HEMATOLOGIE 1 Nette Moons
2022 - 2023
LECTOR VAN DE VELDE BRIGITTE
+ bordschema’s → is een examenvraag
,1
,1. INLEIDING HEMATOLOGIE
Witte bloedcel Rode bloedcellen
Morfologie = wijst op de vorm van cellen
Cytologie = Leer van het bloed
Hematologie = Leer van de bloedcellen en de weefsels waarin ze gevormd worden
1.1 DRIE COMPARTIMENTEN
Binnen de hematologie onderscheiden we 3 grote compartimenten:
HEMATOLOGIE
= cytologie (bloed) + cytometrie (telling)
*BSE = bezinkingssnelheid
Gaan kijken naar de morfologie van de cellen + worden de bloedcellen geteld
Toepassingen:
• Opsporen van bloedarmoede
• Opzoeken en doseren van specifieke celmerkers
• BSE*, HCT, indexen
• Hemoglobinebepaling
Witte bloedcellen (WBC)
• Gaan naar infectiehaard
• Kunnen door weefsels heen = diapedese
• Heeft onderverdeling
o Neutrofiel
o Lymfocyt
o Monocyt
o Eosinofiel
o Basofiel
Voorkomen
Rood : rode bloedcel
Groen : Bloedplaatje
WBC
1. Jonge neutrofiel → staafkernig
2. Lymfocyt
3. Monocyt → zal later veranderen naar macrofaag
4. Neutrofiel → kern in stukjes
5. Korreling van eosinofiel
6. Basofiel
Rouleauxvorming = geldrol vorming
→ Komt doordat RBC -lading hebben. Als deze verminderd gaan ze elkaar
aantrekken en zich leggen zoals op de foto
2
, Poikylocytose
= wanneer er verschillende vormen aanwezig zijn (minstens 2)
Neutrofilie = veel neutrofielen in het bloed
Trombocytose = veel trombocyten
Ziekten
• Leukemie = te veel aan WBC → gaan andere cellen onderdrukken
• Hypochromie door ijzer tekort → RBC hebben te weinig kleur
• Malaria
HEMOSTASE
= bloedstolling → nakijken van al dan niet ontbreken levensbelangrijke stollingsfactoren
Bloeding door:
• Plaatjes tekort / stoornis
• Tekort aan stollingseiwitten Hemostase moet in evenwicht zijn
• Te weinig → bloeding
Trombocytose = verstopping → door te veel aan stollingsfactoren • Te veel → trombocytose
Bloedstelping
Collageen komt vrij door kapotte wand → gaan stollingsfactoren aantrekken
Toepassingsgebied
• Opsporen van Hemofilie A = ernstige bloedingsziekte
• Opsporen van Proteïne C-tekort → geeft aanleiding tot trombose
• Opvolgen van antistollingsmedicatie → voorkomen van trombose
IMMUUNHEMATOMATOLOGIE
= opsporen van bloedgroepsystemen die zich op RBC bevinden + mogelijke antistoffen
• Bloedgroepen
• Kruisproeven
• Opzoeken van antistoffen
• HLA – typering
• Plaatjesantistoffen
Bepaling van ABO-bloedgroep
A.d.h.v. kruisproeven
Suikers die op RBC zitten → a.d.h.v. uiteinde gaan kijken naar type (A, B of H (O))
A A antigeen
Gal NAGA
Rode
Bloedgroep A heeft antistoffen voor B en omgekeerd bloedcel
H H antigeen
Fuc
O heeft antistoffen voor A en B Gal Gal
AB kan van alles ontvangen Voorloper-
oligosacharide-
Fuc
keten
B antigeen
Gal Gal
Fuc
B
3
2022 - 2023
LECTOR VAN DE VELDE BRIGITTE
+ bordschema’s → is een examenvraag
,1
,1. INLEIDING HEMATOLOGIE
Witte bloedcel Rode bloedcellen
Morfologie = wijst op de vorm van cellen
Cytologie = Leer van het bloed
Hematologie = Leer van de bloedcellen en de weefsels waarin ze gevormd worden
1.1 DRIE COMPARTIMENTEN
Binnen de hematologie onderscheiden we 3 grote compartimenten:
HEMATOLOGIE
= cytologie (bloed) + cytometrie (telling)
*BSE = bezinkingssnelheid
Gaan kijken naar de morfologie van de cellen + worden de bloedcellen geteld
Toepassingen:
• Opsporen van bloedarmoede
• Opzoeken en doseren van specifieke celmerkers
• BSE*, HCT, indexen
• Hemoglobinebepaling
Witte bloedcellen (WBC)
• Gaan naar infectiehaard
• Kunnen door weefsels heen = diapedese
• Heeft onderverdeling
o Neutrofiel
o Lymfocyt
o Monocyt
o Eosinofiel
o Basofiel
Voorkomen
Rood : rode bloedcel
Groen : Bloedplaatje
WBC
1. Jonge neutrofiel → staafkernig
2. Lymfocyt
3. Monocyt → zal later veranderen naar macrofaag
4. Neutrofiel → kern in stukjes
5. Korreling van eosinofiel
6. Basofiel
Rouleauxvorming = geldrol vorming
→ Komt doordat RBC -lading hebben. Als deze verminderd gaan ze elkaar
aantrekken en zich leggen zoals op de foto
2
, Poikylocytose
= wanneer er verschillende vormen aanwezig zijn (minstens 2)
Neutrofilie = veel neutrofielen in het bloed
Trombocytose = veel trombocyten
Ziekten
• Leukemie = te veel aan WBC → gaan andere cellen onderdrukken
• Hypochromie door ijzer tekort → RBC hebben te weinig kleur
• Malaria
HEMOSTASE
= bloedstolling → nakijken van al dan niet ontbreken levensbelangrijke stollingsfactoren
Bloeding door:
• Plaatjes tekort / stoornis
• Tekort aan stollingseiwitten Hemostase moet in evenwicht zijn
• Te weinig → bloeding
Trombocytose = verstopping → door te veel aan stollingsfactoren • Te veel → trombocytose
Bloedstelping
Collageen komt vrij door kapotte wand → gaan stollingsfactoren aantrekken
Toepassingsgebied
• Opsporen van Hemofilie A = ernstige bloedingsziekte
• Opsporen van Proteïne C-tekort → geeft aanleiding tot trombose
• Opvolgen van antistollingsmedicatie → voorkomen van trombose
IMMUUNHEMATOMATOLOGIE
= opsporen van bloedgroepsystemen die zich op RBC bevinden + mogelijke antistoffen
• Bloedgroepen
• Kruisproeven
• Opzoeken van antistoffen
• HLA – typering
• Plaatjesantistoffen
Bepaling van ABO-bloedgroep
A.d.h.v. kruisproeven
Suikers die op RBC zitten → a.d.h.v. uiteinde gaan kijken naar type (A, B of H (O))
A A antigeen
Gal NAGA
Rode
Bloedgroep A heeft antistoffen voor B en omgekeerd bloedcel
H H antigeen
Fuc
O heeft antistoffen voor A en B Gal Gal
AB kan van alles ontvangen Voorloper-
oligosacharide-
Fuc
keten
B antigeen
Gal Gal
Fuc
B
3