1. Inleiding
- Tests die de aanwezigheid van bepaalde kationen kunnen aantonen
Confirmatiereactie: reactie en uitzicht van de stof zijn specifiek voor dat bepaald ion
Er wordt altijd in proefbuizen gewerkt
Onzuiver materiaal kan een nevenreactie teweeg brengen
2. Kation-analyse
- Tests steunen op de theorie van oplosbaarheid
Oplosbaarheid S: de maximale hoeveelheid van een product dat kan oplossen in een
bepaald volume oplosmiddel
Invloed van de temperatuur
Invloed van soort oplosmiddel
massa stof
S=
volume oplosmiddel
Eenheid van massa: mol, g of mg
Eenheid van volume: L of mL (of 100 mL)
Verzadigde oplossing: wanneer bij bepaalde T de maximale hoeveelheid stof is
opgelost
2.1. Gebruik van een flowchart
- Mengsel van 4 kationen (allemaal dus in oplossing)
Bij toevoegen van een anion kan een neerslag gevormd worden met bepaalde
kationen
Wordt in tabel weergegeven
S = soluble
I = insoluble
Scheiding van kationen wordt in flowchart samengevat
Cl- PO43- S2- OH-
3+
Bi S I I S
K+ S S S S
Ca2+ S I S I
Al3+ S I S S
Bi3+, K+, Ca2+, OH-
OH- (overmaat)
Ca(OH)2 K+, Al3+, Bi3+
Ca2+ + 2 OH- ↔ Ca(OH)2 S2-
K+, Al3+ Bi2S3
2 Bi3+ + 3 S2- ↔ Bi2S3
AlPO4 K+ (vlamtest)
1.3+ Zoek 3-een anion waarbij maar 1 kation neerslaat
Al + PO4 ↔ AlPO4
, 2. Schrijf dit anion naast de lijn die naar beneden gaat
3. Schrijf aan de ene kant de gevormde neerslag en aan de andere kant de andere kationen
4. Elimineer het neergeslagen kation en zoek nu een anion waarbij maar 1 van de overige
kationen neerslaat
5. Begin terug bij 2
- Opmerkingen
De zouten die worden opgelost zijn meestal nitraten nitraat neemt geen deel aan
de reactie
Anionen die worden gebruikt zijn kalium- of natriumzouten, omdat alkalizouten altijd
oplosbaar zijn er zal nooit een neerslag met kalium of natrium voorkomen