SV VSECO5: THEMA 8 – GROEI EN WELVAART
H1. WAT IS ECONOMISCHE GROEI EN WELVAART?
1.1 MACRO-ECONOMISCHE GROOTHEDEN
1.1.2 DE NATIONALE BOEKHOUDING
= Een boekhoudkundige techniek waarbij alle verrichtingen die zich voordoen tussen de ≠ sectoren gedurende
één bepaald jaar systematisch opgetekend worden.
In BE in het INR (= Instituut voor de Nationale Rekeningen) hiervoor verantwoordelijk.
WERKING?
Het meest eenvoudige en volledige model van nationale boekhouding omvat 5 nationale rekeningen.
- De lopende rekeningen van de 4 sectoren:
o Gezinshuishoudingen
o Bedrijfshuishoudingen Duiden de inkomsten – uitgaven aan van iedere sector.
o Overheid Het saldo van de rekening duidt het positief – negatief
o Buitenland sparen aan van die sector.
- De rekening kapitaalvorming (= kapitaalmutaties).
= Een vermogensrekening en duidt…
o De oorsprong van vermogen = het sparen en afschrijven
o De aanwending van het vermogen = de investeringen en vervangingsinvesteringen
Bij de nationale boekhouding wordt gekozen voor de geldstromen.
= Duiden de geldwaarden aan + geven het meest volledige beeld.
Welke boekingsregels worden toegepast voor de lopende rekeningen bij de verwerking van de getallen?
- Debet = uitgaven (links) en credit = inkomen (rechts)
- De rekening ‘kapitaalvorming’ is geen lopende rekening.
De boekingen verwijzen naar de investeringen die moeten gefinancierd worden:
o Debet = aanwending van het vermogen
o Credit = financieringsmiddelen
Lopende rekeningen Kapitaalvorming
Uitgaven Inkomsten Investeringen Financiële middelen
Oorsprong vermogen
Aanwending vermogen
+
+
Afschrijvingen
Vervangingsinvesteringen
-1-
,3OSO FEBE DE WINNE 2022-2023
Welke soorten investeringen bestaan er?
VERVANGINGSINVESTERINGEN
Om bestaande vaste activa te vervangen.
- De afschrijvingen: kost in de resultatenrekening (= winst die niet wordt uitgekeerd).
- Als reserve voor vervanging van vaste activa.
à Interne financieringsbron aanleggen.
UITBREIDINGSINVESTERINGEN
= Om nieuwe vaste activa aan te schaffen.
VOORRAADINVESTERINGEN
= Voor het aanleggen van een voorraad, verschillend van de vaste activa.
ð BRUTO-INVESTERINGEN
= vervangingsinvesteringen + uitbreidingsinvesteringen + voorraadinvesteringen
ð NETTO-INVESTERINGEN
= uitbreidingsinvesteringen + voorraadinvesteringen
= Bruto-investeringen – vervangingsinvesteringen (= de afschrijvingen)
-2-
,3OSO FEBE DE WINNE 2022-2023
A. EEN GESLOTEN ECONOMIE ZONDER OVERHEID
3 rekeningen: bedrijven – gezinnen – kapitaalvorming
OPDRACHT PAGINA 8
Gegevens?
Productie van consumptiegoederen = 5000,00
Cgb = 4000 Ybg = 5000 Dd = 500 Sbn = 1000 Ibu = ?
VERRICHTING 1 = Ybg
In ruil voor het verstrekken van productieve diensten ontvangen de gezinnen een inkomen van de bedrijven.
BEDRIJVEN GEZINNEN KAPITAALVORMING
(1) Ybg = 5000 (1) Ybg = 5000
VERRICHTING 2 = Cbg
De gezinnen besteden een deel van dit inkomen aan consumptiegoederen
BEDRIJVEN GEZINNEN KAPITAALVORMING
(1) Ybg = 5000 (2) Cbg = 4000 (2) Cbg = 4000 (1) Ybg = 5000
VERRICHTING 3 = Dd
Intern leggen de bedrijven afschrijvingen aan om hun vervangingsinvesteringen te kunnen financieren.
