Samenvatting Bedrijfsinformatica
Inleiding
Informatiesystemen transformeren bedrijven enorm! Onder andere door:
• Stijgende dominantie van het mobiele digitale platform (smartphones)
• Stijgend gebruik van “big data”
• Sterke groei in cloud computing
• …
Geschiedenis van computers
Compute-er = reken-aar
De eerste doorbraak was door middel van steentjes bij de romeinen en in Oud-China. Eerst werd er
geteld op de vingers, nadien met kleine steentjes en later met een telraam. Het telraam was een van
de eerste rekende apparaten maar voor de uitvoering van dit algoritme zijn wel menselijke
handelingen nodig. Het telraam is dus op zich enkel een gegevensopslagsysteem.
17e – 18e eeuw:
De volgende doorbraak gebeurde in de 17e eeuw met tandwielen door de Pascaline.
De Pascaline machine kon enkel optellen.
Nadien in de 18e eeuw met het Leibniz-wiel: deze kon selecteren, optellen, aftrekken,
vermenigvuldigen en delen.
Nog later met het difference engine en analytical engine. De difference engine was aanpasbaar voor
meerdere bewerkingen. De analytical engine (werd nooit gebouwd) was programmeerbaar via
ponskaarten.
Al deze machines waren mechanisch, zonder elektriciteit.
19e eeuw:
Joseph Jacquard had het idee om een weefgetrouw met patronen in ponskaarten te bouwen.
Charles Babbage bouwde hetzelfde systeem voor reken instructies.
Herman Hollerith werd geïnspireerd door het knippen van treinkaartjes. Hij gebruikte ponskaarten
om gegevens op te slaan Uitvinder van de gegevensverwerkende machine op basis van
ponskaarten.
In de 19e eeuw moest er een volkstelling gebeuren, maar deze duurde 7 jaar, via het systeem van
ponskaarten duurde het maar 6 weken. In 1911 was er een fusie met de concurrentie en kreeg het
een nieuwe naam: International Business Machines Corporation (IBM).
1
,Van mechanisch naar digitaal:
De elektromechanische machine was gebaseerd op de mechanische relais (toestel met 2 toestanden)
en was ook gebaseerd op elektronische radiobuizen (vacuüm tubes, 2 toestanden)
De eerste computers:
Begin 50’s: UNIVAC1 met 10 000 berekeningen /sec
1957: IBM704 met 100 000 berekeningen /sec
Eind 50’s: transistor = elektronische schakelaar
Midden 60’s: halfgeleidertechnologie en geïntegreerde circuits, derde generatie
Personal Computers:
De personal computers werden oorspronkelijk enkel gebruikt door hobbyisten. In 1981
introduceerde IBM de eerste PC. Deze werd snel populair bij bedrijven en ook bij particulieren.
Nadien breekt er echter een internetrevolutie los met zoekmachines, cloud computing, social media
…
Informatieverwerking
Gebeurt binnen organisaties met behulp van informatiesystemen (IS)
Die op hun beurt gebruik maken van informatietechnologie (IT)
Informatiesystemen bestaan zowel uit technologie als personen (werknemers, leveranciers …)
Algoritme
Een algoritme is een reeks stappen die bepaalt hoe een taak wordt uitgevoerd, hoe tot een oplossing
wordt gekomen:
• Stappen: elementaire handelingen
• Hoe een taak wordt uitgevoerd = hoe een doel wordt bereikt vanaf een beginsituatie
• Een algoritme is het meest fundamentele concept van de informatica !
Voorbeelden van algoritmes in het dagelijkse leven: recept volgen, muziek spelen …
Voorbeelden van wiskundige algoritmes: staartdelingsalgoritme, euclidische algoritme, kortste pad
algoritme in een gps …
Een algoritme ‘vangt’ intelligentie en laat toe deze over te dragen.
Om tot een oplossing te komen voor een complex probleem moeten enkel de basisstappen
uitgevoerd worden beschreven door het algoritme. Leidt steeds tot een correcte oplossing.
