Hoofdstuk 1
Basisvaardigheden
Par. 1 Grootheden en eenheden
Kwalitatieve en kwantitatieve waarnemingen:
★ Kwalitatief: zonder meten
★ Kwantitatief: met meten
Grootheid = eigenschap meetbaar vb. lengte, leeftijd, kracht, enz.
9 basisgrootheden met bijbehorende grondeenheden vastgelegd door internationale
eenhedenstelsel (SI) → BINAS 3A
Grootheden die geen basisgrootheden zijn, noem je afgeleide grootheden, eenheid hiervan
is afgeleide eenheid.
Par. 2 Werken met machten van 10
Wetenschappelijke notatie: .,... x 10x
Orde van grootte
vb. 1,496 x 1011 → orde van grootte 1011
9,1 x 10-31 → orde van grootte 10 x 10-30
Ipv machten van 10 kun je voorvoegsels of vermenigvuldigingsfactoren gebruiken,
BINAS tabel 2
Par. 3 Werken met eenheden
[ x ] = de eenheid van x
Formules:
Opp. cirkel: A= πr2 of A= ¼ πd2 Dichtheid: ρ = m/V
r: straal in m ρ: dichtheid
d: diameter in m m: massa in kg
A: oppervlakte V: volume in m3
Volume van een bol: V = 4/3 πr3 Omtrek cirkel: O = 2πr
Par. 4 Meetonzekerheid en significante cijfers
Meetonzekerheid:
★ Toevallige fouten
★ Systematische fout (vb. wijzer niet op 0)
★ Afleesfout
Noteren zonder onzekerheid:
↳ l = 3,00 m ; lengte tussen de 2,995m en 3,005m
Noteren met onzekerheid:
↳4,83 ± 0,01 mL
Meetonzekerheid bepaal je door ½ van kleinste schaal te pakken
vb. 1/10 van 0,1 mL = 0,01 mL
Basisvaardigheden
Par. 1 Grootheden en eenheden
Kwalitatieve en kwantitatieve waarnemingen:
★ Kwalitatief: zonder meten
★ Kwantitatief: met meten
Grootheid = eigenschap meetbaar vb. lengte, leeftijd, kracht, enz.
9 basisgrootheden met bijbehorende grondeenheden vastgelegd door internationale
eenhedenstelsel (SI) → BINAS 3A
Grootheden die geen basisgrootheden zijn, noem je afgeleide grootheden, eenheid hiervan
is afgeleide eenheid.
Par. 2 Werken met machten van 10
Wetenschappelijke notatie: .,... x 10x
Orde van grootte
vb. 1,496 x 1011 → orde van grootte 1011
9,1 x 10-31 → orde van grootte 10 x 10-30
Ipv machten van 10 kun je voorvoegsels of vermenigvuldigingsfactoren gebruiken,
BINAS tabel 2
Par. 3 Werken met eenheden
[ x ] = de eenheid van x
Formules:
Opp. cirkel: A= πr2 of A= ¼ πd2 Dichtheid: ρ = m/V
r: straal in m ρ: dichtheid
d: diameter in m m: massa in kg
A: oppervlakte V: volume in m3
Volume van een bol: V = 4/3 πr3 Omtrek cirkel: O = 2πr
Par. 4 Meetonzekerheid en significante cijfers
Meetonzekerheid:
★ Toevallige fouten
★ Systematische fout (vb. wijzer niet op 0)
★ Afleesfout
Noteren zonder onzekerheid:
↳ l = 3,00 m ; lengte tussen de 2,995m en 3,005m
Noteren met onzekerheid:
↳4,83 ± 0,01 mL
Meetonzekerheid bepaal je door ½ van kleinste schaal te pakken
vb. 1/10 van 0,1 mL = 0,01 mL