Zij worden geboekt als kost (= vorm van sparen) bij de bedrijven en vormen een bron van vermogen. Dit wordt
aangeduid op de creditzijde van de rekening ‘kapitaalvorming’.
BEDRIJVEN GEZINNEN KAPITAALVORMING
(1) Ybg = 5000 (2) Cbg = 4000 (2) Cbg = 4000 (1) Ybg = 5000 (3) Dd = 500
(3) Dd = 500
VERRICHTING 4 = lbv
De vervangingsinvesteringen zijn een aanwending van het geboekte vermogen en deze kapitaalgoederen
worden gekocht bij andere bedrijven, waar ze geen inkomen vormen.
à De afschrijvingen (= Dd) zijn steeds gelijk aan de vervangingsinvesteringen (= Ibv)
BEDRIJVEN GEZINNEN KAPITAALVORMING
(1) Ybg = 5000 (2) Cbg = 4000 (2) Cbg = 4000 (1) Ybg = 5000 v
(4) Ib = 500 (3) Dd = 500
(3) Dd = 500 (4) Ibv = 500
VERRICHTING 5 = Sg
De gezinnen hadden consumptiegoederen gekocht, maar de rest van hun inkomen sparen ze en dit is een
financiële bron op de rekening ‘kapitaalvorming’.
BEDRIJVEN GEZINNEN KAPITAALVORMING
(1) Ybg = 5000 (2) Cbg = 4000 (2) Cbg = 4000 (1) Ybg = 5000 (4) Ibv = 500 (3) Dd = 500
(3) Dd = 500 (4) Ibv = 500 (5) Sg = 1000 (5) Sg = 1000
-3-
, 3OSO FEBE DE WINNE 2022-2023
VERRICHTING 6 = lbs
De productie van consumptiegoederen overtreft de verkoop ervan. Deze Ibs is een bezit van de bedrijven en
een aanwending van het vermogen.
= De geproduceerde goederen – de goederen die geconsumeerd worden
BEDRIJVEN GEZINNEN KAPITAALVORMING
(1) Ybg = 5000 (2) Cbg = 4000 (2) Cbg = 4000 (1) Ybg = 5000 (4) Ibv = 500 (3) Dd = 500
(3) Dd = 500 (4) Ibv = 500 (5) Sg = 1000 (6) lbs = 1000 (5) Sg = 1000
(6) lbs = 1000
VERRICHTING 7 = Sbn
De inkomsten en de uitgaven van de bedrijven worden nu met elkaar vergeleken. Vermits de bedrijven sparen,
is dit een bron van vermogen.
BEDRIJVEN GEZINNEN KAPITAALVORMING
(1) Ybg = 5000 (2) Cbg = 4000 (2) Cbg = 4000 (1) Ybg = 5000 (4) Ibv = 500 (3) Dd = 500
(3) Dd = 500 (4) Ibv = 500 (5) Sg = 1000 (6) lbs = 1000 (5) Sg = 1000
(7) Sbn = 1000 (6) lbs = 1000 (7) Sbn = 1000
VERRICHTING 8 = lbu
Op de rekening ‘kapitaalvorming’ zijn de bronnen van het vermogen groter dan de aanwending ervan.
Het verschil kan gebruikt worden om de uitbreidingsinvesteringen te financieren.
BEDRIJVEN GEZINNEN KAPITAALVORMING
(1) Ybg = 5000 (2) Cbg = 4000 (2) Cbg = 4000 (1) Ybg = 5000 (4) Ibv = 500 (3) Dd = 500
(3) Dd = 500 (4) Ibv = 500 (5) Sg = 1000 (6) lbs = 1000 (5) Sg = 1000
(7) Sbn = 1000 (6) lbs = 1000 (8) Ibu= 1000 (7) Sbn = 1000
(8) Ibu= 1000
Hoe ziet de economische kringloop van een gesloten economie zonder overheid eruit?
-4-