Eventueel onder bepaalde condities of omstandigheden & hangt af van uitvoeringscapaciteit en
precisie van het algoritme: recept vs computercode.
2
,Basisconcepten en terminologie
“Algoritmes laten toe om machines te maken die allerlei nuttige taken uitvoeren”.
Programma: een voorstelling van een algoritme.
Voorstelling = tastbare uitwerking, maakt gebruik van een eenduidig gedefinieerde notatie.
Vormgeving van een algoritme die een machine kan maken.
Programmeren: het maken van een programma, het structureren van instructies zodat een machine
die kan uitvoeren.
Software: programma’s en de algoritmes die ze voorstellen (een programma hoeft geen grafisch
scherm te hebben, bv: het programma dat je pc opstapt of een virus).
Kan 1 programma zijn of meerdere programma’s die samenwerken en onderdeel zijn van een
informaticasysteem.
Hardware: apparatuur of machines die programma’s kunnen uitvoeren (bv: pc, radio, printer …)
Algoritme is een geordende reeks ondubbelzinnige, uitvoerbare stappen die een eindig proces
beschrijven.
Programma stelt een algoritme voor, is een representatie van een algoritme (dat een computer kan
uitvoeren).
Proces: is de activiteit waarbij een programma / algoritme wordt uitgevoerd.
3
, Gegevensopslag en bewerking
Gate = apparaat dat de Booleaanse bewerking uitvoert.
Een booleaanse bewerking kan maar 1 uitkomst hebben: 0 of 1
De gate was het basisbouwsteen van computers. Het laat toe informatie te bewerken (met de nullen
en de eentjes).
Er bestaan 4 soorten gates: AND, OR, XOR en NOT-gates:
Circuit = combinatie van gates
De flip-flop is een circuit dat een waarde kan opslaan. Het heeft met andere woorden een geheugen.
Een flip-flop kan 1 bit opslaan.
Bit-sequenties: 8 bits = 1 byte. Er bestaan ook kilobyte’s, gigabyte’s …
• In werkgeheugen van een computer
• In massageheugen (secundaire opslag): harde schijf, CD/DVD, USB-stick …
4
Inleiding
Informatiesystemen transformeren bedrijven enorm! Onder andere door:
• Stijgende dominantie van het mobiele digitale platform (smartphones)
• Stijgend gebruik van “big data”
• Sterke groei in cloud computing
• …
Geschiedenis van computers
Compute-er = reken-aar
De eerste doorbraak was door middel van steentjes bij de romeinen en in Oud-China. Eerst werd er
geteld op de vingers, nadien met kleine steentjes en later met een telraam. Het telraam was een van
de eerste rekende apparaten maar voor de uitvoering van dit algoritme zijn wel menselijke
handelingen nodig. Het telraam is dus op zich enkel een gegevensopslagsysteem.
17e – 18e eeuw:
De volgende doorbraak gebeurde in de 17e eeuw met tandwielen door de Pascaline.
De Pascaline machine kon enkel optellen.
Nadien in de 18e eeuw met het Leibniz-wiel: deze kon selecteren, optellen, aftrekken,
vermenigvuldigen en delen.
Nog later met het difference engine en analytical engine. De difference engine was aanpasbaar voor
meerdere bewerkingen. De analytical engine (werd nooit gebouwd) was programmeerbaar via
ponskaarten.
Al deze machines waren mechanisch, zonder elektriciteit.
19e eeuw:
Joseph Jacquard had het idee om een weefgetrouw met patronen in ponskaarten te bouwen.
Charles Babbage bouwde hetzelfde systeem voor reken instructies.
Herman Hollerith werd geïnspireerd door het knippen van treinkaartjes. Hij gebruikte ponskaarten
om gegevens op te slaan Uitvinder van de gegevensverwerkende machine op basis van
ponskaarten.
In de 19e eeuw moest er een volkstelling gebeuren, maar deze duurde 7 jaar, via het systeem van
ponskaarten duurde het maar 6 weken. In 1911 was er een fusie met de concurrentie en kreeg het
een nieuwe naam: International Business Machines Corporation (IBM).
