100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting infectie en afweer wc 1tm6 FABA201

Rating
-
Sold
2
Pages
86
Uploaded on
26-10-2023
Written in
2023/2024

Gedetailleerde samenvatting van faba201

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
October 26, 2023
Number of pages
86
Written in
2023/2024
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting infectie en afweer
FA-BA201

,Inhoudsopgave

1.0 First line of defense ..................................................................................... 7
1.1 Aangeboren imuunsysteem (1e verdedigingslinie) ............................................. 7
1.2 Intraepitheliale T lymfocyten.......................................................................... 8
1.3 Defensinen .................................................................................................. 8
1.4 Cathelicidinen .............................................................................................. 8

2.0 Second line of defense ................................................................................. 9
2.1 Drie celtypen die in staat zijn tot fagocytose .................................................... 9
2.11 Macrofaag ............................................................................................ 10
2.12 Neutrofiel ............................................................................................. 10
2.13 Dendritische cel .................................................................................... 10
2.2 Pattern recognition receptors (PRR) .............................................................. 12
2.21 Toll-like receptors (TLR) ......................................................................... 12
2.22 CR3 herkent C3 .................................................................................... 14
2.23 FcyR herkent immunoglobulines .............................................................. 14
2.3 Verloop 2de verdedigingslinie ........................................................................ 15
2.4 Functies fagocyten ..................................................................................... 15
2.41 Doden pathogenen door fagocyten .......................................................... 15
2.42 Uitscheiden cytokines ............................................................................ 17
2.43 Activatie fagocyten weefselschade ........................................................... 18
2.44 Functie fagocyten weefselschade ............................................................. 18
2.5 Endotheel-activatie leidt tot ontsteking.......................................................... 19
2.51 De vijf symptomen van ontsteking........................................................... 19
2.53 Activatie endotheel mbv mestcellen ......................................................... 20
2.54 Geactiveerd endotheel ........................................................................... 22
2.55 Welke celtypen gaan een interactie aan met het geactiveerde endotheel? Hoe
gebeurt deze interactie? ................................................................................ 23
2.56 Hoe verlaten deze cellen vervolgens het bloedvat?..................................... 23
2.57 Wat doen deze cellen nadat ze vanuit het bloedvat in het weefsel terecht zijn
gekomen? ................................................................................................... 23
2.6 Complement .............................................................................................. 24
2.61 Manieren om het complementsysteem te activeren .................................... 24
2.62 Wat zijn de drie belangrijke gevolgen (effecten) van complement-activatie en
welke componenten van het complementsysteem zijn daarbij betrokken? ............ 25
2.7 Ontsteking vs infectie ................................................................................. 25

3.0 Aangeboren vs adaptieve immuunsysteem ................................................ 26

4.0 Third line of defense .................................................................................. 27
4.1 De onderdelen van het adaptieve imuunsysteem ............................................ 27
4.2 Antigenen ............................................................................................. 28
4.2a Het woord antigeen ............................................................................... 28
4.2b Definitie antigeen & antilichaam .............................................................. 28
4.2c Welke moleculen kunnen als antigeen optreden ......................................... 28
4.2d Antigenen met gebonden antilichamen ..................................................... 29
Eptitopen of determinanten, het deel van het macromolecuul waar het antilichaam
aan bindt. ....................................................................................................... 29
4.2e Haptenen ............................................................................................. 29


2

,4.3 Lymfocyten ............................................................................................... 29
4.3a Waar lymfocyten worden aangemaakt ...................................................... 29
4.3b Welke receptor welk celtype ................................................................... 29
4.3c Ontwikkeling B- & T-lymfocyten............................................................... 33
4.3d Naïeve lymfocyt .................................................................................... 35
4.4 Onderscheid tussen self en non-self ......................................................... 36
4.4a Weefsel centrale tolerantie ..................................................................... 36
4.4b Een B-cel die in dit weefsel een lichaamseigen antigeen herkent heeft drie
mogelijke opties. Welke zijn dit?..................................................................... 36
4.4c Een T-cel die in dit weefsel een lichaamseigen antigeen herkent heeft twee
mogelijke opties. Welke zijn dit?..................................................................... 37
4.5 Antigeenpresentatie ............................................................................... 37
4.5a Cellen die antigenen kunnen presenteren ................................................. 37
4.5b Van alle APC’s zijn dendritische cellen (DC’s) het vaakst betrokken bij activatie
van naïeve T-cellen. Waarom zijn deze cellen zo geschikt voor deze functie? ........ 37
4.5c Wat is de functie van de andere antigeen-presenterende cellen? .................. 38
4.5d Waar in het lichaam pikt een DC het te presenteren antigeen op en waar
presenteert hij het aan T-cellen? Hoe komt hij op de juiste plek terecht? ............. 38
4.5e Om op de juiste plek terecht te komen voor antigeenpresentatie aan T-cellen,
moet de DC geactiveerd worden. Waardoor wordt de DC geactiveerd en welke
veranderingen ondergaat hij na activatie?........................................................ 39
4.5f De twee belangrijkste klassen MHC-I en MHC-II ......................................... 39
4.5g Beschrijf de route die een peptide aflegt in een cel voordat het door een MHC-I
molecuul op het celoppervlak gepresenteerd wordt. Doe hetzelfde voor een peptide
dat door een MHC-II molecuul gepresenteerd wordt. ......................................... 40
4.6 T-cel activatie ....................................................................................... 42
4.6a Signalen die de T-cel activeren ................................................................ 42
4.6b Welke cellen zijn verantwoordelijk voor IL-2-productie? Wat is de functie van
IL-2 in de activatie van T-cellen? .................................................................... 44
4.6c Rol CD40 ligand .................................................................................... 44
4.6d Rol IL-2 (interleukine-2)......................................................................... 44
4.7 Differentiatie en effector-functies van subtypes T-cellen .................................. 45
4.7a Subtypes.............................................................................................. 45
4.8 NK cellen .............................................................................................. 53
4.8a Op welke wijze kan een NK cel onderscheid maken tussen een normale cel en
een geïnfecteerde cel? .................................................................................. 53
4.8b Op welke manier maakt de NK cel een geïnfecteerde cel onschadelijk? ......... 54
4.8c NK cellen: fagocytose door macrofagen. ................................................... 54
4.9 B-cel activatie ............................................................................................ 54
4.9a Waar bevinden zich naïeve B-cellen die klaar zijn om geactiveerd te worden? 54
4.9b Hoe komt het antigeen op de juiste plek terecht om de B-cellen te activeren? 55
4.9c Is het voor B-cel-activatie ook nodig om het antigeen af te breken? ............. 55
4.9d activatie signalen B-cel .......................................................................... 56
4.9e Th-cel betrokken bij B-cel activatie .......................................................... 57
4.9f Voorwaarde Th-cel helpen met B-cel activatie ............................................ 58
5.0 Differentiatie en effectorfuncties van B-cellen ................................................. 60
5.0b Behalve plasmacellen kunnen geactiveerde B-cellen zich ook tot een ander type
B-cel differentiëren. ...................................................................................... 61
5.0c Belangrijkste functies antilichamen .......................................................... 62
5.1 Passieve en actieve immunisatie .................................................................. 65
5.2 T-cel onafhankelijke B-cel activatie............................................................ 68
5.3 Aangeboren vs adaptief immuunsysteem ................................................... 69
Werkcollege 5 ................................................................................................. 70


