KT3 verpleegtechnisch handelen
Week 1
Ken je de infectiecyclus
1. Pathogene (ziekmakende) micro-organismen veroorzaken infectie: bacterie, virus,
schimmel, protozoën
2. Besmettingsbron: plaats waar micro-organismen zich bevinden
3. Uitgangen:
o Huid: huidschilfers
o Longen: druppels of sputum
o Blaas: urine
o Darmen: ontlasting
o Bloedvaten: wonden
4. Besmettingsweg: via contact, lucht of dieren
o Directe besmetting: rechtstreekse aanraking van de bron
o Indirecte besmetting: via omweg (lucht, besmet voedsel, aanraken besmette
materialen, insecten of dieren)
o Incubatietijd = periode tussen besmetting en optreden van eerste
symptomen
5. Ingangen: plaatsen in het lichaam waar micro-organismen kunnen binnendringen
6. Gastheer met verminderde weerstand
Ziekenhuisinfectie = infectie die ontstaan is tijdens of in aansluiting op het verblijf in een
zorginstelling
Endogene infectie = infectie ontstaat uit micro-organismen uit eigen flora
Exogene infectie = infectie ontstaat uit micro-organismen uit mensen, dieren of omgeving
Besmetting = overdracht van micro-organismen
Kolonisatie = overleving/vermenigvuldiging van micro-organismen
Infectie = micro-organismen veroorzaken ziekteverschijnselen
, Kun je de hygiënisch-kritische werkzaamheden in de zorg benoemen en weet je
Welke groepen een verminderde weerstand hebben:
Welke infecties veel voorkomen in de zorg:
Week 1
Ken je de infectiecyclus
1. Pathogene (ziekmakende) micro-organismen veroorzaken infectie: bacterie, virus,
schimmel, protozoën
2. Besmettingsbron: plaats waar micro-organismen zich bevinden
3. Uitgangen:
o Huid: huidschilfers
o Longen: druppels of sputum
o Blaas: urine
o Darmen: ontlasting
o Bloedvaten: wonden
4. Besmettingsweg: via contact, lucht of dieren
o Directe besmetting: rechtstreekse aanraking van de bron
o Indirecte besmetting: via omweg (lucht, besmet voedsel, aanraken besmette
materialen, insecten of dieren)
o Incubatietijd = periode tussen besmetting en optreden van eerste
symptomen
5. Ingangen: plaatsen in het lichaam waar micro-organismen kunnen binnendringen
6. Gastheer met verminderde weerstand
Ziekenhuisinfectie = infectie die ontstaan is tijdens of in aansluiting op het verblijf in een
zorginstelling
Endogene infectie = infectie ontstaat uit micro-organismen uit eigen flora
Exogene infectie = infectie ontstaat uit micro-organismen uit mensen, dieren of omgeving
Besmetting = overdracht van micro-organismen
Kolonisatie = overleving/vermenigvuldiging van micro-organismen
Infectie = micro-organismen veroorzaken ziekteverschijnselen
, Kun je de hygiënisch-kritische werkzaamheden in de zorg benoemen en weet je
Welke groepen een verminderde weerstand hebben:
Welke infecties veel voorkomen in de zorg: