend wordt woerd
1
, Rassenleer: De Neerhofdieren Marthe D’haeyere
genoemd.
Gent heeft soms grotere neusknobbel.
Tamme eenden in de wereld: 3 miljard per jaar geslacht voor vlees (populairste vogel
in China).
Wilde voorouder gans:
De wilde grauwe gans en de zwaangans (Anser anser) zijn wilde voorouders van de
tamme gans (Anser anser domesticus). Er kunnen vruchtbare kruisingen tussen beide
soorten voorkomen.
Gemiddeld wordt een gans 20 -30 jaar.
In Europa werd de boerengans gedomesticeerd van de grauwe gans. In het oosten van
de Middellandse Zee.
De Afrikaanse knobbelgans komt, net als de Chinese
knobbelgans, van oorsprong
uit China en stamt af van de zwaangans. Ze komen
voor in de kleurslagen wit en
bruin (wildkleur) en behoren tot de wat zwaardere
ganzenrassen. Naast de knobbel
boven op de snavel, die bij de gent iets groter is dan
bij de gans, bezit de gent een
keelwam. Hoog gedragen staart. Meer opgerichte
houding dan wilde zwaangans en dikkere
onderkant.
De boerengans, ook wel huisgans, tamme gans of
witte gans genoemd, kwam vroeger
vooral voor op boerenerven waar ze dienden als
waakgans, als leverancier van eieren,
veren en vlees. Stamt af van de wilde grauwe gans
en is meestal wit. De domesticatie had zo'n 4000 jaar
geleden plaats. De vrouwtjes leggen zo'n 50 eieren
per jaar, die tussen de 120 en 170 gram wegen.
2