3

, Microbiota ................................................................................................... 70
Pathogene bacteriën ..................................................................................... 70
Opportunistische pathogenen ......................................................................... 70
Virulentiefactoren ......................................................................................... 70
Pili and fimbriae ........................................................................................... 70
Endotoxine .................................................................................................. 71
Exotoxine .................................................................................................... 71
Toxic shock syndrome toxin-1 (TSST-1) .......................................................... 72
Hyaluronidase .............................................................................................. 72
Streptolysin O .............................................................................................. 72
Immunoglobulin A (IgA) protease ................................................................... 72
Penicillines .................................................................................................. 73
Vancomycine ............................................................................................... 74
Tetracyclines ............................................................................................... 74
Macrolides ................................................................................................... 75
Quinolonen .................................................................................................. 75
Sulfonamides ............................................................................................... 76
Trimethoprim ............................................................................................... 76
Werkcollege 6 ................................................................................................. 78
Verschil tussen desinfectie en sterilisatie. ........................................................ 78
Middelen die als desinfectans op levende oppervlakken worden toegepast, worden
ook wel ANTISEPTICA genoemd. .................................................................. 78
Desinfectie van huid en slijmvliezen. Voor desinfectie van huid en slijmvliezen is een
breed werkingsspectrum nodig van het desinfectans. Tegen welke typen micro-
organismen moeten dergelijke desinfectantia werkzaam zijn? ............................. 78
Bij welke medische toepassingen waarbij de huid doorbroken wordt, wordt
desinfectie toegepast?................................................................................... 78
Wat zijn hierbij de meest gebruikte desinfectantia en hoe werken deze? .............. 78
Mogen desinfectantia gebruikt worden op de beschadigde huid? Zo nee, waarom
niet? En zo ja, welke desinfectans gebruik je dan bij kleine wondjes, resp.
brandwonden en decubitus (doorliggen) stadia III en IV wonden? ....................... 80
Welke methoden van sterilisatie bestaan er? Geef daarbij aan hoe deze sterilisatie-
methoden worden toegepast. Hoe kun je controleren of de sterilisatiemethode heeft
gewerkt? ..................................................................................................... 80
Wat is de inhoud van het begrip “Sterility Assurance Level (SAL)” en welke mate van
zekerheid is er haalbaar in de praktijk. Wat is de SAL voor een steriel product en wat
is die voor een aseptisch bereid product? ......................................................... 80
Welke verschillende varianten zalf bestaan er en wat zijn de karakteristieken
daarvan? ..................................................................................................... 81
Welke verschillende varianten crèmes bestaan er en wat zijn de karakteristieken
daarvan? ..................................................................................................... 81
Werkingsmechanisme geneesmiddelen ............................................................ 82
Geneesmiddelen zijn bij het bewaren aan veranderingen onderhevig. Benoem vier
veranderingen die de houdbaarheid en/of effectiviteit van een geneesmiddel
beïnvloeden. ................................................................................................ 83
Hoe beïnvloed temperatuur en vocht de houdbaarheid en/of effectiviteit van een
geneesmiddel? Zijn de badkamer of een koelkast geschikte plaatsen om
geneesmiddelen te bewaren? ......................................................................... 83
Welke hygiëneregels moet je hanteren bij het gebruik van geneesmiddelen? Is dat
een werkwijze die je zelf hanteert als je geneesmiddelen gebruikt? .................... 83
5.0 Filmpjes werkcolleges ................................................................................. 84
5.1 Filmpjes werkcollege 1............................................................................. 84
(https://www.youtube.com/watch?v=GIJK3dwCWCw&t=199s) ........................... 84
5.3 filmpjes werkcollege 3 ......................................................................... 84
5.4 filmpjes werkcollege 4 ............................................................................. 84
5.6 filmpjes werkcollege 6 ............................................................................. 84



4
$6.04
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
photographycuw

Document also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
photographycuw Universiteit Utrecht
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
5
Member since
2 year
Number of followers
3
Documents
9
Last sold
2 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can immediately select a different document that better matches what you need.

Pay how you prefer, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card or EFT and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions