HOOFDSTUK 8: PLATHELMINTHES
1. Diagnose
Morfologie
- Dorsoventraal afgeplat
- Bilateraal symmetrisch
- X aanhangsels
- X lichaamsholte (acoelomaat)
- Mesoderm TUSSEN ectoderm en entoderm
Fysiologie
- Centraal zenuwstelsel, kopganglia en zenuwstrengen
- ALS spijsverteringskanaal onvolledig ABSORPTIE voedingsstoffen
EPIDERMIS
- X bloedvaten-of ademhalingsstelsel
- Osmoregulatie BEHULP VAN protonephridia
Voortbeweging
- Kruipend
- Zwemmend
- Passief IN gastheer
Voortplanting
- MEESTAL eenhuizig
- ZELDEN zelf bevruchtend
- SOMS asexuele deling
Ontwikkeling
- Direct of indirect VIA enkele larvale stadia
Habitat
- Aquatisch (zoetwater of marien)
- Endoparasitair
- Wereldwijde verspreiding
Grootte
- Minder dan 1 mm tot meer dan 10 m
Diversiteit
- Ongeveer 12,000 beschreven recente soorten
, 2. Belangrijke recente groepen
a. cl. Turbellaria
- Vrij levende platwormen
- SOMMIGE parasitair
- Epidermis VOORZIEN VAN cilia
- Goed ontwikkeld spijsverteringsstelsel
b. cl. Trematoda
- Parasitaire platwormen
- 1 of meer zuignappen
- Epidermis INGESLOTEN en VOORZIEN VAN doorntjes
- Goed ontwikkeld spijsverteringsstelsel
c. cl. Cestoda
- Parasitaire platwormen
- Zuignappen en/of hakenkransen
- Epidermis INGESLOTEN en MET microvilli-zoom
- X spijsverteringsstelsel
3. Classis Turbellaria
- Vrij levend
- Klein
- Microscopisch of 10 a 60 cm
- Kleine wit achtig
dwarse doorsnede rond of ovaal
- Grote gekleurd
dorsoventraal afgeplat lichaam
- LICHAAMSVORM breed
afgeplat
KOP driehoekig
STAART stomp afgerond
- 2 of meer zwarte oogjes LIGGEN dorsaal kopstreek (dicht bij lengteas)
- VLUCHTEN sterk licht (negative fototactisch)
- Mond LIGT ventraal (ongeveer in het midden van het lichaam)
- VANGEN chemische prikkels GOED OP
1. Diagnose
Morfologie
- Dorsoventraal afgeplat
- Bilateraal symmetrisch
- X aanhangsels
- X lichaamsholte (acoelomaat)
- Mesoderm TUSSEN ectoderm en entoderm
Fysiologie
- Centraal zenuwstelsel, kopganglia en zenuwstrengen
- ALS spijsverteringskanaal onvolledig ABSORPTIE voedingsstoffen
EPIDERMIS
- X bloedvaten-of ademhalingsstelsel
- Osmoregulatie BEHULP VAN protonephridia
Voortbeweging
- Kruipend
- Zwemmend
- Passief IN gastheer
Voortplanting
- MEESTAL eenhuizig
- ZELDEN zelf bevruchtend
- SOMS asexuele deling
Ontwikkeling
- Direct of indirect VIA enkele larvale stadia
Habitat
- Aquatisch (zoetwater of marien)
- Endoparasitair
- Wereldwijde verspreiding
Grootte
- Minder dan 1 mm tot meer dan 10 m
Diversiteit
- Ongeveer 12,000 beschreven recente soorten
, 2. Belangrijke recente groepen
a. cl. Turbellaria
- Vrij levende platwormen
- SOMMIGE parasitair
- Epidermis VOORZIEN VAN cilia
- Goed ontwikkeld spijsverteringsstelsel
b. cl. Trematoda
- Parasitaire platwormen
- 1 of meer zuignappen
- Epidermis INGESLOTEN en VOORZIEN VAN doorntjes
- Goed ontwikkeld spijsverteringsstelsel
c. cl. Cestoda
- Parasitaire platwormen
- Zuignappen en/of hakenkransen
- Epidermis INGESLOTEN en MET microvilli-zoom
- X spijsverteringsstelsel
3. Classis Turbellaria
- Vrij levend
- Klein
- Microscopisch of 10 a 60 cm
- Kleine wit achtig
dwarse doorsnede rond of ovaal
- Grote gekleurd
dorsoventraal afgeplat lichaam
- LICHAAMSVORM breed
afgeplat
KOP driehoekig
STAART stomp afgerond
- 2 of meer zwarte oogjes LIGGEN dorsaal kopstreek (dicht bij lengteas)
- VLUCHTEN sterk licht (negative fototactisch)
- Mond LIGT ventraal (ongeveer in het midden van het lichaam)
- VANGEN chemische prikkels GOED OP