1
,Van mechanisch naar digitaal:
De elektromechanische machine was gebaseerd op de mechanische relais (toestel met 2 toestanden)
en was ook gebaseerd op elektronische radiobuizen (vacuüm tubes, 2 toestanden)
De eerste computers:
Begin 50’s: UNIVAC1 met 10 000 berekeningen /sec
1957: IBM704 met 100 000 berekeningen /sec
Eind 50’s: transistor = elektronische schakelaar
Midden 60’s: halfgeleidertechnologie en geïntegreerde circuits, derde generatie
Personal Computers:
De personal computers werden oorspronkelijk enkel gebruikt door hobbyisten. In 1981
introduceerde IBM de eerste PC. Deze werd snel populair bij bedrijven en ook bij particulieren.
Nadien breekt er echter een internetrevolutie los met zoekmachines, cloud computing, social media
…
Informatieverwerking
Gebeurt binnen organisaties met behulp van informatiesystemen (IS)
Die op hun beurt gebruik maken van informatietechnologie (IT)
Informatiesystemen bestaan zowel uit technologie als personen (werknemers, leveranciers …)
Algoritme
Een algoritme is een reeks stappen die bepaalt hoe een taak wordt uitgevoerd, hoe tot een oplossing
wordt gekomen:
• Stappen: elementaire handelingen
• Hoe een taak wordt uitgevoerd = hoe een doel wordt bereikt vanaf een beginsituatie
• Een algoritme is het meest fundamentele concept van de informatica !
Voorbeelden van algoritmes in het dagelijkse leven: recept volgen, muziek spelen …
Voorbeelden van wiskundige algoritmes: staartdelingsalgoritme, euclidische algoritme, kortste pad
algoritme in een gps …
Een algoritme ‘vangt’ intelligentie en laat toe deze over te dragen.
Om tot een oplossing te komen voor een complex probleem moeten enkel de basisstappen
uitgevoerd worden beschreven door het algoritme. Leidt steeds tot een correcte oplossing.
Eventueel onder bepaalde condities of omstandigheden & hangt af van uitvoeringscapaciteit en
precisie van het algoritme: recept vs computercode.
2
,Basisconcepten en terminologie
“Algoritmes laten toe om machines te maken die allerlei nuttige taken uitvoeren”.
Programma: een voorstelling van een algoritme.
Voorstelling = tastbare uitwerking, maakt gebruik van een eenduidig gedefinieerde notatie.
Vormgeving van een algoritme die een machine kan maken.
Programmeren: het maken van een programma, het structureren van instructies zodat een machine
die kan uitvoeren.
Software: programma’s en de algoritmes die ze voorstellen (een programma hoeft geen grafisch
scherm te hebben, bv: het programma dat je pc opstapt of een virus).
Kan 1 programma zijn of meerdere programma’s die samenwerken en onderdeel zijn van een
informaticasysteem.
Hardware: apparatuur of machines die programma’s kunnen uitvoeren (bv: pc, radio, printer …)
Algoritme is een geordende reeks ondubbelzinnige, uitvoerbare stappen die een eindig proces
beschrijven.
Programma stelt een algoritme voor, is een representatie van een algoritme (dat een computer kan
uitvoeren).
Proces: is de activiteit waarbij een programma / algoritme wordt uitgevoerd.
3
, Gegevensopslag en bewerking
Gate = apparaat dat de Booleaanse bewerking uitvoert.
Een booleaanse bewerking kan maar 1 uitkomst hebben: 0 of 1
De gate was het basisbouwsteen van computers. Het laat toe informatie te bewerken (met de nullen
en de eentjes).
Er bestaan 4 soorten gates: AND, OR, XOR en NOT-gates:
Circuit = combinatie van gates
De flip-flop is een circuit dat een waarde kan opslaan. Het heeft met andere woorden een geheugen.
Een flip-flop kan 1 bit opslaan.
Bit-sequenties: 8 bits = 1 byte. Er bestaan ook kilobyte’s, gigabyte’s …
• In werkgeheugen van een computer
• In massageheugen (secundaire opslag): harde schijf, CD/DVD, USB-stick …
4
